Tag Archives: roemenië

Op pelgrimstocht door Roemenië langs kerken en burchten

Wel grappig om te merken hoe snel je vergeet welke dag het is in de week en dat dit ook helemaal niet erg is als je een reis maakt zoals wij nu doen. De meeste bezienswaardigheden zijn alle dagen in de week geopend, behalve misschien musea, maar die slaan wij toch meestal over. Dus we zijn lekker flexibel en kunnen gewoon bedenken waar we op dat moment zin in hebben.

Dit is soms ook wel weer een luxeprobleem, want vandaag twijfelen we of we met de motor een tochtje maken en dan weer terug komen op de camping of dat we met onze bus gaan en uitchecken. We kiezen voor de motor, maar willen eerst even rustig ontbijten, onze blog updaten en de exacte route bepalen. Net als we daarmee bezig zijn, komt Anselm ons begroeten en overleggen we onze plannen met hem. Als we vertellen dat we onze Lonely Planet gisteren zijn vergeten, biedt hij aan om voor ons even te bellen met zijn vrienden van de boekhandel om te vragen of zij er één op voorraad hebben van Roemenië en Bulgarije. Bij terugkomst is het antwoord nee, de andere boekhandel in het dorp heeft alleen die van Noorwegen (willen we die dan, heel handig voor op onze route, uhum) en heeft hij met het pension gebeld om te checken of hij daar ligt (yep) en of het zinvol is om dan een koerier te regelen die er 1,5-2 dagen over gaat doen. Super aardig van hem en we overleggen even.

FF wachten voordat we weg kunnenWe beslissen uiteindelijk om onze plannen aan te passen en toch met de bus de route te gaan rijden, want het wordt wel erg slecht weer. Motorpak uit, normale kleding aan en de bus weer rijklaar maken. Omdat Anselm naar de stad moest voor werk, konden we niet uitgebreid afscheid nemen en hem bedanken. We vinden het wel leuk om hem iets mee te geven en Stefan komt met het goede idee om hem één van de origineel Japanse curries te geven die Joost en Sanae ons eerder weer cadeau hebben hebben gedaan (sorry Joost, maar hij komt heel goed terecht!). Een paar ingrediënten-tips erbij en hem succes gewenst met experimenteren, iets wat hij graag doet met eten. Tasje erom en aan zijn voordeur gehangen.

De eerste stop is wederom Sibiu. Dit ligt toch op de route en dan kunnen we gelijk checken of de boekhandel die we op internet hebben gevonden de Lonely Planet verkoopt. Terwijl Stefan de olie nog even checkt en wat rommelt in de bus, loopt Renee de boekhandel binnen. Helaas, zonder succes. Dan maar even lunch kopen voor onderweg: twee Gogosi’s it is. Dit zijn een soort calzonepizza’s om te zien, maar dan van oliebolachtig deeg, met een vulling naar keuze. De ene met chocolade/vanille en de ander met Branza dulche, een soort zoetige kaas met rozijnen. Smullen maar!

DaiaOp advies van Anselm stoppen we vervolgens een paar kilometer verder in Daia, op zoek naar de eerste burchtkerk. Er zijn in dit dorpje met 1500 inwonerseen hoop kerken, maar geen die een muur eromheen heeft. Uiteindelijk komen we erachter dat we een bordje met Biserica fortificata hebben gemist en staan we even later voor de poort van de ommuurde kerk. We trekken snel onze regenjassen aan, want het giet inmiddels! We hebben geen zin om op zoek te gaan naar de dorpsinwoner met de sleutel, dus bekijken we deze alleen aan de buitenkant.

Bij de voordeur van Mr ElektraStop drie is de burchtkerk in Hosman. Nog voordat we helemaal zijn uitgestapt, wordt Stefan door een oud mannetje aan zijn mouw meegetrokken het dichtsbijzijnde huisje in. Renee loopt ook maar mee en we vragen ons af wat hij wil. Zijn vrouw (?) is inmiddels ook naar buiten gekomen en ze wijzen ons op hun kwh-meter en vervolgens een hele stroom aan Roemeense woorden. Hij zet een krukje neer, duwt een papiertje en een pen in Stefan’s handen, dus schrijft Stefan de 000060 op die hij ziet staan. Huh, kan hij het niet lezen misschien? Hij gebaard en zegt nog een aantal dingen, maakt een telefoongebaar en zegt Agnita (een grote plaats wat verder weg) en ….? Uiteindelijk is onze interpretatie dat hij wil dat wij de stand doorbellen (juist, wij spreken geen Roemeens?) en gaan even later dus maar weer weg na een aantal sorry’s. Wel grappig om mee te maken en dus ook de binnenkant van een huisje te hebben gezien.

We lopen naar de kerk, want daar zijn we immers voor gekomen. Ook hier bekijken we alleen de buitenkant, want de poort is dicht en het huis waar we denken de man met de sleutel te kunnen halen ook.

Dineren in stijlDaarna stoppen we nog in Barghis (de kerk hebben we niet kunnen vinden) en rijden we via Richis naar Biertan. Het is inmiddels echter 17.00 uur en deze burchtkerk, die in tegenstelling tot de andere kerken in de omgeving heel erg uitgebuit wordt voor toeristen, is net gesloten. Bovendien hangt er op de deur dat ze bezig zijn met renovaties en dat er dus grote delen niet toegankelijk zijn. We kiezen er uiteindelijk voor om wat te eten bij het restaurant naast de burcht, met een inrichting geheel in thema en deze burchtkerk dan maar over te slaan.

Biertan by nightHet is nu bijna donker en we gaan op zoek naar een slaapplek. De serveerster geeft ons de tip om verderop te kijken, naast de school omdat je daar in de zomer kon kamperen. Dit is nu meer een bouwput en dus rijden we terug naar Richis. Hier hebben we eerder een campingbordje gezien. De “camping” is een soort binnenplaats, waarvoor we eerst onder een poort door moeten, het is twijfelachtig of dat gaat passen met onze verhoogde bus en bovendien is het flink drassig en lopen we dus de kans dat we niet meer wegkomen. Uiteindelijk kiezen we voor een relatief rustig zijstraatje in Biertan waar meer auto’s geparkeerd staan. We raken inmiddels steeds meer gewend aan het “gaan slapen terwijl je midden in de nacht misschien wakker gebonst wordt-gevoel”.

De volgende ochtend gaat om 06.30 uur de wekker, want we willen vandaag veel zien. Stefan koopt heerlijk vers brood op het pleintje in Biertan en terwijl het licht wordt gaan we op weg naar Copsa Mare. We voelen ons wel een beetje bezwaard als we even later met onze luid brullende bus, op zaterdagochtend vóór 07.00 uur, het dorp binnen komen hobbelen. We vinden gelukkig snel het bekende bordje en lopen even later naar de poort van de burchtkerk. Helaas ook gesloten, ook wel logisch zo vroeg, dus lopen we eromheen. Terwijl Stefan een blik wil werpen in een soort van put, maakt hij het hele dorp wakker (inclusief zwerfhonden) want de blikken overkapping breekt los van het hout en dondert in elkaar, OEPS! Wasal! We lopen nog een kort rondje en gaan er daarna weer snel vandoor.

Geboortehuis van Vlad aka DraculaMooie kerk in SighisoaraDe tweede stop voor vandaag is Sighisoara. We parkeren de bus onderaan de oude stad en lopen daarna een rondje door de geboortestad van Vlad Tepes (aka Dracula). Er is hier een hoop moois te zien. Van oude stadsmuren, tot bijzondere kerken, smalle straatjes, het geboortehuis van Vlad, gekleurde huisjes, etc. Zeker een aanrader en helemaal zo vroeg in de ochtend want het is nu nog niet zo druk. Na een paar relaxte uurtjes stappen we weer in de bus, richting Viscri.

Onderweg stuiten we perongeluk op nog een burchtkerk bordje maar dan in Bunesti en deze heeft een poort die open staat. Dus stappen we uit en lopen naar binnen. Er zijn wat mannetjes druk bezig met het harken van alle herfstbladeren en een klein groepje Roemeense toeristen krijgt in het kerkje uitleg van iemand, waarschijnlijk de priester, over de historie. We luisteren even mee en lopen daarna een rondje. Mooi! Maar nu gaan we dan écht naar Viscri. Volgens de verhalen is dit dorpje lastig te bereiken, maar zeker een bezoek waard. Er zitten inderdaad flink wat gaten en hobbels in de smalle weg, maar niets waar onze bus niet tegen kan.Heuvels bij Viscri

Onderweg genieten we van het uitzicht over de glooiende groene heuvels, bomen met bladeren in herfstkleuren, kuddes met schapen en ezels en uiteindelijk ook de mensen en huisjes in het dorp. We hebben weer veel bekijks als we met onze bus het dorp in komen rijden. Voor de ingang van de kerk staan deze keer een hoop mensen, wat later een groep Roemeense studenten en een reisgezelschap Nederlanders blijken te zijn.

Zij hebben ons kenteken natuurlijk gezien en zijn benieuwd wat we helemaal hier doen. We vertellen ons verhaal en kletsen over hun plannen. Ze zijn met een Viscrigezelschap van de Nazarenenkerk, waarvan je in Nederland een aantal kerken hebt en nog een hoop erbuiten. Ze zijn in Roemenië om te helpen met restoratiewerkzaamheden aan een kerk en betrekken de jeugd uit omliggende dorpen hierbij. Daarnaast bekijken ze op alle andere dagen natuurlijk ook een aantal bezienswaardigheden zoals Viscri vandaag.

Gids RobertaWe worden even later uitgenodigd om bij hun gids aan te sluiten en dus mee te luisteren naar het verhaal over deze burchtkerk. Wel leuk om hier iets meer over te weten, dus we zeggen ja en krijgen zo ook nog eens gratis toegang. Hun gids heet Roberta, is een Amerikaanse dame die al 14 jaar in Roemenië woont en bovendien oud professor is van de NASA. Het verhaal van Roberta wordt nog aangevuld door één van de jongere mannen uit het gezelschap dmv een quote uit de bijbel: Een vaste burcht is onze God

Het kerkje is echt goed bewaard gebleven en niet op een o-zo-typisch-toeristische-manier opgeknapt. Bovendien kan je ook de toren in, via een smalle stenen trap, met her en der een wel erg gammele plank op de tussenveriepingen. Het bordje “eigen risicio” staat hier voor de verandering zeer terecht! Eenmaal boven gekomen worden we getrakteerd op een prachtig uitzicht over het dorp met de heuvels en kan je de burcht goed van bovenaf bekijken. Het wordt zo een stuk makkelijker om je voor te stellen dat de gehele Saxische bevolking van het dorp in deze ommuurde kerk kon schuilen terwijl het dorp geplunderd werd door de Turken of Tataren.

RupeaOnderweg naar de volgende grotere plaats Brasov, zien we een groot kasteel op de heuvel staan bij Rupea. We beslissen dat deze ook een bezoekje waard is, dus rijden we omhoog en betalen we ieder 10 lijken (eigenlijk zijn dit LEI, maar dit klinkt wel leuk), zo’n 2,5 euro om naar binnen te mogen. We krijgen een kaartje mee en gaan van plek naar plek in deze laatst overgebleven uitvalsbasis van de Saksen in de tijd van de gevechten tegen Koning Charles Robert van Hongarije. Het is een groot complex waar ze wel erg veel aan hebben gerestaureerd in een iets te moderne stijl, beetje zonde. In Disneyland had het ook niet misstaan met de gloednieuwe glimmende dakpannen en smetteloos voeg- en schilderwerk.

RegenTerwijl we weer verder rijden richting Brasov, begint het opnieuw te regenen. Renee stapt snel uit voor nog een laatste poging winkelpoging naar een Lonely Planet, terwijl Stefan een parkeerplaats zoekt. Inmiddels stort het water aangesloten uit de lucht naar beneden, dus we zijn blij met onze Goretex jassen. We lopen een beetje rond over het plein, waar ook allerlei etenstentjes staan en dan begint het, wat we niet voor mogelijk hieden, nóg harder te regenen.

We schuilen onder één van de luifeltjes en er stroomt inmiddels een rivier aan water over het plein, fijn, de rest van de dag natte sokken dus. We shoppen hier pesto (was in de supermarkt wel erg duur) en, wat een paar dagen later blijkt, een wafel met een soort negerzoenschuim en rozijnen (mierzoet, maar erg lekker). De stad bezoeken is met dit weer niets aan, dus duiken we Pub Biblioteque in waar we even een drankje drinken. Hier scoren we ook een stadskaartje van Brasov en even later belanden we met natte voeten en broek in een Roemeens restaurant. Stefan bestelt eerst een soort Roemeense pannenkoek met vlees, maar deze blijkt “op” te zijn. Dus hij laat zich adviseren om de Brasov specialiteit te bestellen: kip, beef, pork, potatoes en spicy sauce. Best lekker! Renee gaat voor de Cabbage rolls with meat, vegetables and polenta. Best ok, maar niet haar favoriet.

Gelukkig is het na het eten weer min of meer droog en lopen we alsnog een stukje door de stad en daarna terug naar de bus om een slaapplaats te zoeken. We Onze slaapplaatskunnen vanavond en morgen gratis parkeren bij het park in de stad, dus theoretisch zou hij hier kunnen staan. De plekjes zijn allemaal echter zo kort dat de bus dan flink uitsteekt en bovendien is het wel erg druk qua verkeer. Dus rijden we terug naar een plek die Stefan op de heenweg heeft gemarkeerd.

In het donker ziet dit er alleen opeens niet meer zo aantrekkelijk uit, dus vragen we verderop bij de bewaakte parkeerplaats met douche en restaurant voor vrachtwagens, of wij daar ook een nachtje mogen staan. Geen probleem, voor nog geen 2,5 euro krijgen we een plekje toegewezen. Niet helemaal volgens de regels, dus een bonnetje krijgen we niet, maar wat maakt ons het uit. We staan in ieder geval op een veilig plekje met een wc in de buurt.

Na een prima nachtje, klimmen we uit ons bed voor een opfrisbeurt. Terwijl Renee in de gezamenlijke “badkamer” staat om haar tanden te poetsen, komt er een nietsvermoedende Roemeense vrachtwagenchauffeur binnen lopen. Lachen! Die verbaasde blik, daarna nog eens goed kijken, naar buiten lopen om op de deur te kijken (er staat niets over mannen/vrouwen), daarna iets vragen in het Roemeens, mijn lachende en vragende blik en hij vertrekt weer. Ik geloof dat hij niet gewend is om vrouwen te zien op een trucker parkeerplaats. 2 minuten later komt hij toch weer terug en besluit hij om gebruik te maken van één van de hokjes ipv de pisbakken (thanks!)

BrasovWe rijden de stad weer in en parkeren bij het park met één wiel op het fietspad, zodat de achterkant niet op de straat steekt. Zo te zien gaat er snel een hardloopwedstrijd starten. Stefan pakt de kaart erbij en we lopen de noordelijk en zuidelijke wandelroute door de stad. Het is nog erg vroeg, mistig en fris en we lijken de enige toeristen te zijn op deze vroege zondagochtend. Brasov is een prima stadje, maar we gaan inmiddels toch vergelijken en dan vinden we oa Sighisoara mooier. Na de wandeling shoppen we bij de van gisteren bekende standjes op het plein twee typische Romeense baksels. Een soort quiche van bladerdeeg, ei en zoete/zoute kaas. Deze gaan in onze tas voor de lunch.

Om 11.00 uur, na ongeveer 30 km rijden, komen we aan in Bran. Zoveel toeristen hebben we tijdens onze hele trip Cheesenog niet gezien! En de hoeveelheid souvenirkraampjes en eettentjes bij elkaar ook nog niet. We zijn bijna geneigd om het wuivende mannetje te volgen en te parkeren tegenover de ingang, bij een paarkeerplaats met een officieel P-bord voor zo’n € 0,90 per uur, maar vinden uiteindelijk na een rondje rijden, zo’n 150 meter verder een gratis plekje. De oprit is echter flink diep ingesleten en daardoor lazerd de hele inhoud van één van de bovenkastjes eruit, waardoor het ons uiteindelijk toch ook een spiegel, deksel van chocopasta-pot en tijd voor het opruimen kost. Flink gat! En goede les om die spullen beter/ergens anders op te bergen.

InrichtingWe betalen zo’n € 6,00 pp om Castle Bran in te mogen, wat ook wel bekend staat als Dracula’s Castle en 60 meter boven de bergpas uitsteekt. De Saksen hebben dit kasteel in 1382 gebouwd om de pas te verdedigen tegen de Turken. Ze zeggen dat Vlad Tepes (aka Dracula) “waarschijnlijk” (juist) een aantal dagen hier is geweest toen hij op de vlucht was voor de Turken. We verplaatsen ons via de IKEA-style aangegeven route van kamer naar kamer en doen ondertussen wat ideeën op voor de verbouwing van ons huis. Ze hebben dit kasteel flink opgeknapt en ondanks dat het erg commercieel en toeristisch is, zijn alle kleine hoekjes en nisjes wel erg leuk. De reden dat dit kasteel zo populair is, is de associatie met Dracula, Vlad Tepes en de schrijver van het boek Dracula, Bram Stoker.

Hij past niet eens op de foto!Het wegrijden van de parkeerplaats gaat gelukkig zonder schade en daarna stomen we door naar Boekarest. We hoeven deze stad verder niet uitgebreid te bekijken, maar willen wel graag het grootste gebouw ter wereld zien: Het parlamentsgebouw. Daardoor ook wel een beetje lastig om op de foto te zetten. We twijfelen nog even wat te doen vanavond. We zijn nu dicht bij de grens met Bulgarije en we hebben alles wat we wilden zien in Roemenië nu ook gezien. We besluiten: ondanks dat het al donker aan het worden is, gaan we vanavond nog de grens(brug) over met land nummer 8: Bulgarije!

Top Gear: The best road in the world

We slapen deze morgen lekker lang uit en tijdens het ontbijt beginnen we aan de planning voor de motortour die we willen ondernemen o.a. langs de burchtkerken in de omgeving. De planning is globaal om naar het noordoosten te rijden via allemaal kleine dorpjes en bij elk van die dorpjes even bij de burchtkerk te stoppen in de hoop dat we er eentje treffen die open is, zodat we de binnenkant kunnen zien. Daarna overnachten in Brasov, dat hier zeker op zo’n toeristische manier, een dag rijden vandaan ligt en dan de volgende dag eerst Brasov bekijken, dan Castle Bran, dat bekend staat als “Dracula’s castle” en dan via de zuidroute en de Transfagarasan route (BBC Top Gears voted most beautiful route in the world) weer terug naar de camper. En de twee dagen daarna zou het rondje aan de westkant aan de beurt zijn met nog een paar mooie bergpassen, gewoon leuke motorweggetjes en dan zien we wel wat er nog meer op de route ligt.

Als Anselm weer buiten komt met de hond besluit Stefan om zijn geplande route voor de komende vier dagen even door de expert te laten checken en die komt meteen met allerlei alternatieven en nogmaals iets nadrukkelijker met de uitnodiging om samen een motorritje te ondernemen. Vanmiddag, als de oppas voor de hond er is, kan hij weg en hij kan zelfs wel even bellen of zij misschien iets eerder kan komen, dan hoeven wij er niet bijzonder lang op te wachten. We spreken af dat we het begin samen oprijden en dat als hij terug moet naar huis, wij verder rijden op één van de twee geplande routes.

Met AnselmAnselm woont hier al 7 jaar, hij kijkt een keer links en een keer rechts naar de wolken en besluit dat het verstandig is om naar het Oosten te rijden. Hij rijdt rustig zegt hij, Stefan hoeft zich geen zorgen te maken. En vervolgens trekt hij het gas van zijn KTM lekker sportief open, het kost serieus moeite om hem bij te houden, met passagier en op offroad banden. We rijden richting de Trans-Fagarasan bergpas en het is werkelijk genieten! Zowel van de bochten als van het uitzicht, wat is het hier mooi!

Met de weg op de foto, gek eigenlijkHet duurt dan ook gevoelsmatig niet lang voordat we een stop hebben op een mooi uitzichtpunt voor de immer populaire motorfoto met de slingerweg op de achtergrond en een paar bochten later staan we op de top van de bergpas bij het meertje, dat nog nooit warmer dan 10 graden celcius is geweest, in zijn eigen kommetje, volledig uit de wind, ligt het er vlak als een spiegel bij. We rijden samen nog door de 800 meter lange tunnel die onder het laatste stukje berg door gaat en een stuk naar beneden aan de andere kant, tot het asfalt duidelijk slechter wordt en Anselm stopt om te melden dat hij terug moet voor zijn hond. Wij gaan verder op avontuur, we weten alleen nog niet waarheen, want we waren eigenlijk van plan om deze weg de andere kant op te doen op de terugweg.

Even op de kaart kijkenAan de andere kant van de bergpas is de weg een stuk slechter en ondanks de perfecte kromme bochten, wordt hij na een tijdje best saai, omdat het er 50km lang hetzelfde uitziet, een groot meer aan de rechterkant, berg aan de linkerkant en overal waar je kijkt dennebomen. Het matige weer draagt hier vast ook wat aan bij. We stoppen bij een uitzichtpuntje aan het meer om een crackertje te eten en een plan te maken hoe we vanaf hier verder gaan. Ondanks de mega slechte weersvoorspelling voor morgen gokken we het erop dat het in de bergen toch anders is en rijden we naar het zuidwesten om morgenochtend de trans-Alpina te kunnen rijden, die een paar jaar geleden is aangelegd en de titel “de hoogste geasfalteerde weg van Roemenië” heeft afgepakt van de Trans-Fagarasan.

Ganzen in mini dorpenWaar bij de Trans-Fagarasan het noordelijkste stuk het mooiste is, zou bij de Trans-Alpina juist het zuidelijke stuk het mooiste moeten zijn, dus naast dat we nog een kleine 200km naar het westen moeten, moeten we ook nog flink naar het zuiden afzakken. En bij gebrek aan mogelijkheden in de bergen, kan dat helaas niet diagonaal. Maar we zien onderweg de mooiste authentieke Roemeense dorpjes, waar we echt door iedereen worden aangestaart alsof we aliens zijn. MeuuuuuhhhhhhWat doen die gringo’s hier!? Om 16.00 uur stoppen we met nog 114km te gaan tot het begin van de Trans-Alpina nog even bij een bakkertje-met-terras en leren we dat “Branza” een soort van zoete fetakaas is, die perfect samengaat met bladerdeegflappen.

Als het al bijna donker is (ja, ja, om 18.00u zet de schemering in helaas) stoppen we bij Pensiunea Ela in Novaci en bedingen we met handen en voeten een kamer van 80 RON (18,18 euro) voor slechts 70 RON (15,90 euro). Dat voelt goed! Helemaal als we daarna ontdekken dat ze ons helemaal niet af probeerde te zetten, ze heeft boven in de gezamenlijke keuken gewoon een oeroud briefje hangen waarop staat dat een kamer 80 RON moet kosten. Nouja, hij slaapt extra lekker dan houden we onszelf dan maar voor. Pension ElaEla raadt ons nog aan om te gaan eten bij La Gabriela o.i.d. wat 4 vingers lopen is. Na zo’n 600 meter lopen vragen we het nogmaals in een winkeltje en het meisje achter de balie maakt een gebaar van verder die kant, en dan naar links, maar heel veel wijzer worden we daar niet van.

Pizza GabrielNa lang zoeken in het donker en alle restaurantjes en cafétjes in dit kleine dorpje van binnen te hebben bekeken, vinden we uiteindelijk een pizzeria die er het minst slecht uit ziet en die blijkt een Pizza Gabriel op de kaart te hebben staan. 🙂 Deze tweepersoons pizza klinkt ook erg goed, dus die bestellen we, want wat kan je nou verkeerd doen aan een pizza. En hij was ook erg lekker. Wel wat apart dat er geen tomatensaus op zat, maar dat we een fles curry en een fles ketchup bijgeleverd kregen. Tijdens de wandeling terug naar het hostel zijn we blij dat we niets anders dan onze motorkleding bij ons hebben, want inmiddels regent het weer een beetje, laten we hopen dat het vannacht allemaal valt en dat het morgen dan droog is.

In het hostel genieten we van de warme douche en kijken we de film “We’re the Millers” (cheesy aanrader) op de telefoon van Stefan voordat we gaan slapen.

Als we de volgende ochtend wakker worden doet de wifi van het hostel het gelukkig wel. En dat is maar goed ook, want als we uit het raam kijken zien we letterlijk niets anders als grijze mist en regendruppels op het raam, we besluiten dus nog even iets langer in bed te blijven liggen. Renee doet wat research op het web en Stefan pakt de Lonely Planet erbij.

Als het bijna twee uur later nog geen spat beter is buiten qua weer besluiten we toch maar in de regen op te stappen, we pakken iets te vlot onze spullen in en betalen een willekeurige bewoner van het huis de afgesproken 70Lei en springen op de motor. Na een korte tussenstop bij een bakkertje in het centrum voor een vers stuk brood en wat te drinken, kan de fun beginnen.

Trans AlpinaDe bergpas begint meteen buiten dit dorp en al gauw rijden we de mist uit (boven 900 meter), heel even is het werkelijk genieten van zowel het rijden als het uitzicht. Maar helaas zitten we een paar kilometer later op 2000 meter (en hoger) weer midden in een flinke wolk en regenbui. De prachtige omgeving waar deze weg doorheen zou moeten lopen zien we niet. Sterker nog, Stefan heeft op sommige momenten genoeg problemen om de rand van het asfalt te onderscheiden van de afgrond.

Mist!Op een zeker punt moeten we kiezen: we kunnen naar het Noorden blijven rijden, nog een uur of twee, om daarna met een verbindingsweg van nog ruim een uur terug naar de camping te gaan. Of we kunnen naar het Oosten gaan, over een wat slechtere weg en daarna de gok nemen dat een kleine bergweg welke niet in de GPS staat, maar als “other road” wel op onze wegenkaart staat ons vrijwel direct naar de camping brengt.

We kiezen voor het tweede en het slechte asfalt, waarvan Anselm op de camping al gezegd had dat hij daar zeker niet zou gaan rijden, valt nog best mee voor onze offroad-geschikt-gemaakt KTM. Af en toe moeten we even wat gas bij geven om de speelse (hopen we) straathonden te ontwijken die in onze banden en enkels proberen te happen, maar onze grootste ergernis is toch wel de onophoudelijk stromende regen. Dat is toch echt wel minder leuk, naast gewoon koud en irritant, zorgt het vooral voor gebrek aan uitzicht en daarvoor zijn we hier uiteindelijk.

Betonblok schuilplaatsWe stoppen rond 13.00u langs de kant van de weg en schuilen in een soort van tunnelelement van beton dat hier gewoon maar staat te staan. We delen ons brood en ritsen de wintervoering terug in onze motorkleding, want het is hier echt vies koud aan het worden. Een kleine 40km verderop moeten we in een dorp flink zoeken naar het juiste achterstraatje dat het begin van onze “other road” afsnijroute zou moeten worden. Weg WegdekWe voelen al wat nattigheid als we letterlijk door iedereen die we langs het begin van deze weg tegenkomen nog aangekeken en nagestaart worden, maar het besluit is genomen, we gaan proberen midden door het bos naar de andere kant van de berg te komen. Van asfalt is in ieder geval vrijwel direct al geen sprake meer.

Beekje rijdenHet weggetje wordt smaller en slechter en slechter en slechter. Na slecht asfalt kwam grind, toen zand, toen blubber met grind, en daarna gewoon kiezelstenen zo groot als voetballen. Toen het water na een tijdje over de ‘weg’ naar beneden kwam stromen kreeg Stefan een echt ‘Vogezen-gevoel’ waar hij met een offroad weekend al eens samen met Ernst en Roland een beekje helemaal tot de bron omhoog gereden is, tot een boze stroper ze terugstuurde.

StuwdamNa een kilometer of 10 meldt de GPS “Van route, Herberekenen?” hier houdt de weg op volgens de digitale kaart. En na de volgende bocht lijkt het erop dat Garmin de discussie gaat winnen van de vrij recente papieren kaart: Er staat een 30 meter hoge stuwdam midden op de weg!

Vogels spotten, niks voor ons.We zoeken nog een tijdje naar alternatieven en vinden zelfs een weggetje van een kilometer of 4 lang dat uiteindelijk doodloopt op een vogelspottershuisje midden in het bos. Dit wordt niks, helaas. We zijn hemelsbreed zo’n 20 km van onze camper verwijderd, maar kunnen er vanaf hier met geen mogelijkheid, met motorfiets, komen.

Op de terugweg zwaaien we vriendelijk naar iedereen die ons waarschijnlijk voor gek verklaard heeft op de heenweg: Stefan heeft zich in ieder geval kostelijk vermaakt tijdens deze offroad test voor zijn straatmotor. In het volgende dorp tanken we de motor af en met nog 115km verbindingsweg door het dal te gaan draait Stefan de gaskraan flink open op de mooie glooiende brede asfaltweg door het dal, die we eigenlijk morgen met de bus de andere kant op zouden rijden. We zijn nat, koud en we willen allebei zo snel mogelijk onder een warme douche!

Renee begint met de Appelsoep. De wat? Precies ja.We rijden bij de camping nog een rondje door het dorp, op zoek naar een leuk restaurantje, maar dit dorp is echt heel klein. Iets buiten het dorp woont een Nederlander, waar we via Anselm al kennis mee gemaakt hadden gisteren en hij staat toevallig in zijn voortuin als we langs rijden. We vragen hem een tip voor wat te eten op loopafstand en hij suggereerd het Apfelhaus, een Duits hotel een stukje verder op de heuvel, waar we later die avond inderdaad een zeer lekker, maar niet goedkoop avondmaal nuttigen.

Terug bij de camper trekt Stefan de motorkoffer nog even leeg op zoek naar onze reisgids, maar helaas! Die ligt waarschijnlijk een hele natte, koude, maar avontuurlijke dag hiervandaan in een hostel van een vrouw die geen woord Engels spreekt onder de dekens van het bed, samen met onze notities de komende paar dagen. We checken het nog even, maar ze heeft ook echt alleen een telefoonnummer op internet staan. En het is zo’n 40 euro benzine + een dag rijden om hem op te halen, een nieuwe kopen is makkelijker en goedkoper, besluiten we.

Ananas en multumesc Anselm

De slotgrachtRenee had het gisteravond al gezegd, die Citadel van Alba Iulia is ideaal voor een rondje hardlopen. Dat is dan ook wat we samen besloten hebben te doen deze morgen. We zijn vroeg wakker en verplaatsen de bus van onze illegale parkeerplaats voor het hotel terug naar het plekje waar hij gisteren de hele middag gestaan heeft voor de ingang van de citadel. Daarna trekken we allebei ons hardloop-tenu aan om een rondje om de kerk te hobbelen.

Rare snuiters in de stadDe oude slotgracht van de citadel is helemaal drooggelegd en voorzien van prachtige wandel- en fietspaden. Op wat gesloten hekken na (sommige openen om 0700u, andere pas om 0900u) kan je dus helemaal rondom het oude stadje (hard)lopen. Wat een leuke GPS-tracklog tot gevolg heeft (Renee / Stefan). Omdat Stefan verder loopt dan Renee was zij eerder terug bij de bus en al klaar met opfrissen. Houten kerkWat betekende dat zij tijd had om bij de houten kerk van Alba-Iulia te gaan kijken, die Stefan al gezien had in zijn hardlooprondje, terwijl Stefan even uit zat te zweten bij de bus. Daarna hebben we samen nog een tijdje door het midden van de Citadel naar de andere kant gelopen en wat foto’s gemaakt, maar eigenlijk hebben we wel het gevoel dat we het gezien hebben op deze manier en we vertrekken rond 11.00u naar onze volgende bestemming Sibiu.

In Sibiu doen we eerst een poging om naar een camping te rijden die hier met borden staat aangegeven, maar door een recent gewijzigde weg (naar eenrichtingverkeer de andere kant op) kloppen de borden niet meer en Stefan besluit dat het dan maar eerst tijd is voor lunch en draait de bus de parkeerplaats van de Lidl op. Terwijl Renee binnen wat croissantjes en Duitse broodjes koopt, kijkt Stefan even snel op de kaart en de GPS waar we zouden kunnen parkeren om het centrum van Sibiu te bekijken. En we zetten koers naar het oude centrum, waar we de lunch op het grote plein willen nuttigen.

Wel een tikkie lompEr is een ring van parkeerplaatsen rondom het oude centrum waar we tegen betaling de bus zouden mogen neerzetten, of eigenlijk niet, omdat hij 52 centimeter te lang is om daar te mogen staan, maar ze gaan dat vast niet met een meetlat controleren. Al snel vinden we een ideaal plekje, slechts 20 meter vanaf het grote plein, midden in het centrum dus. Stefan stopt zijn creditcard in de parkeermeterdingus en drukt 2x op het plusje. 15-10-2014 14:00 uur staat er nu in beeld. Maar het is al bijna 14.00uur, dus dat vindt hij wat kort en na nog een keertje drukken springt de tijd naar 16-10-2014 08:00 uur. Huh? Naast dat dat een gekke sprong in de tijd is, bedenkt Stefan zich dat het pas de 14e is vandaag. We mogen dus voor 3 RON (65 eurocent) nu 2 dagen hier parkeren, ze moeten wel binnenlopen op die boetes, want daarvoor een automaat plaatsen lijkt ons niet de investering.

Broodjes op dit plein dusWe nuttigen onze meegebrachte broodjes in het zonnetje, op een bankje op het plein en kijken naar wat de andere mensen allemaal doen, zoals spelen met de fontijn, duiven voeren, etc. Daarna lopen we aan de overkant van het plein de tourist-info binnen in de hoop op een goed adres voor de camping die we probeerden te vinden, maar helaas, dat weet ze niet. Wel krijgen we een kaartje van Sibiu en heel veel meer dan ‘museum, museum, museum en kerk’ weet ze niet te vertellen als interessante punten. Musea daar zijn we niet zo van en de kerk is gesloten voor renovatie, dus we gaan niet veel tijd nodig hebben voor deze stad. 😉

Liars bridgeWe lopen een rondje langs het grote en het oude plein, een stukje oude stadsmuur en wat verdedigingswerken en over de Iron bridge, ook wel liars bridge genoemt omdat hij zou kraken als je er een leugen op verteld (getest). En we shoppen een stel bretels voor de motorbroek van Stefan, die door al dat hardlopen echt letterlijk tot z’n enkels afzakt, zelfs op de strakste stand. En daarna stappen we weer in de auto om naar een camping wat verder buiten de stad te navigeren, want we hoeven hier toch niet meer te zijn de komende dagen.

Verlaten camping Ananas15 kilometer verderop komen we op een volledig verlaten ‘camping Ananas’ aan. Deze camping onder Duits beheer, staat in het boekje, zou morgen al sluiten, maar we hopen hier een paar daagjes langer te kunnen blijven omdat het zulk mooi weer is. Het begint al goed, er is helemaal niemand bij de receptie en op één badhuis na is alles op slot. Maar het badhuis heeft warm water en het hek stond open, dus we kiezen gewoon een plekje uit en laden alvast de motor uit de bus voor de trip die we de komende dagen willen gaan maken in de omgeving.

Renee draait een wasje en doet de afwas van de avond waarop we zelf gekookt hebben twee dagen terug en neemt een heerlijk warme lange douche. Als Stefan net wil beginnen met het wisselen van olie + filter van de bus komt er een man met 3 honden via een soort van achterdeurtje de camping oplopen. Hij blijkt de ‘assistent manager’ te zijn, een Duitser die Uwe heet. Hij is wat langdradig, maar super aardig. We mogen hier zo lang blijven als we willen, want de camping is open zolang het niet vriest ‘s nachts en dat is nog zeker twee weken.

Uwe de campingbaas-assistent-ofzoHij geeft nog wat informatie over de kerk op de berg waar we op uitkijken en een tip voor een restaurantje beneden in het dorp. En hij zegt dat we de enige gasten zijn (oh echt?) maar dat er nog wel een Duitser in de laatste bungalow van de camping woont, die elk moment wel thuis kan komen. Prima, we zien hem wel verschijnen. Uwe komt verder elke avond en ochtend wel even op de camping kijken, maar verder is er niemand, dus we moeten maar kijken wat we exact willen betalen en het geld in de brievenbus van de receptie stoppen als we vertrekken. Leuke sfeer!

Frituurolie aftappenNet als Stefan opnieuw een poging wil doen om onder de bus te kruipen, komt er een Mercedes het terrein oprijden. De overduidelijk Duitse bestuurder stopt bij onze bus en vraagt in het Engels of we al iemand hebben gesproken en daarna wil hij alles weten over de KTM van Stefan, want hij heeft zelf ook twee KTM’s, waaronder een prachtige nieuwe Duke 1290. We stellen ons nog even netjes voor en hij blijk Anselm Roth te heten, schrijver van boeken en hij publiceert ook boeken van anderen. Ook hij geeft ons wat tips over de burchtkerken in de omgeving en zelfs een detailkaart van Roemenië, die hij toch maar lastig vindt en vervolgt daarna zijn weg naar zijn bungalowtje.

Tien minuten later komt hij met zijn Dobermann Lenna nog eens langslopen. Hij heeft er even over nagedacht, maar hij wil ons graag uitnodigen om bij hem te komen eten. Hij heeft verse zalm uit Noorwegen, gekregen van een vriend, en wil graag voor ons koken. Als duidelijk wordt dat Stefan echt geen vis gaat eten en hij onze eigen gehaktballetjes zelfs niet geschikt acht voor zijn hond, beloofd hij Angus biefstuk als alternatief klaar te maken. Gezellig, daar zeggen we natuurlijk geen nee tegen!

Soepje!Als we een uurtje later (na de oliewissel) aankloppen bij zijn achterdeur staat hij druk te kokkerelen. Wij krijgen alvast een bord pompoensoep terwijl hij de laatste hand legt aan de Zalm en het alternatieve Roemeense-worstrecept dat hij voor Stefan uit de koelkast heeft getrokken. Na een super lekkere en bijzonder gezellige maaltijd laat hij ons nog een aantal van zijn boeken en foto’s zien en vooral ook een hoop foto’s van de ommuurde burchtkerken en motorweggetjes waar deze omgeving zo om bekend staat. We worden helemaal enthousiast over deze regio en besluiten er iets langer voor uit te trekken dan we eigenlijk van plan waren. We besluiten de avond rond 22.15u met een uitnodiging voor een gezamenlijk motorritje op zak voor morgen in de middag, maar we weten nog niet of dat heel handig is voor onze planning.

Van Stalins beeld zijn alleen de laarzen over

Vandaag stappen we weer in ons bussie om de laatste bezienswaardigheid op ons lijstje in Budapest te gaan bezoeken. Net buiten de stad ligt namelijk Memento Park en daar zijn we reuze benieuwd naar.

Marx, Engels & MennesOm 11.15 uur staan we bij de kassa en we komen gelijk in de juiste stemming doordat er een Russisch klinkend muziekje uit een 1960 radio klinkt en er allerlei Lenin/Stalin/communisme souveniers tentoon worden gesteld. We hebben geluk, want 15 minuten later start er een tour met een Engelse gids. Normaal zijn we niet zo van de tours, maar dit is nou juist een bezienswaardigheid waar wat extra uitleg het verschil kan maken. Dus betalen we een paar extra Huf(ters), lopen een rondje over een aanvullende expositie en daarna kunnen we gelijk verder.

Man met vlaggetjeIn het Memento Park zijn 42 beelden verzameld die tussen 1945 en 1989, toen Hongarije onder leiding van de Sovjet-Unie viel, verspreid stonden over het land. Korte geschiedenisles: Hongarije heeft zich in de Tweede Wereldoorlog aangesloten bij de Duitsers, in de hoop dat ze gebieden die ze in de jaren ervoor kwijtgeraakt waren (oa wat nu Servië is) weer terug zouden kunnen krijgen. On the phoneDit hebben ze ook korte tijd gehad rond 1944, maar uiteindelijk is dit voor niets geweest want na de Tweede Wereldoorlog waren de grenzen gewoon weer zoals daarvoor. Uiteindelijk hebben ze zich tegen de Duitsers gekeerd nadat de Russen het land waren binnengedrongen en hebben ze hen geholpen door mee te vechten tegen de Duitsers.

Het leuke van de rondleiding is dat de beelden opeens gaan leven. We krijgen te horen waar ze stonden in de stad, wie de personen zijn, met wat voor doel ze er stonden, achtergrondinfo en een stukje geschiedenisles. Van Marx, Engels, Lenin en Stalin, naar Hongaarse heroes, soldaten, de rode vijfpuntige ster en hamer & sikkel. Super interessant!

Na de val van het Communisme in 1989 (het moment dat de Berlijnse muur viel wordt hiervan als symbool gezien) werden alle beelden verwijderd uit de stad en veel ook vernietigd, want dit herinnerde iedereen aan de onderdrukking. De regering heeft toen besloten om een groot aantal van deze beelden te bewaren en een aantal jaren later tentoon te stellen in het museum Memento Park. De gids wijst ons er ook nog even op dat het een gigantisch karwei moet zijn geweest om ook alle sterren, hamers en sikkels te verwijderen die overal door Budapest verspreid waren. Deze mogen namelijk niet meer worden gebruikt, maar stonden wel op en in allerlei (overheids)gebouwen, parken, schilderijen, kranten, klaslokalen, noem maar op.

Keksekemetjes ofzoNa deze interessante ochtend rijden we verder naar het zuiden van Hongarije: Kecskemét. We parkeren de bus tegenover de Italiaan aan de rand van het stadje en Stefan bestelt een pizza en Renee een salade. Voor nog geen 10 euro hebben we samen een prima lunch inclusief 3 cola light, idioot, die prijsverschillen met Nederland. Naast een paar mooie gebouwen rond het plein (we hebben wel de moeite genomen om even rond te kijken), is het niet zo’n boeiend stadje.

Daarna rijden we door naar Szeged, de stad waar jaarlijks een muziekfestival plaatsvindt en wat volgens de Lonely Planet een leuke stad zou moeten zijn. Omdat het al laat in de middag is, besluiten we om hier een camping te zoeken, zodat we morgen de stad kunnen bezichtigen en daarna weer verder kunnen. Op internet hadden we twee campings gevonden die al dicht waren, dus kijken we of de navigatie nog met suggesties komt en of we nog bordjes kunnen vinden. Helaas allebei zonder succes. De camping uit de gps, waar ook een hotel bij hoort, is al zeker twee jaar hardstikke dicht en gekraakt, maar verder geen bordjes te bekennen.

Illegal camping Dan maar weer illegaal camperen vannacht, daar hebben we deze “onopvallende bus” immers ook voor! Alleen waar dan? 1. Naast de ingang van de gesloten camping: hmm te afgelegen. 2. Voor de deur van de automaterialenzaak 100 meter verderop: hmm die gaat om 07.00 uur alweer open, maar we besluiten hier wel een pastasalade te kokkerellen 3. Langs de weg tegenover het benzinestation: wel erg druk zo met de auto’s, maar hier hebben we wel even gestaan omdat we hier in ieder geval wifi van het tankstation konden gebruiken. We kiezen utieindelijk voor onze 4e ingeving: een zijstraatje van de automaterialenzaak, tegenover een bedrijf dat leeg staat, achter een ander geparkeerd busje. Volledig incognito!

Rond 08.00 uur staan we met onze bus voor de supermarkt om een ontbijtje te kopen en daarna rijden we de binnenstad in. We hebben echter bijna geen Hongaars geld meer en ook geen munten om te parkeren/voor Ov dus kiezen we ervoor om de wandeling uit de Lonely Planet met de bus te doen. Dit gaat ook prima. Tijdens het festival is het misschien een leuke en sfeervolle omgeving, maar ons stelt het teleur, zeker in vergelijking tot de andere plekken die we al hebben gezien. Dus gaan we maar weer eens verder.

Grens RoemeniëWe zijn nu relatief dicht in de buurt van de grens. Om 10.45 uur rijden we de grens met Roemenië over. Of eigenlijk moeten we 11.45 uur zeggen, want het is hier een uur later. In de ANWB wegenkaart van Roemenië staat dat er lange wachtrijen kunnen zijn, maar na een paar minuten, wat geïnteresseerde blikken ivm onze acheruitrijcamera en dashcam (scherm staat uit) en het tonen van onze legimaties, zijn we in land nr 7! We kopen daar direct een vignet om op de hoofdwegen te mogen rijden en zetten weer gas op de lollie!

Roma bouwstijlHet valt wel direct op dat we in een ander land zijn. De “snelweg” is te vergelijken met een 80 km tweebaansweg in Nederland, maar dan met slecht asfalt en steeds slingerend door dorpjes. Er rijden vooral erg veel vrachtwagens die spontaan niet meer begrenst lijken te zijn en ons inhalen met 100 km/u. We blijven echter rustig doortokkelen en ons aan de snelheden houden, kijken lekker om ons heen en nemen de nieuwe omgeving in ons op. Apart dat er eens in de zoveel tijd een vrouw langs de kant van de weg staat te zwaaien, met name naar vrachtwagens. De ene nog uitdagender dan de andere en niet allemaal even “Pretty woman”. We hebben gelezen dat het hier heel normaal is om te liften en zien even later ook een hoop mannen wuiven. We vragen ons daarna wel af wie lifter en wie hoer was, of allebei 🙂

Stadspark lunchIn de middag gaan we flink in de remmen als we in een dorpje, tegenover een kerkje, eindelijk een plek zien waar we kunnen stoppen om onze lunchbroodjes op te eten. Maar we moeten vooral ook erg nodig plassen! Voor Stefan niet zo’n grote uitdaging, voor Renee iets meer. Dus Renee gaat met de wc-rol onder haar arm (ja Anna en Robbert, degene die we van jullie hebben gekregen in Luxemburg ;)) op zoek naar een plekje zonder brandnetels en uit het zicht van de kerk en voorbijkomende vrachtwagens (je weet maar nooit wat ze zouden denken!). Daarna parkeren we onze stoelen in het gras, broodjes erbij, bordjes, drinken en de lunch is compleet! Renee maakt vanaf de zijkant van de weg nog een foto van het kerkje en er wordt volop getoeterd door de vrachtwagens. Het was zeker niet ivm gevaarlijk gedrag of in de weg staan en ze was ook niet op zoek naar een lift….. hmmm?!

Laat in de middag komen we aan in Alba Iulia. Een Engelsman die we op de camping in Budapest hebben ontmoet, heeft ons geadviseerd om voor deze plek iets van de hoofdweg af te wijken en hier hebben we zeker geen spijt van als we de Citadel zien. MennetDit oude ommuurde deel van de stad ziet er vanaf de buitenkant al mooi uit, dus we zijn benieuwd naar de binnenkant. We parkeren direct aan de rand op een gratis parkeerplaats. Na wat rommelen en orienteren besluiten we om eerst wat te gaan eten en daarna wel te gaan kijken waar we vannacht kunnen slapen.

Aangezien de poorten van de Citadel om 19.00 uur sluiten en we aan de rand geen restaurantje kunnen vinden, lopen we het nieuwe en lelijke deel van het stadje in. Ze lijken hier alleen maar Italiaanse restaurantjes of Bars te hebben, dus kiezen we uiteindelijk voor het eerste. Na wat vertaalwerk op de mobieltjes (het is handig dat er af en toe wat onduidelijke plaatjes op staan) kiezen we allebei toch maar voor veilig: Pui (kip) en Porc (varken) it is!

Kamperen voor een hotelVanavond kiezen we voor een hele brutale slaapplek. De gratis parkeerplaats naast de citadel verruilen we voor de Privat parking van een nabijgelegen hotel, naast het park. Daar kunnen we nog net hun gratis receptie-wifi gebruiken. Dus ipv de gordijnen te sluiten (dan is het wel erg duidelijk dat je een camper bent en daar overnacht), duiken we het bed in bovenin onze camper en hangen een handdoek bij onze voeten “te drogen” voor wat privacy en bescherming tegen eventuele lichten van andere auto’s en nieuwsgierige mensen. Gewoon niet reageren als er geklopt wordt: de bestuurders van de buitenlandse bestelbus hebben een hotelovernachting geboekt! 🙂