Tag Archives: iran

Laatste dag in Iran, nog een dagje Tehran

We hebben de afgelopen dagen weer contact gehad met Mohssen, de Iraniër die we op dag twee van onze Irantrip hebben ontmoet in de bus van Tehran naar Kashan. Hij heeft ons toen uitgenodigd om bij hem thuis te komen eten en we vragen hem of zijn uitnodiging nog steeds staat. Hij laat ons weten dat hij en zijn familie ons heel graag welkom heten in hun huis.

Omdat we het leuk vinden om zoveel mogelijk verschillende transportmiddelen te gebruiken, hebben we voor onze terugreis van Yazd naar Tehran twee treintickets gekocht. We zetten de wekker om 04.00 uur en proberen in het donker zo zacht mogelijk te doen om onze twee kamergenoten Stephanie en Eric niet wakker te maken. Gisteravond hebben we via ons hostel al geregeld dat er een taxi klaarstaat om ons naar het treinstation te brengen. Omdat er ook al een ander stel in de taxi zit en de kofferbak al vol is, worden onze tassen op het dak gebonden en kunnen we vertrekken. Nadat we veel te veel hebben betaald voor deze gedeelde taxi, staan we om 05.00 uur netjes op tijd op het treinstation.

TreinNa een half uur wachten mogen we met onze tassen naar de trein lopen. We moeten via een loopbrug naar een ander spoor en houden gepaste afstand tot de man voor ons, die duidelijk nog nooit in zijn leven op een roltrap heeft gestaan. De eerste keer gaat het net goed en de tweede keer besluit Stefan hem maar te helpen met één van zijn zware dozen, want anders waren we zeker onderdeel geweest van een Iraans spelletje oude-mannen-domino. De stoelen zijn zeer comfortabel en hebben ruim voldoende beenruimte. Wel leuk om te zien wat mensen allemaal meeslepen in dozen, plastic tassen en koffers. Volgens mij hebben ze het bagagelimiet voor deze treinen nog niet uitgevonden.

Als de trein even later gaat rijden, baalt vooral Stefan wel even dat we achteruit gaan, dat kijkt toch nooit zo lekker naar buiten. Ondanks dat we recht boven de motor zitten en dat best wel herrie maakt, ligt Renee binnen de kortste keren te slapen, terwijl Stefan een kaartje maakt van de gereisde routes in de verschillende steden. Net als in de bus zit er blijkbaar eten en drinken inbegrepen in de ticketprijs. Het stelt natuurlijk niet zo heel veel voor, maar we hebben nu wel weer een flinke voorraad aan water, koekjes en cakejes. Stefan besluit ook de koffie aan te pakken die ze serveren. Wel een beetje jammer dat we daarna pas te horen krijgen dat dit wel geld kost en dus geven we een paar van onze laatste Rials aan het mannetje.

Trein, niet gek veel anders als thuisRond 12.00 uur, een uur eerder dan verwacht, komen we aan op het station in Tehran. We besluiten om buiten op de trap in het zonnetje te gaan wachten op Mohssen. Hij wil ons graag ophalen, maar we hebben aan hem doorgegeven dat we om 13.00 uur arriveren. Uiteraard worden we regelmatig aangesproken door taxichauffeurs, maar deze keer kijken we niet uit naar een taxi, “We are waiting for a friend”. Stefan loopt nog een rondje op zoek naar een money exchange, want we zijn een tikje ‘low on cash’, maar helaas zonder geluk. We hopen maar dat Mohssen komt opdagen, anders hebben we niet eens genoeg geld om een taxi te betalen.

Rond 13.00 uur krijgen we een sms dat Mohssen is gearriveerd maar ons niet kan vinden. We besluiten om weer naar binnen te lopen als we elkaar even later zien worden we hartelijk begroet. Hij vertelt ons dat hij vanmiddag zijn eigen lessen heeft geskipped om met ons een middag op pad te kunnen gaan, daardoor voelen we ons wel een beetje lullig. Hij lijkt wel oprecht heel blij te zijn om ons weer te zien en dat is zeker wederzijds.

We stappen eerst met hem in een taxi voor een kort tourtje naar het dichtsbijzijnde metrostation. Daar staat hij erop om onze metrokaartjes te kopen en uiteraard worden we met onze grote tassen in de metro weer allervriendelijkst bekeken en begroet door alle mensen die om ons heen staan en zitten. Na zo’n 10 minuten stappen we samen uit en lopen we naar zijn geparkeerde auto, vanwege de smog regels mag hij met zijn oneven kenteken daarmee vandaag niet in de binnenstad komen.

Museum dicht, dan maar op de foto met dit beeld.Wij hebben hem eerder al verteld wat we al wel en niet hebben gedaan in Tehran en hij stelt voor om onze tassen in de auto te laten en geeft ons de keuze wat te doen vanmiddag. We besluiten eerst samen wat te gaan lunchen en hij stopt bij een prima restaurantje. Stefan en Mohssen bestellen ieder een goed belegde hamburger en Renee een spicy beef broodje. Nog een paar frietjes erbij en een vers geperst sinaasappelsapje, heerlijk! We besluiten er niet weer een groot probleem van te maken als Mohssen de rekening wil betalen. Dit is onderdeel van zijn gastvrijheid en hij verzekerd ons dat hij het echt kan betalen. Ok dan maar weer, wij zijn stiekem toch best arm. 🙂

DarbandTehran is een grote stad en dus rijden we een tijdje door de langste straat van Tehran, richting Darband. Daar aangekomen blijkt het paleis van de laatste shah dat we samen wilden bezoeken dicht te zijn op maandagen. Wat raar, normaal zijn dit soort bezienswaardigheden altijd dicht op vrijdag, net als veel winkels en restaurants. Hij verontschuldigd zich uitgebreid, maar uiteraard nemen we hem dit totaal niet kwalijk. We besluiten daarna de auto iets verder heuvelop te parkeren en een stukje te wandelen door Darband. Dit dorp ligt op een heuvel, langs een naar beneden kletterende rivier, met rijen theehuizen, theehuizen, theehuizen en een paar typisch Iraanse lekkernijkraampjes.

DarbandHet is inmiddels flink afgekoeld en ook een stuk frisser dan 2,5 week geleden. We besluiten om bij één van de theehuizen te gaan zitten en Mohssen besteld voor ons thee met een aantal van de typische Iraanse lekkernijen. Renee vindt alleen de zoetzure abrikozen wel lekker, maar de rest is niets voor ons. De bruine bonen en ontzettend zure andere dingen proeven we wel even, maar laten we daarna aan Mohssen over.

LekkernijenDe heater wordt aangezet en dus is het zo best aangenaam om een tijdje te blijven zitten. Mohssen geeft aan dat Iran nog wel wat te leren heeft over hoe om te gaan met toeristen. Wij vertellen onze positieve ervaring met de mensen in Iran en zijn juist blij dat veel nog niet is aangepast voor de toeristen. We krijgen echt het idee dat we nu nog een hoop authentiek Iran zien en het is echt fijn dat we regelmatig de enige toeristen zijn bij een bezienswaardigheid.

Het begint inmiddels te schemeren en dus lopen we weer terug naar zijn auto. Hij belt met zijn moeder om te overleggen wat een goede tijd is om te arriveren voor het diner en daarna rijden we naar een uitzichtpunt bij hun huis in de buurt. Daar kunnen we inderdaad een groot deel van Tehran zien. Daarna is het tijd om naar het huis te gaan. We pakken onze spullen uit de auto en gaan met de lift naar de 5e verdieping, waar we bij de deur hartelijk worden begroet door baba, maman en zus Elaheh.

Fruit voorgerechtjeWe trekken onze schoenen uit, zetten onze spullen in één van de slaapkamers, wassen onze handen en nemen plaats op de bank, terwijl maman het eten verder afmaakt. Als voorgerecht krijgen we ieder een bord vol fruit, want dat eten ze hier heel veel en thee, terwijl we gezellig kletsen over familie, werk en onze ervaringen in Iran. Baba en maman spreken maar een paar woordjes Engels en dus wordt er regelmatig vertaald door Mohssen of Elaheh.

Ook baba en maman zijn benieuwd wat onze ideeen waren over Iran voordat we hier kwamen. Dus vertellen we dat we dat we behalve de boycots en negativiteit in de media eigenlijk niet zo heel veel wisten over het land. Natuurlijk hadden we van drie mensen hele positieve reiservaringen gehoord, maar heel veel info hadden we niet en een voorstelling konden we al helemaal niet maken. Zij snappen dit en zijn blij dat we een fijne ervaring hebben gehad.

Aan tafelNadat we een tijdje hebben zitten kletsen over het imago van Iran en hun leven, gaan we aan tafel. Baba is oud piloot van de luchtmacht en is nu advocaat. Elaheh heeft gestudeerd, werkte tot voorkort in een lab en schildert graag. Ze is recent gestopt met werken om meer thuis te zijn ivm familiegebeurtenissen. Mohssen volgt een MBA Managementopleiding aan de universiteit, geeft één dag per week les en werkt vier dagen per week bij een marketing en import & export bedrijf.

In de keukenMaman en Elaheh hebben alles uit de kast getrokken met koken, we weten gewoon niet waar we moeten kijken. We hebben nog niet eerder in Iran zo lekker gegeten. Van heerlijk vers brood met een soort yoghurt dip, tot saffraanrijst met allerlei lekkere sausmixjes, een soort spaghettitaart met zoete aardappel on top, salade, een soort aardappelkoekjes, etc. Met een goed gevulde maag, ploffen we weer op de bank neer. Een uurtje later smullen we van ons toetje, een soort Iraanse cheesecake.

We kletsen de rest van de avond met onze nieuwe vrienden en ze willen ons graag overhalen om te blijven slapen. Ze verontschuldigen zich wel voor hun huis, want ze hebben nog maar één 1-persoonsbed hier in huis staan. De familie overnacht veel in een stad zo’n drie uur hier vandaan, zodat ze vaker bij de rest van hun familie kunnen zijn. Ze hebben daarom ook veel van hun meubilair daar naar toe verhuisd. Hun oudste zoon is een paar maanden geleden overleden aan een hersentumor en daar heeft de familie het moeilijk mee. Door veel in dat huis te zijn, met een grote tuin om lekker in de wroeten, vinden ze wat meer de rust om alles te verwerken. Slik, wat een heftig verhaal.

Fotos kijkenUiteindelijk kiezen we ervoor om niet te blijven slapen, want we willen ons niet te veel opdringen. We moeten morgen ook weer op tijd op het vliegveld staan voor onze vlucht naar Dubai en kunnen een goede nachtrust dus wel gebruiken. Rond 23.30 uur maken we aanstalten om te vertrekken, maar we mogen niet weg voordat we nog de afsluiter hebben gegeten in de vorm van zoete bietjes. Dit is iets waar Renee echt van gruwelt, maar ze kan het niet over haar hart verkrijgen om te weigeren en dus zet ze zich er over heen en eet mee.

We pakken één van onze Delfblauwe klompjes om de familie te bedanken voor deze geweldige avond en nodigen hun uit om een keer naar Nederland te komen en dan bij ons te verblijven. We weten niet of ze dit ooit kunnen doen, maar we zouden het erg leuk vinden om onze nieuwe vrienden een rondleiding te geven en kennis te laten maken met ons kikkerlandje. Zij willen ons ook enorm bedanken en iets meegeven om hun te herinneren, alsof deze hele ervaring nog niet voldoende was. 🙂

Terwijl wij onze spullen pakken, overleggen ze stilletjes wat te doen. We hebben hun eerder namelijk verteld over Duitser Stephan die een groot en dik boek van 2 kg van zijn familie heeft gekregen en dat hij zich verplicht voelde om dit cadeau mee te nemen op zijn reis. Uiteindelijk heeft hij deze aan het einde van zijn Irantrip meegegeven aan Andi (die naar huis ging) met de afspraak dat hij deze later wel een keer op zou komen halen in Duitsland. Van Mohssen krijgen we een portretfoto, van Elahah oorbellen voor Renee en van de ouders een Iraanse hanger met een belletje. Deze heeft hun oudste zoon een keer meegenomen uit Kashan als cadeau voor hun en deze willen ze nu aan ons geven met hun wens dat we nog een hele mooie tijd gaan beleven, veel lieve mensen ontmoeten en nog heel veel jaren gelukkig samen mogen leven.

FamiliefotoUiteindelijk vertrekken we, na een heel uitgebreid afscheid, ruim na middennacht samen met Mohssen naar hotel Firouzeh, waar we eerder ook al hebben geslapen. Hij heeft al gebeld met de vraag om voor ons een kamer te reserveren en dat is gelukt. Het is wat lastig navigeren door de stad. Het is nu lekker rustig, maar er is weinig straatverlichting en de eenrichtingswegen ook niet altijd duidelijk aangegeven. Uiteindelijk staat Mohssen toch toe dat Stefan de GPS aanzet die wij bij ons hebben en niet veel later staan we voor de deur van het hotel. We lopen samen naar binnen en na het inchecken loopt Mohssen nog helemaal mee naar de kamer om te dubbelchecken dat we goed terecht komen. Daar nemen we afscheid van hem. We moeten absoluut opnieuw langskomen als we weer in Tehran zijn, want één dag vonden ze veel te kort.

We zijn nu weer alleen, wat ook wel even fijn is. Met een big smile gaan we uiteindelijk slapen. Wat een dag!

Yazd, de stad van de Zoroastrians, windtorens en zandkleurige gebouwen

Als onze bus aankomt in Yazd staan er, nog voordat Stefan een voet op het asfalt heeft staan, vijf taxichauffeurs elkaar te verdringen om ons naar ons hotel te vervoeren. Stefan heeft helemaal geen zin om klassikaal te gaan onderhandelen, dus besluiten we om eerst even een flesje water te gaan kopen in het terminalgebouw en ondertussen te kijken of er misschien een officiële taxistandplaats te vinden is. Irritant genoeg loopt een van de mannetjes helemaal met Stefan mee. Als we klaar zijn met winkelen biedt hij voor de 100e keer zijn taxidiensten aan. De andere mannetjes zijn inmiddels afgehaakt en Stefan bedingt een prijs die wij redelijk vinden om naar het hostel te gaan dat we hebben uitgekozen.

Terwijl we samen naar buiten gaan, loopt het chauffeurtje Stefan voor z’n voeten, waardoor Renee als eerste buiten is en direct weer doelwit wordt van de andere chauffeurs. Uiteindelijk krijgen die onderling allemaal ruzie en roepen ze steeds lagere bedragen tegen ons. Zelfs een die, zo lijkt het, uit pure ergernis zelfs maar de helft vraagt van wat we nu afgesproken hebben. Stefan besluit het eerbare te doen en zegt dat hij al een afspraak heeft met de eerste man en afspraak is afspraak.

Uiteraard blijkt deze vent de meest gare illegale taxi te hebben die je je kunt voorstellen, bovendien moet hij eerst nog even zijn gastank vullen voordat we daadwerkelijk richting ons hostel kunnen vertrekken. Afspraak is afspraak gaat zoals gewoonlijk weer maar voor één van de twee partijen op, blijkbaar. Stefan houdt de kaart goed in de gaten en de taxi rijdt heel lang de goede kant op, maar presteert het op het laatste moment toch om voor de deur van een ander hostel te stoppen. Stefan doet nog zijn best om eerder bij de bagage te zijn, maar op de een of andere manier is het eerder zo trage ventje nu razendsnel en een van onze grote backpacks is onderweg naar binnen bij een hotel waar we niet willen slapen.

Woedend loopt Stefan achter de kerel aan. De chauffeur heeft onze tas tegen de balie gezet en is doorgelopen om de receptieman te halen, die in gesprek is met een andere gast aan de andere kant van de binnenplaats. We bedenken ons geen moment, Stefan pakt zijn tas, Renee doet die van haar goed op haar rug, nog één blik op de kaart, we zijn vlakbij de bestemming waar we heen wilden, kom we lopen wel! Tegen de tijd dat we zijn auto passeren heeft de taxichauffeur ons ingehaald en natuurlijk wil hij geld. Stefan rukt zijn arm los en geeft de chauffeur een boze blik. Het mannetje blijft met ons meelopen “money, pay, money money”. En hij krijgt meermalen in het Nederlands antwoord dat ie de pot op kan omdat hij een smerige oplichter is.

Tegen de tijd dat we door de voordeur stappen bij het andere hostel trekt hij nog één keer aan Stefan’s mouw en laat ons daarna gaan, hij durft hier duidelijk niet naar binnen. We worden vriendelijk onthaalt door de manager van dit hostel, hij heeft nog twee bedden in een vier persoons slaapzaal en die zijn bovendien heerlijk goedkoop (6 euro p.p.p.n. inclusief ontbijt). Stefan maakt zijn excuses bij de manager, omdat er waarschijnlijk een boze chauffeur buiten staat en hij antwoord dat dat geen probleem is.

Als we onze bagage op de kamer (een soort van grot/bijkeuken met vier bedden in de kelder) hebben gezet en de waardevolle zaken hebben vastgeketend aan het bed, is het tijd om wat te eten. Daarvoor hoeven we gelukkig niet naar buiten, want volgens onze reisgids en de reviews op internet, is dit niet alleen het beste hostel, maar ook het beste restaurant van de stad. Als we over de (overdekte/verwarmde) binnenplaats naar een tafeltje lopen, valt het ons op dat de taxichauffeur nu, samen met de receptieman van het andere hostel, iets bespreekt met de manager van dit hostel.

Silk road hotelAls de receptieman van het andere hostel vertrekt, komt de manager naar ons toe. Hij vraagt of we de taxichauffeur willen betalen, of niet, onze keuze. Stefan, die inmiddels wat is afgekoeld, geeft aan dat hij best wil betalen voor de (lange) rit, maar niet het volledige bedrag, omdat we niet gebracht zijn waar we heen wilden. Aangezien er andere chauffeurs waren die slechts de helft vroegen van wat we afgesproken hadden, zijn wij heel schappelijk bereid om 70% van het initiële bedrag af te rekenen. De chauffeur is het hier duidelijk niet mee eens en als hij het halve hostel bij elkaar staat te schreeuwen (tegen de manager) krijgen we eigenlijk alweer spijt dat we hem uberhaupt iets betaald hebben. Na enige tijd wordt hij door de beveiliging naar buiten gewerkt en keert de rust terug in het Silk Road hotel. We eten onze heerlijke maaltijd op en gebruiken de rest van de avond om wat te googlen over Yazd en Stefan z’n telefoon te resetten, die gecrashed is in de vorige stad.

Tegen de tijd dat we gaan slapen is er nog maar één andere gast wakker, onze Japanse kamergenoot, die blijkbaar gedurende de nacht heel stilletjes op bed is komen liggen. Het andere bed blijft vannacht leeg, zo lijkt het. Maar rond 4 uur worden we bruut wakkergemaakt door een bekende stem. Het is de Belg die we ook in Shiraz al hebben ontmoet. Hij is met een nachtbus gearriveerd, blijkbaar, en wordt door de nachtbeveiliger, die slecht ter been is en geen Engels spreekt de donkere trap afgestuurd onze ‘bijkeuken/kelder/kamer’ in. Twee deurkloppers, één voor mannen, één voor vrouwenDe Belg snapt begrijpelijk niet waar hij heen moet, in het pikkedonker en de nachtwaker blijft maar manen dat hij door moet lopen (maar blijft zelf bovenaan de slechte, ongelijke, kronkelige trap staan). Uiteindelijk schijnt Renee met haar telefoon de gang in, waardoor onze nieuwe kamergenoot de weg kan vinden. Hij pakt nog iets wat lijkt op een deken uit de hoek van de kamer (want Renee had die van zijn bed gejat om te compenseren voor het veel te harde matras) en hij slaapt al voordat wij uberhaupt doorhebben wat er zojuist allemaal gebeurde.

Wat, hoe?We doen vandaag rustig aan. We typen wat voor de weblog, sorteren wat foto’s en lopen aan het begin van de middag een uurtje of twee door het oude centrum van Yazd. Het is best een leuk stadje, met kleine straatjes, huizen van zongedroogde klei en heel veel van de ‘badgirs’ (windtorens, natuurlijke airco) waar Yazd zo bekend om staat. Het is vandaag vrijdag, dus het is heerlijk rustig op straat en vrijwel alles is dicht. Hier zijn, net als in Esfahan, de entreeprijzen voor toeristen vijf of zelfs tien keer zo hoog als voor inwoners van Iran en ze lijken ons (van binnen) geen van allen interessant genoeg om de (relatief) hoge prijs te verantwoorden.

VoetbalVoor het avondeten loopt Stefan even naar de bakker voor wat vers gebakken ‘naan’ en haalt hij bij het winkeltje er tegenover ook twee flessen frisdrank en ontzettend smerige popcorn, die een rare combinatie van poedersuiker en zout lijkt te bevatten. Het verse brood is echter erg lekker en terwijl we van onze maaltijd genieten kletsen we wat met Eric, zoals de ‘herriebelg’ blijkt te heten. YazdUiteindelijk gaan we weer vrij laat slapen, ook deze keer weer met een leeg bed op de kamer, want de Japanner is zonder gedag te zeggen vertrokken blijkbaar. We grappen nog even dat we hopen dat er niet nog een Belg arriveert vannacht en Stefan valt vrij vlot in slaap. Renee heeft wat meer moeite met het harde bed en kijkt eerst nog even een aflevering van de tv-serie The Mentalist op de tablet, voordat ook zij moe genoeg is om te kunnen slapen.

WatermuseumDe volgende morgen blijkt dat onze plannen ongeveer hetzelfde zijn als die van Eric en we besluiten om dan ook samen de stad te gaan verkennen. Het centrum van Yazd is niet heel groot, dus we beginnen te voet, richting het watermuseum. Normaal zijn we niet zo’n fan van musea en ook deze scoort geen hoge punten, maar de meeste bordjes zijn in het Engels en het gaat over techniek, dus met name Stefan is wel positief. Eric blijkt wat Farsi te spreken en het lukt hem om de kassaman te overtuigen dat hij een arme leraar is, die voor ons als gids door het museum zal gaan. Daardoor krijgt hij gratis toegang, of eigenlijk 3 voor de prijs van twee. Wat gunstig is, want net als in Esfahan zijn de meeste dingen voor toeristen (veel) duurder dan voor locals.

Als we doorlopen naar de tempel waar het heilige, eeuwige vuur van de Zoroastrians brandt, dan blijkt de poort gesloten. Ook het heilige vuur heeft siësta blijkbaar. We gaan er vanuit dat we het wel kunnen missen en besluiten naar de andere kant van de oude stad te lopen, waar in een weelderige tuin de hoogste windtoren op aarde staat. De hoogste windtoren op aardeIn Shiraz kregen we van een stel Duitsers de tip dat dit echt de mooiste bezienswaardigheid van Yazd zou zijn. Misschien waren onze verwachtingen daardoor hoog, of misschien was het verschil van smaak. Maar een kale tuin in de herfst en een 43m hoge toren waar je niet in kunt doen het niet heel goed op onze ranglijst.

Glas in loodWe hebben een flink stuk gelopen om hier te komen en ‘lunchtijd’ is ruim gepasseerd, maar helaas is het (eet)café hier in de tuin voor de lunch ook gesloten. We kopen bij een winkeltje bij de grote weg een stuk brood, een zak chips en een ijsje en lopen terug naar de tuin. Omdat ze ons vast niet nog een keer binnenlaten gaan we net buiten de poort in een soort voortuin op een bankje in het frisse zonnetje zitten. Het duurt gek genoeg niet lang voordat de kaartjes-knipper-meneer komt zeuren dat we een ticket moeten kopen om daar te mogen zitten. Stefan laat hem verbaasd de reeds geknipte kaartjes van een half uurtje geleden zien en roept hem in het Nederlands lachend toe dat hij eens wat nieuw geheugentraining moet overwegen, immers zijn we er vrij zeker van dat we, vandaag, de enige buitenlandse toeristen waren, waarvan hij de kaartjes heeft geknipt.

Ongeveer hierAls we met de stadsbus teruggereden zijn naar de tempel van het heilige vuur (die geen vuurtempel is) blijken we precies op tijd voor de middag-openstelling. Er staan een stuk of 10 andere geïnteresseerden in de rij. We grappen wat bij de kassa over groepskorting, want ook hier is het kaartje voor toeristen belachelijk veel duurder als voor locals, maar na een korte twijfeling houdt de kassaman voet bij stuk, zijn baas luistert mee.

Eeuwig vuurIn de hele niet-vuurtempel is geen enkel Engels bordje te vinden, we moeten het dus doen met de informatie uit onze Lonely planet, die vrij summier is. Er is een gebouw met een hout/gas combinatievuurtje achter een glasplaat en een tweede gebouwtje wat een museum voor moet stellen. Er ligt een boek en er staan wat oude spiegeltjes en paspoppen met tradionele Zoroastrian kleding. En dat is het. Zeker niet de wandeling van vanmorgen waard, laat staan het terugkeren met de stadsbus en de hoge entreeprijs.

Zo hebben we wel het laatste ding gezien dat er te zien valt in Yazd, dus we gaan gezamenlijk terug richting het hostel. Eric is op zoek naar een internetcafé en wij hebben nog een missie om een verzameldoos Yazdi-sweets op de kop te tikken met allemaal koekjes en baklava uit de regio. Als we langs een grote en beroemde banketbakker komen zwaait Eric af op zoek naar zijn internetcafé en wij gaan naar binnen.

BanketbakkerWe hebben al gauw gevonden wat we willen kopen, maar om het te krijgen moeten we een behoorlijk omslachtige bureaucratie doorworstelen. Eerst moet je op een bestellijst opschrijven (in Farsi!) wat je wilt hebben. Gelukkig hebben ze ook een Farsi fotomenukaart liggen en Stefan tekent zo goed als het gaat de sierlijke letters na op de bestellijst. Voor de zekerheid zet hij ook het bedrag er nog bij, wat eigenlijk niet de bedoeling is.

Met de bestellijst van achterin de winkel moet je naar de kassa bij de ingang, daar voeren ze het in in de computer, die een bonnetje uitspuugt waarmee je naar de winkelbalie in het midden van de winkel kunt. Terwijl ze je bestelling (bij ons maar één doos, die al klaarstaat) inpakken krijg je weer een ander bonnetje mee waarmee je je bestelling bij (dezelfde) kassa kunt gaan betalen. Met je betaalbewijs kan je je ingepakte bestelling weer ophalen bij hetzelfde mannetje in de winkel. Ondanks al het gehannes en het overtekenen van het Farsi schrift, hebben we precies wat we wilden hebben. Grappig genoeg betaalden we 5% minder als op de menukaart staat, we snappen alleen niet waarom?

In het hotel genieten we weer van een prima lokaal diner en spelen we wat backgammon. Ondertussen proberen we samen met Eric een tourtje voor morgen te organiseren voor een lagere prijs als we bij het hostel zouden betalen. Uiteindelijk regelt hij via zijn gids in Shiraz (telefonisch) een mannetje dat morgenochtend om 08.00u in ons hostel zal zijn om de mogelijkheden te bespreken en eventueel meteen te vertrekken. Lekker makkelijk en als dat niets is, hebben we morgen gewoon een relaxdagje, we doen nog een potje backgammon en gaan dan naar bed.

Deze nacht is het geen Belg, maar een Duitse die onze nachtrust komt verstoren met een late check-in. Stephanie is nog zo vriendelijk om haar spullen uit te pakken en zich om te kleden buiten onze kamer, maar helaas realiseert ze zich niet dat ze recht voor het (voethoogte, want kelder) open raam staat te rommelen. Maar omdat ze op de verlaten binnenplaats staat, doet ze niet bepaald haar best om zachtjes te doen. Als we een paar uur later aan het ontbijt zitten blijken we elkaar al te kennen uit Shiraz. We stellen Eric aan haar voor en niet veel later valt het besluit dat als het mannetje eindelijk op komt dagen, ook Stephanie aanhaakt in de autohuur om de kosten te delen.

Het mannetje heeft Eric om 08.30 uur gebeld dat hij er met een half uur zou zijn, dacht Eric, maar het blijkt dat hij er al vanaf 08.00 uur is en hij belde om te ontdekken wie hij moest aanspreken, echter was Eric net klaar met ontbijten en nam hij het telefoontje aan in onze kelder-kamer. In de volgende twee uur, terwijl we nog steeds in de veronderstelling waren dat hij met een half uur zou arriveren, hebben we een aantal ‘toergids ogende mensen’ aangesproken om te vragen of zij toevallig voor ons kwamen. Daar is nog wel een leuk gesprek uitgekomen met de eigenaar van een Oase-hostel in Garmeh, maar geen toergids door boven water gekomen. Uiteindelijk stapt een man in een wit-blauwe trui, die elke ochtend hier in het hostel rondhangt (en er nu ook al de hele ochtend is) op ons af, of wij hem gevraagd hadden voor toerinformatie, jazeker, dat denken wij wel ja!

KasteelHij maakt zich duidelijk zorgen dat de dag door ‘ons’ getreuzel al te ver vooorbij is om een volledige toer van de omgeving te doen en geeft direct een scherpe prijs met daarbij de opmerking dat we wel de volgorde moeten omkeren i.v.m. de openingstijden van de diverse bezienswaardigheden. We gaan gewoon en dan zien we wel waar het schip strand. Binnen een half uur zitten we alle vier met een dagtasje in de auto.

GroepsfotoDe eerste stop is de plaats Meybod, waar we bij een oude kasteelruïne voornamelijk op de foto gaan met schoolmeisjes die hier toevallig op excursie zijn, de ruïne zelf is wel leuk, maar niet heel bijzonder. Het postmuseum is, zoals Andi ons al had gewaarschuwd in Shiraz, zonde van het geld. PostmuseumGrappig genoeg meende Duitser Stephan dat dat onzin was, ze hadden hele interessante postzegels in het postmuseum en dat blijkt ook de favoriete bezienswaardigheid van Stephanie, waardoor we nog best veel tijd kwijt zijn aan de saaiste stop van de dag.

Daarna bekijken we een volledig gerenoveerde (zeg gerust herbouwde) caravanserai, die alleen interessant is door het bestelautotje dat niet onder de deur door pastte maar wel ging. Ice house meybodEn een oud gebouw dat gebruikt werd om ijs op te slaan voor gebruik in de zomer en een pigeon house, waar vroeger duizenden duiven in woonden die voor diverse zaken (maar met name mest) werden gebruikt. Het verhaal erbij is super interessant, maar de gebouwen zelf zijn allemaal zoveel gerestaureerd dat er niets authentieks meer aan is. DuiventorenBij het ijshuis zouden bijvoorbeeld drie deuren achter elkaar zitten in de dubbele wand, om de warmte buiten te houden in de zomer. Maar dat was wat veel werk om op te knappen, dus nu is het gewoon een enkele klapdeur geworden.

Bij de tweede bestemming ‘Chack chack’ krijgen we op de parkeerplaats (in de zon, maar ijzig koude wind) eerst thee met koekjes en daarna geeft de gids aan dat het eigenlijk niet zo heel boeiend is, maar dat we wel verder naar boven kunnen lopen, nu we er toch zijn. Kaartverkoper chack chackEr staat bovenop de berghelling een tempel waar waterdruppels uit het berggesteente komen ‘drup drup’ en dat is ook de naam van de tempel dus. Dit is de meest heilige plaats van de Zoroastrians waar ze elk jaar een groot pelgrimsfestival houden. De berghelling onder de tempel is dan ook letterlijk volgebouwd met een soort van ‘basishotel’ waarin grote kamers zonder voorgevel zijn gemaakt, we stellen ons zo voor dat dat in de zomer inderdaad voldoende beschutting is om te kunnen slapen op een perzisch tapijtje.

Eenmaal boven aangekomen blijkt dat de plek net niet helemaal verlaten is, er zit onderaan de laatste trap een mannetje kaartjes te verkopen voor 30.000 rial (1 dollar). Stefan is fan van watervallen en het klinkt wel alsof er boven iets van stromend water te zien is, dus hij besluit de entreeprijs te betalen. In het Farsi wordt hem nog duidelijk gemaakt dat hij voor het betreden van de tempel wel zijn schoenen moet uitdoen.

Drup drupDe tempel zelf is verre van bijzonder, zoals verwacht. Er is in een soort van inham in de berg een marmeren vloer gelegd en een muurtje gemetselt met, dat moet gezegd, twee mooie goudkleurige deuren. VoordeurBinnen drupt inderdaad water uit de rots, wat opgevangen wordt in twee plastic kinderbadjes van de plaatselijke Blokker en dat er binnen water drupt verwondert niet, aangezien er een paar meter buiten de ‘tempel’ een stroom water van de berg af komt zetten. De legende gaat dat een Zoroastriaanse princes moest vluchten voor een vijandig leger en hier in de berg verdwenen is. Het druppelende water was er niet voordat ze verdween en zou het bewijs zijn dat haar ziel nog altijd aanwezig is.

Voor zo’n heilige plek en hoge entreeprijs mogen ze best wat betere uitleenslippers leveren, besluit Stefan, als zijn sokken zich volzuigen met het koude heilige water dat over de rand van het volle linker kinderbadje stroomt. Als Stefan gespeelt overenthousiast weer de trap af komt lopen is het kaartverkoopmannetje dusdanig verrukt dat hij de andere drie buitenlanders wenkt dat ze ook moeten gaan kijken, gratis natuurlijk! Stefan geeft ze nog snel even de tip mee om niet de slippers uit de linker bak te gebruiken. En niet veel later zijn we weer met z’n vieren de trappen af aan het lopen terug naar de auto.

MooiDe laatste stop van dit toertje is in Karanagh, een dorp dat volledig uit ‘mudbrick’ gebouwd is, maar inmiddels op last van de overheid verlaten is. Alle ex-inwoners hebben een nieuw huis in het naastgelegen nieuwe centrum gekregen. Renee en Eric hebben het snel gezien, maar Stefan en Stephanie dwalen afzonderlijk van elkaar door de smalle, vaak overdekte straatjes en ontdekken de op instorten staande huisjes en bedrijfjes. Daarna bekijken we nog hoe een stel jongens de worteloogst in een beekje staat te wassen en besluit Renee haar weerstand nog wat op te krikken door de aangeboden net “schoon” gewassen wortel te proeven.

GevaarlijkDaarna bezoeken we een nieuwbouw-caravanserai waar de overheid van Karanagh een restaurant en hotel in wil gaan vestigen vanwege de vele bezoekers (waar dan?) die deze bezienswaardigheid trekt. Ze zullen dan wel echt iets aan conservering moeten gaan doen, want als ze geen actie ondernemen zijn alle huizen in het oude dorp over een jaar of vijf volledig ingestort. Wel lekker authentiek!

Terugweg, Stephanie, Stefan, ReneeTerug in het hostel bestellen we kamelenbiefstuk (Stefan) en spaghetti (Renee) en besluiten we met z’n vieren dat het een leerzame dag met matige bezienswaardigheden was. We zijn erg blij dat we niet alleen een taxi hebben afgehuurd, maar wel echt een gids hebben meegenomen, want zonder de verhalen erbij was het echt een verloren dag geweest. Nu hebben we wel echt het idee dat we iets geleerd hebben over de omgeving van Yazd. De rest van de avond gebruiken we om onze tassen in te pakken, want we vertrekken morgen weer richting Tehran. En we boeken een hotel in Dubai, omdat we verwachten dat we daar morgen geen tijd meer voor hebben.

Kerman en de zandformaties van de Kaluts

Het is gisteravond erg laat geworden met het boeken van onze vluchten naar Dubai en aansluitend Islamabad. Niet omdat het moeilijk was om wat te vinden, we wisten namelijk van een aantal eerdere ‘excursies op internet’ precies wat we wilden boeken. Maar door de brakke internetverbinding en slecht in elkaar geklusde website van met name Airarabia hebben we er gewoon uren over gedaan voordat eindelijk de creditcardbetaling erdoor was. Deze ochtend slapen we dus flink uit en ook na het ontbijt doen we het even rustig aan.

Renee in de lobbyWe hangen een beetje rond in de lobby en de receptieman neemt uitgebreid de tijd voor ons om allerlei opties voor toertjes voor te stellen die hij voor ons kan regelen. We puzzelen flink met de opties, want we hebben eigenlijk maar beperkt de tijd en Renee wil graag naar een hotel in de woestijn, genaamd Zein-o-din, wat wel goed mogelijk is, maar moeilijk te combineren met de andere dingen die we graag willen zien in de omgeving.

Azadi square KermanTegen 10:30 uur besluiten we de rest van vandaag in ieder geval maar te gebruiken om de stad Kerman zelf te bekijken en het verhaal van Hossein bij het theehuis ook nog maar even aan te horen voordat we daadwerkelijk een toertje boeken. We lopen richting Azadi square, waar de gedeelde taxi’s naar de bazaar zouden staan volgens Hossein. Aangekomen op het plein wil Stefan nog even in de Lonely planet opzoeken welke kant we dan ongeveer op zouden moeten, zodat we in de gaten kunnen houden of we inderdaad in de juiste auto zitten.

Als hij net het boek opengeslagen heeft, staat Hossein ineens voor onze neus. Wat een toeval. Hij zat in een taxi en had ons de straat over zien steken, toeristen vallen nou eenmaal op in Iran. Hij helpt ons naar de juiste shared-taxi en betaald ook meteen de chauffeur voor onze rit. “Ik heb hier nog wat business en zie jullie dan vanmiddag in het theehuis hé” zegt hij nog voordat hij de deur van de auto dichtslaat. Wat een aardige man!

PleintjeDe taxirit naar de bazaar gaat via een hele rare omweg, maar brengt ons uiteindelijk wel naar de beoogde bestemming. De bazaar van Kerman is veel kleiner en makkelijker te navigeren dan die in de andere steden waar we tot nu toe zijn geweest. Eigenlijk is het één lange rechte straat met hier en daar een plein of aftakking aan de linkerkant. We genieten nog even een half uurtje van de zon op een pleintje en merken hier toch wel dat dit een van de armere regio’s van Iran is. Kauwgom kopen? Of heb je geen tanden meer?De mensen zien er allemaal wat minder schoon uit en we worden ook regelmatig aangesproken door bedelende vrouwen en kleine jochies die kauwgom e.d. proberen te verkopen.

Renee shopt een nieuwe ‘billenbedekker’ in de vorm van een hele foute rok (uitgekozen door Stefan) en een mooie zwarte hoofddoek, van een materiaal dat minder glad is en daardoor beter blijft zitten. Voor we het weten hebben we het einde van de bazaar bereikt. Helemaal aan het eind van de straat zitten veel bakkertjes en daar kopen we dan ook een flinke zak Iraanse pepernoten. FruitmarktWe steken het verkeersplein nog even over om te gaan kijken bij iets wat van buiten lijkt op een hele grote moskee, maar waarvan geen melding wordt gemaakt in onze reisgids. Het is dan ook geen verrassing als blijkt dat de poort op slot zit.

KlokkentorenDan bedenken we ons dat we op de heenweg eigenlijk helemaal geen theehuis hebben gespot en dat het inmiddels wel een beetje tijd is voor onze afspraak. Gelukkig zijn we in Iran, waar afspraken heel flexibel zijn. Als we teruglopen richting de bazaar, besluiten we dat we ook nog wel tijd hebben om even een blik naar binnen te werpen bij de Mashed-e Jameh (hoofdmoskee). Wederom een prachtige moskee, met koepeltjes en heel veel blauwe tegeltjes. Wat deze moskee dan toch een beetje bijzonder maakt, is de klokketoren boven de poort ipv een set minaretten.

Hossein in theehuisAls we onze weg terug richting de andere kant van de bazaar vervolgen, heeft Hossein wederom een neus voor zijn toeristen. Bij een open deur met een soort van receptiedesk, die wij als ingang van een kantoor hadden bestempeld, staat hij spontaan weer aan het eind van de gang naar ons te zwaaien. Blijkbaar is dit het theehuis, daar mogen ze wel een duidelijker bordje voor ophangen. Waarschijnlijk was hij net onderweg naar buiten en dacht hij dat we niet meer zouden komen, omdat wij wel erg laat zijn.

Hossein helpt ons om wat te eten en te drinken te bestellen (denkt hij, maar uiteindelijk is de kassaman teveel dingen tegelijk aan het doen en hij vergeet het) en loopt voor ons uit naar een tafeltje in het cafe. Na een relatief kort gesprekje past Hossein precies in het plaatje dat de receptieman van ons hotel al van hem geschilderd had. Hij jaagt op toeristen, doet een aantal kleine dingen voor ze (zoals ophalen en taxi voorschieten) en probeert vervolgens voor bijna het dubbele bedrag als wat een normale taxichauffeur vraagt voor een dag privéhuur een toertje aan te verkopen.

TheehuisHelaas voor Hossein hamert hij vooral op de dingen die hij standaard verkoopt en dat zijn nou net de dingen waar wij eigenlijk helemaal geen zin in hebben. De specifieke vragen die wij stellen probeert hij elke keer om te buigen naar iets dat op zijn standaard toerpakket lijkt en bovenal is hij gewoon te duur. Hij moet weg en spreekt soort van eenzijdig met ons af dat we hem vanavond om 1730 uur weer hier ontmoeten om door te geven waar we voor gekozen hebben.

DiziInmiddels hebben we best wel trek, dus Stefan gaat nogmaals proberen om een pot thee en twee Dizi te bestellen bij de receptiedesk aan de ingang van dit oude badhuis. Deze keer krijgt hij het wel voor elkaar om af te rekenen en hij krijgt twee facturen mee. We moeten eerst plaatsnemen in de achterste ruimte, waar een mannetje onze factuur voor de Dizi inneemt en we inderdaad alleen ons eten krijgen. En daarna lopen we terug naar de caferuimte waar we op een tradionele bank onze theefactuur verruilen voor een pot thee, suiker en twee kopjes. Het is een heerlijk plekje om te zitten en mensen te kijken, maar de sfeer wordt wel een beetje verpest doordat ze achterin dezelfde ruimte iets met groot gereedschap aan het verbouwen zijn.

Tegen de tijd dat we de deur van het oude bad-/theehuis uitlopen is het 16.00 uur en no way dat we hier nog 1,5 uur rond gaan hangen om op Hossein te wachten. Omdat hij overduidelijk probeert om zijn dure tours te verkopen door je een schuldgevoel te geven, hebben wij er ook geen moeite mee om te besluiten dat we voor morgen gewoon een taxi afhuren via het hotel (waar hij ons ironisch genoeg zelf naartoe gebracht heeft).

We lopen bij de hoofdingang van de bazaar de taxi’s voorbij en gaan eerst op zoek naar het postkantoor, zodat we eindelijk onze briefkaarten, die we vorige week in Esfahan al gekocht en geschreven hebben, op de post kunnen doen. Hoewel ze qua uiterlijk erg op elkaar lijken zijn brievenbussen hier, in tegenstelling tot sloeberdozen, erg schaars. Na een flinke wandeling en een keertje de weg vragen, vinden we uiteindelijk een postkantoor met niet één maar zelfs twee brievenbussen voor de deur! Dilemma, want welke zou er voor de internationale post zijn? We doen maar een gok en mikken de kaarten allemaal in dezelfde bus. Dan zijn wij er in ieder geval vanaf.

Azadi by nightTerug bij de taxi’s kost het geen enkele moeite om een chauffeur te vinden die ons wil meenemen. Wel is het erg moeilijk om de mannen aan hun verstand te krijgen dat we ‘nah dar baste’ willen reizen (gedeelde taxi, ‘niet gesloten deur’). Ze doen stuk voor stuk allemaal gewoon alsof ze alleen ‘dar baste’ horen, wat betekent dat je de hele auto wilt afhuren. Uiteindelijk vinden we iemand die wel wil luisteren, maar als we daar dan instappen krijgt hij ruzie met de eerste chauffeur waar we mee hebben staan onderhandelen, want hij staat voorin in de rij om als gedeelde taxi te vertekken. We zuchten diep en wisselen van auto, waarna we vrijwel direct vertrekken richting Azadi square.

Deze rit mogen we ervaren wat een chaos een klein ongelukje (fender bender) op een kruispunt kan veroorzaken. Alle andere auto’s proberen er aan alle kanten omheen te rijden, wat resulteerd in een opstopping waarbij letterlijk 4 rijstroken aan auto’s naast elkaar, in tegengestelde richtingen vast komen te staan. Waar we in Iran eigenlijk nog geen enkele agressie hadden bemerkt tot nu toe, lopen de gemoederen hoog op als iedereen in de opstopping zo ongeveer tegelijk uitstapt (ook onze chauffeur) en er hier en daar wat rake klappen worden uitgedeeld. Uiteindelijk weet één van de bestuurders die tegenover ons staat zijn auto in een zijstraat te wurmen en komt er ruimte om de impasse op te lossen. Wij genieten vooral van het schouwspel, we hebben toch geen haast, maar onze chauffeur en de mannelijke passagier balen zichtbaar van het tijdsverlies hierdoor.

Terug in het hotel gaan we weer in de lobby zitten. Stefan stuurt Hossein een SMS dat we besloten hebben om geen gebruik te gaan maken van zijn diensten en Whatsapped wat met het thuisfront. En Renee typed ondertussen een stukje voor deze weblog. Als we eigenlijk net hebben besloten dat we alle bezienswaardigheden hier in de omgeving over gaan slaan en gewoon direct doorreizen naar Yazd, komt er ineens een bekende binnenlopen. Het is Andi, die blijkbaar vanmorgen in Kerman is aangekomen en geen ander, goedkoper, hotel kon vinden waar plek was. Ook hij heeft vandaag de bazaar verkend, op de een of andere manier zijn we elkaar misgelopen. Grappig genoeg heeft hij ook het theehuis niet gevonden.

We leggen hem uit dat we net besloten hebben om toch weer te vertrekken, maar dat we eventueel ook nog wel met hem een toertje willen doen morgen. We bespreken de opties die we vanmorgen al hebben gekregen. Uiteindelijk is Andi de reden dat we deze toertjes uberhaupt overwegen, hij heeft ons met een aantal foto’s weten te overtuigen dat de Kaluts woestijn bezoeken absoluut de moeite waard is, dat maakt het extra leuk om dan ook samen met hem te gaan.

BackgammonEen verblijf in dit hotel is op basis van half pension en we gebruiken met z’n drieën het buffet dinner aan een tafel in de kelder. Daarbij raken we ook weer in gesprek met Tonchi en Jasmine, een stel uit Kroatië dat we ook al vaker zijn tegengekomen. Na het eten gaat Renee weer verder met de weblog terwijl Stefan en Andi nog een aantal potjes backgammon spelen We gebruiken daarvoor het stoffen speelbord dat hij voor ons gemaakt heeft in Shiraz, met snoepjes als speelstenen. En we boeken het toertje voor morgen, waarbij we gek genoeg niet over de prijs onderhandelen, maar over de vertrektijd. Andi heeft daarover een leuke alinia op zijn blog geschreven, die ik graag gewoon even lekker lui kopieer.

Es wird verhandelt. Nicht der Preis – der ist mit 10 Dollar pro Person okay. Nur bei der Uhrzeit liegen wir weit auseinander. Der Portier startet mit 4:30 Uhr! Wir sagen das wir den Sonnenaufgang nicht sehen wollen. Er erhöht auf 7:00 Uhr und erntet ungläubige Blicke. Das wir so an elf gedacht hatten trauen wir uns gar nicht zu sagen und schlagen zwischen neun und zehn vor. „Acht?“ „Neun?“ „Acht Uhr Dreißig – letztes Angebot.“ „Okay“ 🙂

Zoals we gisteren hebben uitonderhandeld ontbijten we vandaag vroeg en checken we uit, want we gaan vanmiddag meteen door naar Yazd hebben we besloten. Om 0830 uur liggen onze tassen aan de ketting in de lobby en staan we samen met Andi klaar voor vertrek.

BakkerijWaterreservoirOnderweg naar de Kaluts is Shadad het laatste dorp op de route, al een echt oasedorpje waar de taxichauffeur ons een half ondergrondse bakkerij met wachttoren, een gigantische wateropslag en een grote, half gerestaureerde, oude caravanserai (karavaan-hotel op de zijderoute) laat zien. Zoals meestal in Iran zijn we bij deze bezienswaardigheden de enige aanwezigen en hoeft er verfrissend genoeg niet eens toegang betaald te worden.

CaravanseraiDriving through the KalutsNa een uur rijden, door een desolaat landschap komen we aan in de Kaluts. Vrijwel direct na het bordje ‘Welcome to the Kaluts’ draait de chauffeur van de weg af, rijdt nog een stuk over het zand tot aan de eerste zandheuvel en trekt daar de handrem aan. Zo, we zijn er. Veel plezier. Andi probeert nogmaals om zijn foto van een paar hele gave zandsculpturen te laten zijn, maar tevergeefs, de chauffeur gebaard dat we vanaf hier moeten lopen en dat ze waarschijnlijk dáár ergens (wijds open armgewuif) staan.

KalutsbergDe zandheuvels hier zijn keihard en waarschijnlijk gedurende duizenden jaren door de weersinvloeden gevormd tot wat met wat inbeeldingsvermogen lijkt op 4 tot 10 verdiepingen hoge kantoorgebouwen. We beklimmen de eerste en maken een aantal prachtige en grappige foto’s, met een lege woestijn op de achtergrond. De torens waar we eigenlijk voor gekomen zijn, zien we niet, dus lopen we terug naar de auto, in de verwachting dat de chauffeur weer verder gaat rijden naar een volgende stop in de woestijn.

TheeNiets blijkt minder waar, de chauffeur verrast ons wel met een paar kopjes hete thee en koekjes, maar geeft daarna aan dat we of terug gaan, of vanaf hier nog een ander rondje kunnen lopen. Hij is duidelijk niet van plan om meer kilometers te gaan rijden dan hij met de hotelbaas heeft afgesproken (en gelijk heeft ie, eigenlijk). Group photoWe besluiten dan ook om hem flink lang te laten wachten en lopen een veel grotere ronde door de Kaluts. Stefan beklimt nog drie van de zandkastelen, waarbij hij nog op de foto moet met wat mensen uit Iran die hier zijn om te picknicken. Renee doet nog twee zandkastelen aan en god mag weten waar Andi zelfs helemaal heen is geweest, hij is ruim een uur uit het zicht verdwenen geweest.

Kaluts hang onIMG_6108 IMG_6092 Group photo IMG_6061 IMG_3123

 

 

 

 

 

 

Kaluts foto's

 

 

De terugrit naar het hotel gaat vlot. Nadat we de foto’s die we vandaag hebben gemaakt backuppen en uitwisselen met Andi, nemen we afscheid. De receptieman heeft zijn zoon gebeld, die ons als ‘illegale taxi’ naar het busstation gaat brengen. We hebben lang op hem moeten wachten en zelfs nog een keer gevraagd of de taxi onderweg was en daar voelt de jongen zich duidelijk schuldig over. Hij scheurt als een gek door de stad, negeert daarbij alle rode verkeerslichten en als Stefan het afgesproken bedrag wil betalen, geeft hij bijna de helft terug, dat kan hij niet accepteren.

Hij helpt ons nog naar de balie van een busbedrijf dat bussen naar Yazd heeft en gaat er weer vandoor. Het is hetzelfde bedrijf als waarmee we naar Bam zijn gegaan en pas als we de kaartjes hebben betaald voor een non-Vip-bus, omdat er vandaag geen VIP-bus meer zou gaan, realiseren we ons hoe dom we zijn geweest. Niet alleen zijn er natuurlijk nog zo’n 20 andere busbedrijven waar we even hadden kunnen vragen of zij misschien wel een VIPdienst hadden, maar bovendien is dit dat kutbedrijf waarbij de bus bijna een uur te laat vertrok en elke 10 minuten wel een paar minuten stilstond onderweg naar Bam.

Als Stefan nog even gaat shoppen voor een colaatje en een chipje, wordt hij nog aangesproken door een concurrent, die inderdaad een VIPdienst heeft die binnen een uur vertrekt. Dat is wel een beetje jammer. Maar als de bus uiteindelijk vertrokken is, blijkt dat het deze keer reuze meevalt en komen we met slechts enkele onverklaarbare tussenstops aan op het busstation in Yazd.

‘s Werelds grootste zandkasteel en Engelse les: Bam!

We staan vandaag om 08.00 op omdat wij in tegenstelling tot Andi en Stephan geen nachtbus willen nemen, zij blijven nog een dagje hier en vertrekken vanavond ook naar Bam. Stefan slaapt slecht in bussen en je hebt alsnog weinig aan je dag als je helemaal brak aankomt. Dus kachelen we, bij daglicht, in 8-9 uur, met een VIP bus naar Kerman. We doden de tijd met kijken naar series, slapen (Renee), lezen over Kerman en omgeving en stukje typen. Het landschap is hier mooier dan tijdens andere busritten. De weg loopt langs een grote zoutvlakte en over een bergpas met regelmatig vrije uitzichten.

We zijn rond 19.30 uur in Kerman en willen gelijk door naar onze eindbestemming: Bam. Vlak voordat we het busstation opreden had een jongen die al de hele rit schuin achter ons zit, eindelijk genoeg moed verzamelt om Stefan aan te spreken. De nieuwsgierigheid heeft de overhand gekregen blijkbaar. We maken nog snel even kort kennis en hij nodigt ons uit om bij hem thuis te blijven slapen, zodat hij ons morgen de stad (Kerman) kan laten zien. Dat is echt super aardig, maar gezien we min of meer hebbena afgesproken om morgenochtend samen met Stephan en Andi de Arg-e Bam te bekijken, willen we vanavond nog naar Bam.

Met zijn hulp boeken we een ticket voor de bus van 20.00 uur, maar vertrekken uiteindelijk pas om 20.45 uur met ons als enige passagiers in een full size touringcar nog verder richting het oosten. We hadden eigenlijk besloten om hier alleen heen te gaan met onze camper omdat het toch op de route ligt naar de grens met Pakistan, maar o.a. de enthousiaste verhalen van Oostenrijker Wini (tijdens onze Persepolis tour) heeft ons overtuigd om toch te gaan.

Om 23.45 uur arriveren we na heel veel voornamelijk nutteloze tussenstops (een van de later opgestapte medepassagiers heeft een softijsje gekocht, bijvoorbeeld) in Bam en we worden op een grote rotonde uit de bus gezet, omdat Bam (wat we later pas leren) geen echt busstation meer heeft. Er staan hier alleen twee onofficiële taxi’s en dus stappen we maar in. “We willen naar Akbars guesthouse.” De taxichauffeur weet waar hij naar toe moet en het ritje duurt niet lang, maar we staan voor een dichte deur. Wat eigenlijk helemaal niet zo raar is rond deze tijd.

Na meerdere keren kloppen, belt hij voor ons met een telefoonnummer dat op de deur staat en komt Mr Akbar van het gelijknamige guesthouse in zijn pijama de deur open doen. Hij brengt ons naar een smerige kamer naast het gedeelde toilet en badkamer, welke ook niet erg schoon is en beloofd ons morgen verder te verwelkomen en in te checken. We lijken nu de enige gasten, maar dat vinden we niet erg. We zijn niet van plan om hier heel lang te blijven en bovendien arriveren Stephan en Andi morgenochtend, als ze hun plannen niet gewijzigd hebben vandaag.

De volgende ochtend krijgen we een ontbijtje van de vrouw van Akbar en geven we bij hem aan dat we eigenlijk wachten op onze twee vrienden uit Duitsland, omdat zij zeer waarschijnlijk ook gelijk naar Bam zullen komen zodra hun nachtbus in Kerman arriveert. We willen graag een gids regelen om dé sight hier in Bam te bezoeken, de Arg-e Bam en vragen Akbar of hij iemand kent die dit kan doen. Twee minuten later komt hij terug met de melding dat hij gids Amir heeft gebeld en dat die er over een half uur is. We wilden eigenlijk alleen (prijs)informatie, maar beslissen dat we dat dan wel aan de gids zelf vragen en dan alsnog kunnen besluiten om het niet te doen.

Mr Akbar is een legende hier: hij spreekt vloeiend Engels (heeft een tijd in Londen gewoond en gewerkt) en is geliefd bij overlanders. Hij vertelt dat er net een hoop bezoekers zijn vertrokken die samen een konvooi hebben gevormd om door het eerste (gevaarlijke) stuk van Pakistan te reizen. Wij vertellen hem dat dit oorspronkelijk ook ons plan was en vertellen hem hoe we nu onze reis voortzetten.

Stefan legt Amir wel even uit hoe en watNa 45 minuten tot een uur staat er inderdaad een gids voor onze neus, maar Andi en Stephan zijn nog niet gearriveerd. Gidsen is een bijbaantje voor Amir, hij is eigenlijk leraar Engels op de universiteit en we kunnen hem dan ook prima verstaan. Wel denkt Stefan in eerste instantie dat hij het verkeerd gehoort heeft als blijkt dat Amir 28 dollar vraagt voor een rondleiding in de Arg-e Bam. Dat is erg veel (voor Iraanse begrippen), dus we hopen vurig dat Andi en Stephan als ze straks arriveren, mee willen delen in de kosten. We wachten nog 45 minuten langer op ze, maar beslissen om uiteindelijk toch maar zonder hun de tour te gaan doen. Ze zullen toch hun plannen gewijzigd hebben, anders hadden ze er allang moeten zijn.

Binnen, we zijn BINNEN!Als we 15 minuten later net door de poort van de Arg-e Bam gelopen zijn krijgt Amir een telefoontje van Akbar dat Andi en Stephan zijn gearriveerd, shit! Stefan vraagt of hij Stephan even mag spreken (beide via een geleende telefoon) en we overleggen wat we doen. Maar ze zijn zoals verwacht heel moe en bovendien is Stephan een beetje ziek, dus besluiten ze om morgen de Arg-e te bezoeken.

Kan je dat nog eens herhalen?Wij zijn erg blij met Amir die een hoop weet te vertellen en alle tijd voor ons neemt. Deze Arg-e is een volledig uit moddersteen gebouwde ommuurde stad en daarmee de grootste adobe constructie op aarde. Tot 2003 was dit een van de belangrijkste bezienswaardigheden in Iran. Maar in de vroege ochtend van 26 december werd de stad opgeschrikt door een zware aardbeing waarbij de arg-e voor 80% is verwoest en de hele naastgelegen stad (Bam) met de grond gelijk is gemaakt. De helft van de bevolking is daarbij overleden (zo’n 50.000 mensen). Sindsdien zijn ze druk bezig met het herstellen van de wegen, gebouwen, instrastructuur en ook de Arg-e wordt langzaamaan deels weer in ere hersteld.

En nog en foto :) In dit complex woonden sinds ongeveer 1930 al geen mensen meer (de ruimte binnen de muren was op en langzaamaan is iedereen in grotere huizen buiten de citadel gaan wonen). OfficiershalSinds 2004 staat het op de UNESCO werelderfgoed lijst en UNESCO ziet er ook op toe dat er niet teveel klakkeloos herbouwd wordt. Ze hebben een deel gerestaureerd en laten een ander deel zoals het is. Bij vernieuwd pleisterwerk moet bijvoorbeeld een deel opengelaten worden, zodat je ook het origineel daarachter kunt zien. En als er een wachttoren herbouwd wordt, moet de ruïne van degene daarnaast geconserveerd worden om de invloed van de aardbeving, die onderdeel is van de geschiedenis van de Arg-e zichtbaar te laten.

Fraai zandkasteelDe schade door de aardbeving en het grotendeels herstellen van de schade met ‘nieuwbouw’ is voor veel mensen een reden om dit “zandkastelencomplex” links te laten liggen. Zelfs alle Iranies die we hierover gesproken hebben de afgelopen tijd zeiden: “Wat moet je daar, alles is kapot, zonde van je tijd”, maar alle toeristen die er daadwerkelijk geweest zijn, waaronder dus Oostenrijker Wini, waren terecht razend enthousiast. Zo ook wij!

Uitzicht over de stadWe kopen een bewaker om met wat rials om ook naar het afgesloten deel bovenop de heuvel te mogen. Hier zijn ze druk met renoveren bezig en toeristen horen daar dus niet te komen, maar ze knijpen nog wel eens een oogje dicht, weet Amir. En dus klimmen we naar boven, waar we super mooi uitzicht hebben over de Arg-e en de stad Bam met al zijn dadelpalmen.

TunnelvisieNa zo’n 2,5 uur rondlopen door de Arg-e is de tour bijna ten einde en vraagt Amir of we vanmiddag misschien met hem mee willen naar de universiteit. Hij geeft vanmiddag namelijk ook Engelse les en zijn studenten zouden het vast erg leuk vinden om ons te ontmoeten en eens ander Engels dan dan van hem te horen. Bovendien zal dat ze motiveren om zelf ook wat Engels te proberen en in laten zien hoe belangrijk het is om een universeel gesproken taal te leren.

We wilden eigenlijk terug naar Kerman, maar zo’n spontaan aanbod opent wel deuren naar onvergetelijke ervaringen. Dus zeggen we ja. Hij zet ons met de auto af bij ons hostel en we spreken af dat hij ons over een uurtje weer op komt halen met onze tassen, zodat we na de les meteen door kunnen gaan naar de busstop voor de rit naar Kerman.

LeslokaalAangekomen bij de universiteit, voelt Renee zich net alsof ze zelf weer op school is en een spreekbeurt moet geven. En tja, dat is het ook wel ongeveer wat we gaan doen, verwacht Stefan. Als we het lokaal inlopen, zitten er al een paar leerlingen netjes te wachten en aan hun blikken kunnen we goed aflezen dat ze nieuwsgierig zijn wat we komen doen.

Renee verteltHet eerste wat opvalt is dat ook hier de jongens (ook mannen) en meisjes weer netjes van elkaar zijn gescheiden. De jongens zoals we al eerder hebben gezien voorin en de meisjes achterin. Wij besluiten om lekker veilig (en tegendraads) samen helemaal achteraan te gaan zitten, wat alles natuurlijk wel een beetje in de war brengt. Zeker de leerlingen die te laat de les in komen lopen (iran time) vinden het erg ongemakkelijk.

Wij worden bij de start van de les beide naar voren geroepen, Stefan natuurlijk eerst, om iets over onszelf te vertellen. Er wordt flink gegrinnikt, maar nieuwsgierig geluisterd naar de twee vreemdelingen uit Holland. Daarna mogen we weer plaatsnemen op onze stoelen en leest Amir een verhaal voor over boodschappen doen in een supermarkt en wie er eigenlijk bepaalt wat je uiteindelijk koopt. Kies jij als klant of beinvloed de supermarkt door slimme inrichting? Het stuk zit goed in elkaar en zit vol met voorbeelden over het gebruik van persoonsvormen, meervoud, werkwoordvervoegingen, etc. Denk aan shelf:shelves, city:cities, play:plays.

De universiteitDaarna volgt de bespreking van de tekst in Farsi. Wat voor ons een heel leerzaam moment is, omdat de tekst zin voor zin vertaald wordt. De meiden laten zich hierin duidelijk veel meer horen dan de jongens en durven ook eerder een antwoord te geven als ze niet helemaal zeker zijn. Leuk om dit te zien!

Dan zijn wij weer aan de beurt om naar voren te komen. De leerlingen mogen ons allerlei vragen stellen en dat doen ze graag en veel. We hebben flink gelachen! Als ze willen weten hoe oud wij zijn, stellen we natuurlijk de tegenvraag, want wij zijn ook wel nieuwsgierig naar de leeftijden van dit diverse gezelschap. Zeker bij de mannen loopt het flink uiteen en bij de dames is het door de chadors eigenlijk amper te beoordelen.

Een van de meiden beantwoord netjes (in Farsi) dat je dat niet hoort te vragen aan de vrouwen in Iran. De hele klas ligt dubbel van het lachen, inclusief Amir, maar wij staan elkaar maar een beetje stom aan te kijken. Gelukkig hoeven we niet heel lang op een vertaling te wachten. Stefan antwoord: Oh dat mag je ook als antwoord geven, maar dan moet je dat wel in het Engels zeggen. 😉 Vervolgens krijgen we toch per persoon de leeftijden te horen. Opvallend is dat de meiden allemaal tussen de 17 en 23 zijn, maar de mannen een veel groter leeftijdverschil hebben met hun 17 tot 45 jaar. En hierbij blijkt ook weer dat de meiden beter opletten in de les dan de mannen, die toch vaak hun leeftijd verkeerd, of zelfs in Farsi zeggen en Amir laten vertalen.

Voordat we er erg in hebben zijn er 75 minuten voorbij en lopen we terug naar de auto. Wat een leuke ervaring was dit! We rijden nog even langs het guesthouse om gedag te zeggen tegen Akbar (die was er niet toen we vertrokken voor de les) en we hopen ook Stephan en Andi nog even te zien, maar die zijn samen de stad in voor de lunch, weet Akbar. Omdat het busstation van Bam sinds de aardbeving nog niet herbouwd is, worden we door Amir weer bij dezelfde rotonde afgezet, waar hij ons gaat helpen om bij de bank onze paspoortnummers te registreren zodat we bij de buschauffeur een kaartje kunnen kopen.

Gewoon nog een foto, omdat het kanDe eerstvolgende bus blijkt echter nog wel een tijdje te duren en dus vraagt Amir of we niet een gedeelde taxi willen nemen, dat is een stuk duurder, maar ook veel sneller en daarmee maken we waarschijnlijk zelfs de verloren tijd weer goed. Als bedankje geven we hem één van onze Delfsblauwe miniklompjes die we speciaal voor dit soort gelegenheden bij ons hebben.

Een Safari, zoals deze gedeelde taxi hier heet, gaat pas rijden als hij vol zit. Dat klinkt alsof je alsnog erg lang moet wachten voordat je kunt vertrekken naar je bestemming, maar in de praktijk is het eigenlijk zo dat als er eenmaal eentje staat die vrijwel direct vertrekt (omdat wij al 50% van de beschikbare plaatsen innemen), er altijd wel mensen zijn die zich bedenken en ook graag wat meer betalen voor sneller en direct vervoer.

Het is hier gewoonte om ervoor te zorgen dat een vrouw niet naast een onbekende man hoeft te zitten, dus kiezen wij taktisch voor Renee rechts achterin en Stefan in het midden. Dan kunnen er nog of twee mannen, of een man en een vrouw instappen zonder gehannes. De eerste die aan komt lopen is een vrouw en die gaat dan ook automatisch voorin zitten. Maar vrijwel tegelijk komt er een tweede dame, dus schuiven wij zo op dat Stefan links op de achterbank zit, Renee in het midden en een andere vrouw rechts ernaast. Wat een gedoe! Wel een beetje jammer dat nou juist de dikste van de twee dus achterin komt zitten, waardoor Renee d’r persoonlijke ruimte wel erg klein wordt.

Gelukkig is Maryam allervriendelijkst. Met de paar Engelse woordjes die ze spreekt kan ze ons vertellen dat ze lerares Arabisch en filosofie is en wij vertellen over onze ervaring met lesgeven in Iran zojuist en onze plannen voor de rest van onze tijd in Iran. Als we van de chauffeur de vraag krijgen waar we naar toe willen in Kerman, weten we dat eigenlijk nog helemaal niet. We zijn geheel onvoorbereid in de taxi gestapt en hadden verwacht gewoon bij het busstation uit te kunnen stappen, maar dat werkt anders met zo’n gedeelde taxi blijkbaar. En het voelt wat zinloos om ons door een taxi bij het busstation af te laten zetten, om vervolgens met een taxi naar een hotel te gaan.

Dus pakken we ons boek er maar weer eens bij en kiezen één van de goedkopere hostels in Kerman uit. Geen van de inzittenden lijkt het te kennen, maar Maryam wil wel even voor ons bellen. Helaas geeft de eigenaar aan dat hij geen plek heeft dus kijken wij opnieuw. Ondertussen wordt Maryam teruggebeld en Stefan krijgt na wat Farsi gebrabbel de telefoon. Het is ‘Hossein’ een vriend van het andere hostel en hij heeft voor ons besloten dat we naar het Akhavan hotel moeten, welke ook in de gids staat. Wel een stuk duurder, maar misschien ook wel een keertje fijn om iets luxer en in een goed bed te overnachten. Hossein spreekt met Maryam af dat zij hem laat weten als we arriveren in Kerman, zodat hij ons op kan halen. En in ruil daarvoor krijgt zij een gratis lift naar haar eindbestemming.

Via dezelfde telefoon vertolkt de zoon van Maryam allerlei vragen en de foto’s op de telefoon van Renee van o.a. haar zussen en neefjes zorgen voor voldoende gespreksonderwerpen tussen de dames. De tijd gaat vlot voorbij en de reistijd wordt sowieso flink ingekort door onze chauffeur, die er duidelijk een hekel aan heeft om achter iemand anders te rijden en dus overal flink het gas intrapt.

Renee in de lobbyAangekomen in Kerman staat er inderdaad een oude man met een flink oude Jeep op ons en Maryam te wachten. We nemen afscheid van Maryam en geven haar als bedankje voor al het bellen ook één van onze Hollandse souvenir klompjes. Terwijl Hossein ons naar het hotel brengt stelt hij allerlei toertjes in de omgeving voor. Daar hebben we eigenlijk helemaal geen tijd voor, maar we spreken af dat we er een nachtje over slapen en hem morgen in de middag in het theehuis van de lokale bazaar weer ontmoeten.

Het hotel waar Hossein ons afzet is erg duur ($22 half pension pppn), maar ook erg luxe voor Iraanse begrippen, al is alles wel wat gedateerd. Omdat volgens de Lonely planet het restaurant van dit hotel het beste restaurant van de stad is, besluiten we niet verder te zoeken. Als we zijn ingecheckt en Hossein is vertrokken, krijgen we van de eigenaar van het hotel een waarschuwing: Pas op voor die man, hij is een ‘Tourist shark’ en zal je veel te veel laten betalen voor precies dezelfde dingen die wij ook goedkoop voor jullie kunnen regelen. Wij zien het morgen wel, we zijn op vakantie hoor! We gaan vanavond eerst eens onze vlucht naar Islamabad boeken, zodat we zeker weten dat we Iran kunnen verlaten voordat ons visum verloopt.

Shiraz & Persepolis het centrum van het oude Persië

Het is alweer een tijdje donker als we aankomen op het busstation van Shiraz. Voor de verandering vinden we deze keer wel een officiële taxi, er is zelfs een kantoortje waar we (vooraf) moeten betalen en waarna de chaufeur zijn licentie meekrijgt. Maar als Stefan “No” antwoord als de taxichauffeur vraagt of we gereserveerd hebben bij ons hostel naar keuze “Niayesh Boutique”, belt de chauffeur waarschijnlijk een vriend, babbelt wat over reservering, hotel, Holland en twee en als hij ophangt meldt hij ons dat dit hotel vol is en dat hij ons ook wel naar een ander hotel kan brengen. Het is echt laagseizoen, dus we kunnen ons dit niet voorstellen. Breng ons er toch maar heen, is dus ons antwoord. En als hij aandringt toch maar een “I don’t believe you”. De chauffeur is duidelijk beledigd, maar we voelen ons daar echt niet meer schuldig over inmiddels.

Overdekte binnenplaatsWe worden op de hoek van de straat, bij een bouwput, uit de taxi gezet en zien de bordjes naar het hostel al staan. Zonder het te vragen worden we door een bewaker netjes via een bouwplaats, door allerlei smalle straatjes, links, rechts, tunneltje door, links, etc bij ons hostel gebracht. Ze blijken nog zat plek te hebben en we zijn blij dat we ons niet om hebben laten praten door de taxichauffeur. Stefan vraagt twee dormbedden, maar we krijgen een tweepersoons kamer, nice, dat is pas besparen! Dit hostel is in een tradioneel Iraans huis gevestigd en heeft een leuke opzet met tafeltjes en zitbanken op een (overdekte, verwarmde) binnenplaats en de kamers eromheen.

Terwijl Stefan nog wat op de kamer rommelt raakt Renee aan de praat met Ruby uit Hongkong en Stephan en Andi uit Duitsland. We delen ervaringen, bespreken ieders reisplannen en overleggen om morgen samen een taxi te huren om naar een paar sites in de omgeving te gaan. Met 6 personen (incl. chauffeur) een taxi delen, zien we uiteindelijk niet echt zitten. Bovendien is het wel fijn om onze eerste dag in Shiraz eerst een beetje rond te kijken in de stad zelf. We bestellen ieder op aanraden van Andi een “Dizi”, wat een soort doe het zelf maaltijd is. Je krijgt een stenen pot met boullion, aardappel, rundvlees, groente, daarnaast een stamper, een lege kom en een mandje brood. Eerst giet je wat van het vocht weg en dan crush je het vlees, aardappels en groente net zolang totdat het een soort stamppot is, beetje vocht terug erbij en dan met het brood opeten. Erg lekker! We kletsen nog een tijdje en gaan dan lekker slapen.

TaxiposerHet lekkere slapen valt helaas wat tegen. Het bed bestaat letterlijk uit een houten plaat met een deken erop en aangezien Renee gewend is om op haar zij te slapen, wordt er elke 10-15 minuten een keer gedraaid, waar Stefan natuurlijk ook last van heeft. Wat een klotebed! Met een slaperig hoofd lopen we de stad in, naar de Aramgah-e Shah-e Cheragh (de wat? ja die). We moeten onze tas inleveren en voor Renee weer een chador pakken. Fotocamera’s zijn hier verboden helaas, daar wordt zelfs op gefoullieerd, dus kijken we gewoon even rond. Ze hebben hier zelfs twee kussendozen (relikwieënkisten): volgens een vriendelijke man die Stefan ongevraagd een rondleiding gaf was de ene gevuld met resten van de broer van Reza en de andere met zijn broer (hoe de broer van de broer niet de broer van de broer (Reza) is, is ons volledig onduidelijk. Maar het is wel allemaal even mooi gedecoreerd en de meeste bezoekers lijken ook oprecht verdrietig over de dood van de tentoongestelden.

MuseumHet is in Shiraz lekker warm en na een stadswandeling langs verschillende pleinen en winkeltjes, lopen we de Naranjestan binnen. Een museum met een grote binnenplaats vol sinaasappelbomen en dadelpalmen die rond 1880 voor een rijke vent is aangelegd als publieke receptiehal voor zijn huis. De tuin stelt niet zo veel voor, maar waarschijnlijk is dit ook mooier in de lente en zomer. De gebouwen eromheen zijn wel gaaf met alle spiegels, maar het museum is echt waardeloos. Eigenlijk hebben we een beetje spijt dat we naar binnen zijn gegaan.

Vrouwenbalie bij de bakkerWe besluiten om de lunch simpel te houden en gewoon wat Naan te kopen, het Iraanse brood. Bij de bakker hebben ze gescheiden balies voor vrouwen en voor mannen en dus ziet Stefan zijn kans schoon om Renee een keer aan het werk te zetten. Renee gaat bij het juiste bordje staan en geeft met een vinger aan dat ze één naanbrood wil, zwaaiend met 20.000 Rials (nog geen € 0,50). Het wordt ter plekke vers gebakken,Vers gebakken brood maar blijkbaar is één brood bestellen hier een beetje gek, wat we krijgen één stapel met zes broden. Als Renee duidelijk probeert te maken dat ze dit niet bedoelt, wordt er met vragende blikken gekeken. Nou ja, zes is ook goed, dan hebben we een voorraadje, waarschijnlijk 1 kilo? Stefan kan er hartelijk om lachen, Renee doet ook een keer de inkopen hoor.

De volgende keer lachen we gelukkig weer om Stefan, als we een paar straten verder gelopen zijn en nog 3 van de 6 broden over hebben, passeren we een zeer onverzorgde man die op het trappetje voor een gesloten winkel zit, met een versleten weegschaal tussen zijn voeten. Een zwerver, die zal vast honger hebben. Stefan probeert hem de 3 overgebleven broden te geven, maar de man is duidelijk zwaar beledigd. Als hij onze taal zou spreken had hij zeker “rot op eikel” geroepen, of iets die trend. Wij kunnen er in ieder geval flink om lachen.

KasteelTerug bij ons hostel pauzeren we even met een theetje. Daarna lopen we naar het paleis waar we een stevig bedrag aan entree moeten betalen ($3 p.p.) en verbazen ons vervolgens over het ontbreken van interessante dingen. Het zijn gewoon vier muren met vier torens en alle deuren zitten op slot. De tuin en de vijver zijn verder kaal en leeg. We kunnen wel even spiekem in de oude hammam die onder één van de torens zit. Aan de buitenkant kon je al goed zien dat deze ooit voor een deel is verzakt, maar in de Hammam zie je daar niks van terug. We maken nog even gebruik van het toilet en staan eigenlijk binnen 10 minuten weer buiten.

Qurans GateBij aankomst in Shiraz hadden we vanuit de bus al een mooi verlichtte poort gezien, waar vooral Stefan wel nieuwsgierig naar is. Het is een flink stuk wandelen (van meerdere kilometers), maar dat zijn we inmiddels wel gewend en onderweg is altijd van alles te zien. Waaronder een brug, een mooie moskee Moskeeen de graftombe van de in Iran wereldberoemde dichter Hafez. Bij de poort aangekomen is het inmiddels donker en hij is weer mooi verlicht. We maken een paar foto’s en spotten daarna een stukje verderop een kassa met een toegangspoort, waar flink wat mensen betalen om de trappen de berg op te mogen lopen. Stefan vraagt aan het kassamannetje wat de attractie is, want dat kunnen we eigenlijk nergens ontcijferen. We krijgen antwoord in Farsi en weten nog steeds niets. Aangezien de prijs maar 10.000 Rials (0,25 euro) per persoon is, betalen we het gewoon en laten we ons verrassen.

WaterbronHet blijkt niet veel meer dan een uitkijkpunt te zijn waar in de avond mensen naar boven lopen met een picknickmand om samen te eten of te snacken. Er is nog een soort grotfontein, waarvan we aannemen dat dit ooit de bron was van al het drinkwater van Shiraz, maar verder niets bijzonders. We lopen een tijdje rond, maken een paar foto’s van de verlichte stad en houden het daarna voor gezien. Na een plas- en uitrustpauze in de lobby van het 5 sterren Shiraz hotel wordt het tijd om terug te gaan naar onze low-budget slaapplaats.

Stefan heeft dezelfde afwijking als zijn navigatiesysteem en dat is dat hij zelden dezelfde weg terug wil en dus lopen we een ontzettend saaie straat in, met de verwachting dat het straks wel leuker wordt. Langs een blinde muur hebben ze felle lichten in de grond gemaakt met een glazen afdekkap, maar op een paar plekken is deze stuk. Niet zo erg, maar wel vervelend als dan ook de afdekplaat ontbreekt. Stefan gaat namelijk hard onderuit als hij met een voet in zo’n gat stapt. Gelukkig heeft hij alleen een paar schrammen en wat krassen op zijn ring door het breken van de val. We kunnen opgelucht ademhalen dat er vanavond niet ook nog een bezoekje aan een Iraans ziekenhuis bij komt.

We lopen nog een tijdje verder, maar krijgen elke stap minder zin om weer het volle aantal kilometers terug te lopen. Na een paar pogingen om een goedkope taxirit te vinden krijgen we uiteindelijk een gratis lift van een jonge Iraanse man. We denken dat hij eigenlijk als onofficiele taxi gewoon geld wilde verdienen, maar Stefan was zo brutaal om met een glimlach “For Free?” te zeggen. We hebben een leuk gesprekje in de auto en worden netjes in de buurt van ons hostel afgezet. Bij binnenkomst besluiten we om direct via de receptie een tourtje te boeken voor morgen. Lekker makkelijk, geen gezeur om daar zelf met diverse bussen en een taxi te komen en dan hebben we ook een gids die ons wat meer kan vertellen over de ruïnes die we gaan bekijken.

We schuiven aan op de traditionele bank van de Duitse vader en zoon waarmee we in Kashan de historische huizen hebben bekeken, we waren ze vanmorgen ook al bij het museum tegengekomen en blijkbaar logeren ze in hetzelfde hostel. Na een prettig gesprek vinden zij het tijd om te gaan slapen en eigenlijk is dat helemaal geen gek idee. Dus regelt Renee een matras (wat gewoon nog een deken blijkt te zijn) en trekken ons na een douche terug op de kamer. Na wat improvisatiewerk van Renee, bestaat het bed uit een houten plaat met drie dubbelgevouwen dekens. Nog steeds erg hard en dus pakken we onze spullen in zodat we morgen vroeg (voordat ons tourtje vertrekt) uit kunnen checken als we weer zo’n beroerde nacht hebben gehad.

Uiteindelijk hebben we redelijk geslapen en besluiten we nog wel een nachtje te blijven voor de 10 dollar pp.pn.. Het is wel erg vroeg dag vandaag en dus wrijven we de slaap nog uit onze ogen als we worden opgehaald om met een busje naar Persopolis te rijden. We zijn met z’n 8-en inclusief gids en chauffeur. Een ouder koppel uit Vietnam, een man uit Hong Kong en Oostenrijker Winifred, die in hetzelfde hostel verblijft als wij.

GatePersepolis is een oude ruïnestad van rond 500 BC. Er zijn geen huizen gevonden, maar wel 12 bouwwerken voor de koningen, het leger, opslag van goederen en rijkdommen etc. Het nieuwjaar duwt het oudjaar uit de afbeeldingTijdens grote feesten waaronder het Perzische nieuwjaar, kwamen onderdanen van verschillende streken uit het Perische rijk, zoals Egyptenaren, Afghanen en Indiërs giften brengen voor de sjah. Nadat Alexander de Grote de boel veroverde en een groot deel van Persepolis plat brandde, schijnt hij 3000 kamelen nodig gehad te hebben om alle schatten te vervoeren die er opgeslagen lagen.

Bovenstaande info hebben we voornamelijk gekregen uit het de Duitstalige boek van Oostenrijker Wini, want onze gids was echt bagger. We hebben nog nooit een gids gehad die zo vaak “I don’t know” heeft gezegd en vaak niet eens op de juiste Engelse woorden kwam. OverzichtjeGelukkig konden we met logisch nadenken af en toe het een en ander aan elkaar breien. Zo bedoelde ze met translate bijvoorbeeld de ene keer transport en de andere keer transfer, heel handig! Vanaf een heuvel aan de rand van Persopolis, waar ook twee graftombes zijn te vinden, hebben we een mooi uitzicht over deze grote ruïnestad.

TombeDe tweede stop voor vandaag zijn de graftombes “Necropolis”. De tombes zijn hoog boven de grond uitgehakt in de rotsen en je kunt ze dus alleen van afstand bekijken. We krijgen nog een kort verhaaltje over de “eigenaren” ervan en de verschillende afbeeldingen die ze hebben gemaakt. Over de vierkante toren die ernaast staat en die ongeveer even oud is, weet onze gids niets te vertellen. We nemen haar dat niet heel kwalijk, want schijnbaar is het tot nu toe niemand gelukt om een goede theorie te bedenken waar dit bouwwerk nou eigenlijk voor is. Best mooi om te zien en dus maken we een paar foto’s.

TorenWanneer we weer op de parkeerplaats komen, staat er een grote 4×4 camper met nummerplaten uit Virginia, Nieuw Zeeland. Er stapt net een kerel uit en we zijn wel benieuwd naar hun verhaal. Ook onze gids is na ons eerdere verhaal dat we onderweg waren met onze camper, benieuwd naar hoe zo’n ding er van binnen uit ziet en dus raken we aan de praat. Een Duits echtpaar heeft de auto in Nieuw Zeeland gekocht, daarna op de boot gezet naar Azië en is nu onderweg terug naar Duitsland. Ze doen zo ongeveer onze route maar dan omgekeerd. Bijzonder is wel dat zij hun twee kinderen van 5 en 8 jaar oud hebben meegenomen. Leuk om hun verhaal te horen, maar ook wel een tikje zuur. We kunnen niet helpen te denken dat wij hier ook met onze eigen camper hadden moeten staan.

BackgammonWe rijden daarna weer met het busje terug naar ons hostel en lunchen daar ons overgebleven brood van gisteren. Duitsers Andi en Stephan hebben een relaxdagje en zitten al de hele middag in het hostel, wat een goed idee! We kletsen over van alles en nog wat. Zij hebben eerder vandaag stof en stenen gekocht om een vouwbaar backgammon bord te maken. Na wat gecreabea heeft Andi met viltstift het bord getekend en krijgen wij uitleg hoe dit spel te spelen. Terwijl Renee een stukje schrijft, speelt Stefan met hun een paar potjes.

The pasta placeWe lopen ‘s avonds nog met Stephan de stad in op zoek naar “The pasta place”. Een fastfood tentje waar hij en Andi vanmorgen ontbeten hebben en waar de pasta met name erg lekker was. Hij weet alleen niet meer precies waar het zit en dus lopen we uiteindelijk ruim een uur door de stad om deze tent te vinden. Het is wel erg gezellig en er is een soort van avondmarkt vanavond, dus erg vinden we het allemaal niet. We hadden eigenlijk meteen rechts moeten gaan vanaf het hostel, echter Stephan koos voor links. Maar we hebben het uiteindelijk gevonden! De pasta was helaas nog dezelfde als die van vanmorgen en dus verre van vers. Toch smaakte het wel prima. Maar ze maken hier wel een super hamburger en we zijn uiteindelijk pas om 22.45 uur weer terug in het hostel.

We overleggen nog een tijd wat te doen. Wij willen na Iran graag naar Islamabad vliegen in Pakistan, maar er zijn geen directe vliuchten te vinden. Dus hebben we onze zinnen gezet op een tussenstop van een paar dagen in Dubai. Maar het is wel slim om te beslissen hoe we daar willen komen (met vliegtuig of boot), want dit bepaalt ook hoeveel tijd we nog over hebben op ons visum voor Iran. Uiteindelijk kiezen we ervoor om te gaan vliegen en onze oorspronkelijke “plannen” helemaal om te gooien. We gaan net als Stephan en Andi naar het oosten van Iran om daarna via Yazd weer naar Tehran terug te keren. Het leuke aan geen echt plan hebben, is dat we zoals nu op elk moment kunnen beslissen ergens anders heen te gaan.

Eerste kennismaking met Iran: Tehran

De bus is zonder schade en met de gehele inhoud weer in ons kikkerlandje aangekomen en we hebben de belangrijkste spullen uitgeladen. Nu laten we het aan de Mercedes dealer om te proberen de bus te fixen, terwijl wij onze reis met het vliegtuig, bus, taxi, trein, etc voortzetten.

Klaar voor een nieuw vertekDe hoeveelheid bagage is terug gebracht naar een backpack van 13,5 kg per persoon, wat overigens nog best lastig is met de verschillende temperaturen die we tegen gaan komen in het vooruitzicht. Om 12.30 uur staan we op Schiphol voor onze eerste vlucht naar Istanbul. Ondanks dat we bij het boeken van de Pegasus-vlucht niet hebben bijbetaald voor extra beenruimte of überhaupt plaatskeuze worden we in het vliegtuig blij verrast met nooduitgangplaatsen en een vrije stoel naast ons. Bij de overstap in Istanbul moeten we 5 uur wachten op onze volgende vlucht naar Teheran in Iran. We doden deze tijd bij één van de weinige restaurantjes, met een matig diner voor een astronomisch bedrag, maar het levert wel een uurtje gratis internet op.Onze flying Pegasus

Voor we het weten is het 23.35 uur en vertrekt de volgende vlucht. We twijfelen nog even of we bij de juiste gate zitten, want er staan verder geen bordjes en de monitoren zijn uit. Er zitten bovendien vrij weinig mensen te wachten terwijl we al bijna zouden moeten gaan boarden. We kunnen maar twee vrouwen met hoofddoek ontdekken, terwijl dit in Iran verplicht is. Stefan loopt nog een stuk terug richting de terminal om nog eens de schermen te checken, maar we zitten echt bij de juiste gate. De dames zullen wel blij zijn dat die hoofddoek nu eindelijk even niet op hoeft.

Ook nu is het vliegtuig weer bijna leeg. Het lukt Renee om 2 uurtjes te slapen, terwijl Stefan een film kijkt op de tablet. Om 04.00 uur, met 2,5 uur tijdsverschil t.o.v. Nederland, landen we in Iran. We hebben tijdens de landing prachtig uitzicht over een volledig verlicht Tehran, maar Renee is pas echt wakker te krijgen als het vliegtuig met een stevige klap op het asfalt staat. Goedemorgen en gefeliciteerd Renee met je 30e verjaardag!

Renee vroeg zich al af wanneer eigenlijk de hoofddoek op moest, dat is immers een wet in Iran, op straffe van 60 stokslagen en deportatie. De keuzes zijn legio: bij het landen, uitstappen, voor de paspoortcontrole, als je het vliegveld verlaat, etc. Het antwoord blijkt simpel: de andere vrouwen doen dat gewoon meteen als je het vliegtuig uitstapt. Dus frutsel de frutsel en hij zit, soort van, dat wordt de komende dagen vanzelf beter en makkelijker.

Tijdens de wandeling naar de paspoortcontrole stemmen we ons verhaal nog even af. Want met welke waarheid gaan we de vragen die we gaan krijgen beantwoorden? We hebben de informatie uit de visumaanvraag, van toen we nog overland zouden reizen, of vertellen we dat we nog helemaal geen idee hebben waar we heen gaan en ook nog geen vlucht hebben geboekt om het land te verlaten? We kiezen voor het eerste. Terwijl we in de rij staan, oefenen we nog maar een keer de arabische getallen, wat helemaal niet zo moeilijk is als het lijkt! Bijv: De 1 is één streepje, de 2 een soort omgekeerde 7, de 3 net als de 2 maar dan een extra golfje, de 4 een omgekeerde 3, etc. En bij de tientallen het cijfer en een punt erachter. Uiteindelijk komen we na wat moeilijke blikken van de beambte, zonder problemen, vragen of wat dan ook allebei het land binnen.

Multimiljonair! Van een vrij waardeloze munteenheid helaas.Op het vliegveld worden we vrij snel multimiljonairs door 315 van onze meegebrachte Dollars om te ruilen voor 10.020.000 Rials en/of 1.002.000 Tomans. We hadden al gelezen dat dit briefgeld verwarrend kan werken: dat is het ook! Zo heb je bijvoorbeeld 400.000 Rials (ongeveer 10 euro), dat zijn 40.000 Tomans. Tot zover snappen we het wel. Alleen als je wat wilt kopen, zeggen ze 40 of 4000 en dan moeten wij maar weten of ze 4000, 40.000 of 400.000 bedoelen. Het is immers belachelijk om 10x teveel of te weinig af te rekenen. Maar ja, wij hebben geen idee of ze bij een vliegveld in een arm land € 0,25 of € 2,50 willen hebben voor een flesje frisdrank. 🙂

Na lang twijfelen over de bus of een taxi kiezen we toch maar voor veilig en nemen een taxi naar het hotel dat we in gedachten hebben. Na wat handen en voetenwerk, wordt ons uiteindelijk duidelijk dat hij met 65 bedoeld dat hij 650.000 Rials wil hebben voor het ritje. Dat hij daarvoor 65.000 intikt op zijn telefoon maakt het niet makkelijker. Volgens onze reisgids zou het veel meer moeten kosten om de ruim 40 km per taxi ‘dar baste’ af te leggen en we zijn doodmoe, dus Stefan doet niet de moeite om erover te onderhandelen. We hopen dat we inderdaad terecht kunnen bij hotel Firouzeh want om 05:00 ‘s morgens inchecken is niet overal even makkelijk. Van tevoren boeken en/of betalen was niet mogelijk, omdat Iran met alle boycots door hun Nucleaire programma volledig is afgesloten van de rest van de wereld als het gaat om internationale betalingen, dus we zien wel hoe het daar loopt.

Aankomst bij ons hotelHet begint net een beetje licht te worden als we aankomen bij het hotel en het receptiemannetje haalt de voordeur van het slot als hij ziet dat we naar een bel zoeken. We zijn blij als we even later in een hotelbed kunnen neerploffen om nog een paar uutjes slaap mee te pikken. We zetten om 11.00 uur de wekker en ontbijten met onze meegebrachte peperkoek terwijl we bekijken wat vandaag de planning gaat worden. De receptie wijst ons er nog op dat het vandaag vrijdag is (de Islamitische zondag) en dat dus vrijwel alles is gesloten in de stad.

We kiezen voor het Golestan Paleis als eerste bestemming en krijgen nog een klein kaartje mee van de receptie. We lopen vele kilometers, maar kunnen het niet vinden. Onderweg worden we meerdere keren heel vriendelijk welkom geheten in Iran en veel mensen zeggen gewoon even hallo tegen ons. We voelen ons ook echt welkom hier, wat een fijne en ongedwongen sfeer!

LunchWe kopen onderweg een paar kleine lekkernijen en een drankje bij de bakker en zijn vervolgens lekker mensen aan het kijken op een pleintje. Als we even later, duidelijk in de verkeerde straat, in de Lonely Planet aan het kijken zijn, schieten een Iraanse man, vrouw en zoon van zo’n 10 jaar oud ons te hulp. We wijzen waar we naar toe moeten en het blijkt dat we inmiddels zo’n 1,5 km van het paleis verwijderd zijn en er de hele tijd rondjes omheen hebben gelopen, het is blijkbaar kleiner dan we dachten! Ze proberen om hun zoon zover te krijgen om zijn Engels met ons te oefenen, maar hij is iets te verlegen en dus doen we het met handen, voeten en de paar Engelse woorden die de vader spreekt. Dank je wel (Mo te sha ké ram)!

Spiegeltje spiegeltje aan de wand, wie is hier het knapste in het land?Als we bij de ingang aankomen, snappen we dat we het eerder niet hebben gevonden. Het paleiscomplex is (bijna) alleen maar laagbouw en wordt omringt door allerlei hoge gebouwen, om het af te maken ligt de ingang van het complex achterin een parkje. Het valt daardoor totaal niet op. We spieken even om de hoek van het ticket office om te zien of we het waard vinden om het hoge bedrag te betalen om ook echt alle gebouwen van binnen te bekijken.

PaleisjeOnze conclusie is nee, alleen van de buitenkant lijkt ons prima, maar we zijn dan al de kassa en het controlemannetje voorbij, oeps! We lopen een rondje over de grote binnenplaats met rijkelijk versierde gebouwen. Onderweg kletsen we nog een beetje met de Iraanse bevolking. Er zijn hier weinig toeristen te vinden en ze vinden het duidelijk leuk dat we in hun land zijn, willen weten waar we vandaan komen en bieden aan om een foto van ons te maken en dat allemaal op een hele relaxe, niet opdringerige manier.

Na het paleis gaan we richting het metrostation. We hebben de tip gekregen om naar Darband te gaan, een wijk in het noorden van Teheran, tegen de bergen aan gebouwd. We hebben weer een verwarrend Rials/Toman moment bij het betalen van de tickets (twee euro leek Stefan een stuk redelijker dan 20 eurocent voor twee kaartjes), maar kunnen zonder problemen de juiste metro vinden. We letten nog even op waar we instappen, want de eerste en laatste coupé zijn voor alleen vrouwen. Renee mag ook gewoon in de andere coupés instappen, maar Stefan niet bij de vrouwen, dus dan is de keuze makkelijk. Er wordt zelfs opgestaan voor Renee, zodat ze kan zitten. Ze vraagt zich op dat moment wel af of zij óók kunnen zien dat ze een jaartje ouder is geworden, maar even later blijkt dat het heel normaal is om voor voor vrouwen én oudere mannen je zitplek af te staan.

Wazig gebeurenAls we zo’n 20 minuten later uitstappen, belanden we midden in de drukte. Het wordt inmiddels donker en we lopen met de menigste mee langs de verschillende eettentjes en winkeltjes en ook een stukje overdekte bazaar. We zien regelmatig mensen door een groot gordijn naar binnen en buiten lopen en het “gezang” komt ons tegemoet. We besluiten om voorzichtig door het gordijn te spieken en als we zien dat er zowel mannen als vrouwen lopen, met hun schoenen aan, lopen we verder. We vragen ons wel af waar we in beland zijn. Er is een soort podium waar een gesluierde zangeres een soort klaagzang lijkt te houden, omringt met een grote groep mensen, de ene serieus kijkend, de ander met flinke tranen. We hebben geen idee wat ze zegt en wat dit precies is en bovendien voelen we ons een beetje ongemakkelijk hier. We lopen dus weer een stukje terug en daarna de bazaar uit.

Renee in tafelkleed-tentRenee wordt tegengehouden door een gebarende man met plumeau, huh wat wil hij? Hij wijst naar een gebouwtje en dat ze zich moet bedekken. Snelle controle: haar hoofddoek zit goed, dus dat kan het niet zijn. Na een vragende blik, wijst hij op een vrouw die nog meer is bedekt en dat Renee dit ook moet. Blijkbaar is deze plek, buiten de moskee ook heilig en even later krijgt ze een grote “leendoek” in haar handen gedrukt. Dan volgt het eerste hoofddoekje incident. In de poging op de gigantische doek over haar hoofd en hele lichaam te drapperen, glijdt haar eigen hoofddoek af. Dus Stefan en een hoop andere mensen schieten te hulp met uitleg en handen hoe dit ding te dragen en daarna mogen we verder lopen richting de moskee.

MoskeeWe kijken een beetje af hoe de andere mensen hier rondlopen, worden getrakteerd op toffees door een Iraanse vrouw en gaan op de foto met de moskee. Naar binnen gaan we deze keer niet. We gaan nog een hele hoop moskeën tegenkomen en krijgen inmiddels een beetje trek. We besluiten om een Iraanse proeverij te houden, want we zijn wel nieuwsgierig geworden naar een hoop dingen die we de mensen om ons heen zien eten. De eerste stop is bij een tentje met een soort appelflappen. Appelflap met geen-appelflapZo zien ze eruit, maar het blijken samboseh’s te zijn, gevuld met aardappel, ui, soya, vlees en kruiden. De ketchup wordt ongevraagd meegeleverd en past er inderdaad prima bij. Lekker!

Geen idee hoe de tweede lekkernij heet, we konden het bordje niet lezen 😉 Het blijken een soort gesuikerde oliebollen te zijn, smaakt ook goed! Subway footlong FalafelDe derde en laatste stop is bij een soort Iraanse Subway. Alleen moet je hier zelf je broodje vullen. We kiezen voor falafel met wat groente, salade en een speciaal sausje van de kok. Tegen de tijd dat we terug bij de metrohalte zitten we aardig vol. Het is inmiddels helemaal donker en we moeten nog een stukje terug. Tijdens de terugreis heeft Stefan nog een leuk gesprek met een gebedsleider uit de lokale moskee, dat voortkomt uit het feit dat Stefan hem hielp om met zijn OV-chipkaart daar het metropoortje te komen.

We zetten de wekker om 09.00u zodat we in ieder geval op tijd zijn voor het ontbijt, maar dat blijkt door ons slaapje van gistermorgen niet nodig en we zijn ruim voor de wekker wakker. Na een ontbijtje met een verrassend lekker stuk brood lopen we met onze backpacks weer richting de metro, om naar het busstation te gaan. We hebben namelijk het gevoel dat we alles wel gezien hebben dat Tehran ons te bieden heeft en willen doorreizen naar Kashan.

In de metro besluiten we voor de 5 stops te blijven staan, omdat het meer gedoe is om de bepakking af en op te doen, maar daardoor blijft Renee wel bezig met het afslaan van zitplaatsen die haar steeds opnieuw worden aangeboden in de mannencoupé. Op de Terminal-halte aangekomen raakt Stefan op de roltrap in gesprek met een jongen uit Iran, de zoveelste die ons gewoon even oprecht welkom wil heten in zijn land. We kopen nog even snel twee flesjes drinken voor in de bus en lopen daarna door de hoofduitgang naar buiten, om vervolgens met een ‘ik ben verdwaald blik’ om ons heen te staren. Er is hier een hoop te zien, maar niets dat lijkt op het grootste busstation van het land.

Gelukkig blijkt dat de jongen van de roltrap ons interessant genoeg vond om ons te volgen en hij spreekt Stefan weer aan om te vragen of we niet naar de bussen wilden? Na een ferme ‘jazeker’ loopt hij helemaal met ons mee. Eerst terug naar binnen, daarna een trap af, een lange tunnel door, weer een roltrap omhoog en een grote parkeerplaats over. Al die tijd negeert hij Renee volkomen en loopt hij zo ongeveer met zijn schouder onder de oksel van Stefan te duwen.

Busje komt zoOp het parkeerterrein regelt hij met een buschauffeur die naar Kashan gaat dat we alvast de tassen in de bus mogen gooien en dat Stefan zijn vrouw, die ook als bagage telt, alvast bij de bus mag achterlaten terwijl hij mee loopt om de tickets te gaan kopen. Bij het ticket office voor de deur staat echter een bus die 10 minuten eerder naar Kashan vertrekt, dus hij biedt 10x zijn excuses aan (nergens voor nodig natuurlijk) en loopt weer, met Stefan in zijn kielzog, terug naar de parkeerplaats om de bagage en de vrouw op te halen. Maar de bus is verdwenen, met de bagage en de vrouw.

Na een kleine 5 minuten zoeken tussen alle geparkeerde bussen besluit Stefan dat het mooi is geweest en hij
belt Renee op haar mobiel waar ze uithangt. Dit telefoontje, via Nederland, kost waarschijnlijk 10x meer als de hele busreis voor twee personen zou gaan kosten, maar om elkaar nou op de tweede dag in Iran al kwijt te raken én erger nog, zonder zijn bagage verder te moeten, is natuurlijk ondenkbaar voor Stefan. De bus is terwijl Stefan terug liep naar de parkeerplaats via een omweg naar de terminal gereden en staat nu doodleuk naast de bus die nu letterlijk op ons staat te wachten.

Onze hulpvaardige vriend biedt nog 10x zijn excuses aan en wil graag de tickets voor ons betalen, maar daar gaan we natuurlijk niet in mee. Stefan besluit dat hij geen zin heeft om voor 10 minuten wachttijd weer de de tassen en de vrouw naar de andere bus te verplaatsen en koopt twee VIPtickets voor Kashan met de bus waarin Renee al zenuwachtig met haar armen zit te zwaaien. Na een vriendelijk afscheid van de jongen, die waarschijnlijk twee volle colleges gaat missen op zijn school door zijn hulpvaardigheid, stapt ook Stefan in de bus en de reis naar Kashan kan beginnen!