All posts by Renee

Gek op reizen, maar heeft een hekel aan autorijden, springt graag uit vliegtuigen (woeha!), haat strijken, in de zomer een stoere motorchick, maakt de duurste dingen het snelste stuk, jongste van 3 zussen, kan erg genieten van de rust onder water!

De eerste kennismaking met India

Onze laatste dag in Pakistan staan we vroeg op om de gigantische bende op onze kamer op te ruimen en daarmee ook gelijk onze tassen in te pakken. We nemen uitgebreid afscheid van Sajjad en de andere toeristen en stappen om 11.00 uur in dezelfde tuktuk als gisteren om naar grens te gaan. We rijden de voor ons inmiddels bekende weg en passeren deze keer zonder kleerscheuren (haha) de eerste controleposten.

De grens net ná het dounagebouw.We lopen de laatste 300 meter met onze backpacks op de rug naar wat wij denken dat de douane is. Het is in het begin even zoeken, want we zien in dit gebouw niet echt iets wat lijkt op een paspoortcontrole. Bovendien zijn we de enige aanwezigen en zien we niemand in uniform. Even later worden we gewenkt door een man in overhemd dat we naar hem toe moeten lopen en hij vraagt om onze paspoorten. Blijkbaar zitten we toch goed?!

Hij vraagt ons om een douaneformulier in te vullen en stelt ons allerlei vragen over wat we in Pakistan hebben gedaan. Na ruim 40 minuten hebben we in ieder geval een exitstempel. Stap 1: vink! Tijdens het wachten werd Stefan al aangesproken door een mannetje of we onze Pakistaanse Rupees om wilden wisselen voor de Indiase variant. We horen hem een tijdje aan, maar besluiten om het in India te proberen. Tot nu toe hebben we elke keer de pech gehad dat het in het land van aankomst goedkoper was om te wisselen, dus laten we die gok maar eens wagen. Uiteraard beweert deze Pakistani dat we een domme keuze maken en eigenlijk is dat ook wat we op internet gelezen hebben. Maar de wisselkoers die hij ons aanbiedt is gewoon echt belabbert, veel slechter wordt dat vast niet.

Renee met één been binnen.Daarna mogen we met onze tassen door de poort, waar we gisteren nog, als onderdeel van de ceremonie, naar hebben zitten kijken. Voet voor voet stappen we over de streep die de grens markeert. We zijn nu in ieder geval aan de Indiase kant van de grens! Nu nog hopen dat ze niet moeilijk doen over ons visum, anders moeten we buiten slapen vannacht. Renee moet wachten tot de vrouwelijke beambte klaar is met haar lunch en kijkt toe terwijl Stefan gecontroleerd wordt op bommen en andere illegale dingen. Zijn jas moet open, de dagtas moet open, alles eruit en het paspoort wordt goed bekeken, zowel de binnen als de buitenkant. Stefan is goedgekeurd 🙂

Renee wordt inmiddels wel wat ongeduldig en dat valt de mannelijke beambte blijkbaar ook op. Hij gaat kijken bij zijn collega en wordt dan flink afgesnauwd. Geen idee wat de dame precies zei, maar het klonkt niet echt vriendelijk. Hij besluit om haar taken dan maar uit te voeren, ook al hoort hij dit bij vrouwen eigenlijk niet te doen. De controle bij Renee is veel sneller en minder nauwkeurig en het fouilleren wordt gelukkig overgeslagen. Blijkbaar ziet Renee er heel onschuldig uit.

Stefan in IndiaDaarna stappen we op de verplichte shuttlebus die ons naar het immigratiekantoor rijdt. Daar moeten we wederom een douaneformulier invullen en in de rij gaan staan tot we aan de beurt zijn. Al snel wordt er een extra rij geopend en wij worden gewenkt dat we vooraan mogen komen staan. Dat is nog eens prettig! We houden even onze adem in, toch een beetje bang dat we het land niet worden ingelaten (door het eerdere gezeur in Dubai). Maar dit is nergens voor nodig, binnen 5 minuten hebben we een mooie inreisstempel met 19 december 2014 in ons paspoort staan en zijn we écht in India!

We vullen bij een kantoortje nóg een formulier over alles wat we importeren (niets dus) en onze tassen worden daar nog een keer gecontroleerd. Hier zit ook het wisselkantoor waar we onze laatste Pakistaanse Rupees om willen wisselen. Helaas hebben we verkeerd gegokt, de wisselkoers is hier nog een stuk minder interessant dan aan de Pakistaanse kant. Nou ja, je kan niet altijd geluk hebben en als je het doorrekend, verliezen we maar een paar euro. Wel krijgen we hier een officieel papiertje waarmee we aan kunnen tonen dat we legaal aan de rupees zijn gekomen. Dat is toch ook wel een fijn idee, we hebben begrepen dat sommige overheidsinstanties in India daar om kunnen vragen (en alle treinen, sommige hotels en veel van de touristy-sights zijn overheidsinstanties).

Stefan met de winnaar van de taxiveiling en het buskantoor op de achtergrond.Om 14.15 uur India time staan we buiten en Renee loopt naar een soort kantoortje om te vragen welke bus ons naar Amritsar kan brengen. Het antwoord is geen, er vertrekken hier geen bussen naar Amritsar. Ondertussen wordt Stefan omringt met taxichauffeurs die ons allemaal naar Amritsar willen brengen. Hij zegt dat Renee ook al iets aan het regelen is en dat degene met het laagste bod wellicht geluk heeft, om de prijs naar beneden te krijgen. Dat werkt goed. Het eerste bod dat valt is 1200, maar uiteindelijk stappen we voor 400 Rupee (zo’n 6 euro) in een klein wit autotje. De tassen worden los op het dakrek gegooid en we vertrekken. Een paar honderd meter verder moeten we uitstappen om onze paspoorten nog een laatste keer te laten zien en daarna is het administratieve gezeur eindelijk klaar.

Onze chauffeur rijdt erg voorzichtig en daar zijn we eigenlijk wel blij mee. Dit komt niet alleen door de tassen die los op het dak liggen, maar ook door het feit dat de man enigzins doof blijkt te zijn en maar één goed oog lijkt te hebben. Hij overtuigd ons onderweg dat we beter naar het treinstation in Amritsar kunnen gaan dan naar het busstation. Wij willen naar Jalandhar en het schijnt dat de trein veel sneller is en bovendien vaak vertrekt. Nou, vooruit dan maar, we hopen maar dat hij dit niet alleen zegt omdat het minder ver rijden is voor hem!

Om 15.30 uur staan we veilig en wel met onze tassen op het treinstation. Wauw, wat een drukte hier! We gaan allebei in de rij staan om een kaartje te kopen. Stefan in de normale rij en Renee in die voor vrouwen, buitenlanders, seniors en gehandicapten (4x kans, grapt Stefan). Hier merken we al gelijk dat Indiërs niet zo goed zijn in netjes in de rij wachten. Persoonlijke ruimte, wat is dat?! Duwen en proberen voor te kruipen is ook heel gewoon. Na 10 minuten wachten is Stefan toch als eerste aan de beurt en koopt hij een Superfast ticket voor 40 Rupee per persoon (0,60 euro). Het Superfast staat niet voor de snelheid van de trein, maar betekent dat je het ticket (te) kort van tevoren hebt gekocht en daarom een toeslag betaalt.

BaitabTreinHet is meteen onze eerste treinervaring in India en door het onduidelijke betaalbewijsje in Hindi, moeten we zoeken waar we precies heen moeten. We moesten even aandringen, maar een vriendelijke jonge kerel loopt met ons mee naar het juiste perron en we kunnen daar gelijk in de juiste trein stappen. Dat dachten we althans. Naast ons zitten drie jonge jongens waar we mee aan de praat raken. Eén van hun heet Baitab, is een Sikh en draagt een mooie rode tulband. Deze trein gaat wel de goede kant op, maar het is niet de trein van 16.00uur, deze had al om 12.00uur moeten vertrekken. Zij zitten al vier uur te wachten tot hij wegrijdt zegt hij. En precies op dat moment komt de trein in beweging, hebben wij even geluk! We kletsen een tijdje over o.a. India en Nederland en wisselen Facebook namen uit zodat we contact kunnen houden.

Na ruim een uur komen we aan in Jalandhar. We sms-en gelijk met de mensen waarmee we in Pakistan (via internet) al contact hebben gelegd en die ons graag op willen halen van het treinstation. Chelsea en haar man Avtar zijn net als wij nieuw op Couchsurfing en dus vinden we het allemaal wel een beetje spannend. Omdat we geen reactie krijgen, besluiten we om ze dan maar even te bellen met onze Nederlandse telefoon.

Chelsea is nog onderweg van school naar huis, maar beloofd dat Avtar ons snel op komt halen. We gooien onze tassen buiten op de grond en gaan lekker zitten. We hebben op het Couchsurfing profiel van Chelsea al een foto gezien van hun allebei, dus herkennen we Avtar gelijk als hij na een half uur aan komt lopen. We volgen hem met onze bagage en bij een grote witte terreinwagen stoppen we. Wauw, zo’n mooie grote auto hadden we niet verwacht!

Zijn goede vriend Sam rijdt, zodat wij een beetje kunnen kletsen. Na een paar kilometer stoppen we bij een bushalte waar Chelsea inmiddels is aangekomen en ontmoeten we ook haar. Daarna rijden ze door naar hun appartement in Jalandhar Heights. We zijn verrast over wat we zien, deze mensen zijn een stuk rijker als de gemiddelde Indier. We krijgen onze eigen kamer met een groot bed en privé badkamer, waar we meteen onze bagage droppen. En ploffen daarna met z’n allen op de bank om kennis te maken. Hun labrador Casper vindt ons super interessant en komt elke keer vrolijk bij ons zitten, bij voorkeur op schoot.

Pizza timeVoor het avondeten worden er allerlei pizza’s besteld, iets wat wij ook helemaal niet erg vinden. Stefan is flink verkouden en proeft daardoor bijna niks. Maar hij hoest alles bij elkaar als hij de extreem pittige kipstukjes probeert. Zow, ze weten hier in Punjab wel wat pittig eten is! Hij maakt meteen naam als degene die niet tegen pittig eten kan, onterecht eigenlijk, maar ja, niks aan te doen.

Na het eten kletsen we nog een tijdje over onze reis, hun werk en studie en leren we elkaar zo beter kennen. Avtar heeft samen met zijn vriend Sam, die in de woontoren hiernaast woont, een eigen callcenter waarbij ze voornamelijk Amerikanen ondersteunen met software problemen (via internet). Chelsea studeert journalistiek en media, heeft nu een paar weken vakantie en is bijna klaar met haar studie. We kletsen nog een tijdje met elkaar voordat we lekker in bed ploffen voor onze eerste nacht in India.

We hebben gemerkt dat we flink moe zijn na alle indrukken van de afgelopen weken en slapen dus lekker uit. Chelsea maakt voor ons een prima ontbijtje klaar en we hangen de rest van de middag een beetje op de bank, kletsend met elkaar en ondertussen knuffelen we met Casper. De broer van Avtar komt voor een vroege lunch ook nog langs met speciaal Indiaas brood dat zijn vrouw voor ons heeft gemaakt. We worden hier echt volgestopt met lekker eten, niets is te veel, we hebben net ons ontbijt achter de kiezen.

CasperChelsea komt uit Nagaland, een regio in het Noordoosten van India en Avtar uit Rajasthan, in het noodwesten. Ze zijn ruim twee jaar getrouwd, maar niet zoals bij veel andere huwelijken doordat hun familie dit heeft geregeld, maar omdat ze verliefd zijn geworden op elkaar. Mooi toch?! Dit was nogal wat, want Chelsea is een Christen en Avtar een Sikh (maar zonder dat hij de bekende Sikh tulband draagt en wél zijn haar knipt en baard scheert) en hun familie is niet bepaald enthousiast over de relatie, zijn moeder is ook niet naar de bruiloft gekomen bijvoorbeeld. Renee kon de verleiding niet weerstaan om te vragen om een paar trouwfoto’s te zien en kreeg daarna gelijk het fotoboek op haar schoot. De bruiloft was volgens de Sikh tradities en zoals vaak in India, droeg Chelsea een rode jurk. Leuk om te zien.

HaveliPoppenkast!Om 16.30 uur zetten Avtar en Sam ons en Chelsea af bij Haveli, waarna zij zelf doorrijden naar hun kantoor. Avtar en Sam werken voornamelijk ‘s nachts i.v.m. het tijdverschil tussen India en Amerika. Wij lopen samen met Chelsea door het soort van openluchtmuseum met allerlei traditioneel ingerichte gebouwtjes en Indiase gebruiken van elke regio. Je kan het zien als een soort Madurodam van India, een prima kennismaking met het land.

Het is wel best koud en dus nemen we na een tijdje plaats bij een kampvuurtje, terwijl we kijken naar allerlei Indiase dans en zangkunsten. Chelsea laat ons ook nog een paar typisch Indiase dingen proeven, waarvan we de moeilijke namen helaas niet meer weten. Best pittig, maar lekker! ProevenMet name de soort cracker bolletjes die via een een gat gevuld werden met aardappel, groente en een zout en pittig soepje, wat je vervolgens in 1x in je mond moet stoppen.

Voor het avondeten lopen we naar het bijbehorende restaurant, waar we aan een traditionele tafel (laag bij de grond) een groot rond dienblad krijgen met rijst en allerlei bijgerechten. De obers lopen continu rond om bij te vullen en verschillende broden te komen brengen. Lekker en divers.

Mentos freshnessTerwijl we wachten totdat we worden opgehaald, laat Chelsea ons ook nog de typisch Indiase mondverfrisser proberen. Driehoekjes van een eetbaar blad dat is gevuld met een mintachtige substantie en is versierd met bladzilver en een soort vruchtje. De vloeibare substantie moet je na een korte tijd uitspugen en daarna hoor je op het blad te blijven kauwen. Wij besluiten om alles in 1x uit te spugen, want de structuur en de smaak is echt niet ons ding. Wel leuk om een keer te proberen, want zoals het euit zag, zouden we dit zelf nooit hebben geprobeerd. Het leek eerder een stuk speelgoed dan iets eetbaars.

Even later stappen we in de auto bij de broer van Avtar en zijn zoontje. Het kleine jochie draagt zelf ook een kleine (Sikh) tulband en heeft net zijn eerste Engelse woordjes geleerd op school. Dat moet onderweg natuurlijk geoefend worden, maar eigenlijk is hij wat te verlegen om echt wat te zeggen. In het appartement drinken we samen met Chelsea nog een theetje en daarna duiken we lekker ons bed in.

De derde dag bij onze hosts starten we rustig op. Chelsea maakt weer een lekker ontbijtje voor ons klaar en bereidt ook een uitgebreide lunch voor Avtar om mee te nemen naar kantoor. Rond het middaguur zet Avtar ons af bij het busstation, waar we op de bus stappen naar Amritsar. De bus doet er veel langer over dan Chelsea dacht (bijna drie uur!) en dus komen we vrij laat pas aan in Amritsar. Had die taxichauffeur een paar dagen geleden toch echt een goed advies! Getest!

ParkChelsea onderhandelt over een fietstuktuk en daar kruipen we even later met z’n drieën in om naar het Jallianwala Bagh park te gaan. In dit park zijn in 1919 ruim 1500 Indiërs gedood/verwond doordat een Engelse officier zijn soldaten de opdracht had gegeven te schieten op de ongewapende protesterende mensen. KogelgatenWe zien de kogelgaten nog zitten en de put waarin vele mensen zijn gedoken om de kogels te ontwijken staat er ook nog. Chelsea schaamt zich voor de vele landgenoten die allemaal met op ons de foto willen en probeert hen dit ook regelmatig duidelijk te maken. We grappen met elkaar dat we inmiddels echt rijk zouden ze zijn als we een een paar Rupee zouden vragen voor elke foto die van ons werd gemaakt.

Golden temple, poor familyNa het park lopen we naar de bekendste en meest bezochtste bezienswaardigheid (ja, meer dan de Taj Mahal!) van India: Harmandir Sahib, waar de Gouden Sikh Tempel staat. Daar aangekomen leveren we onze schoenen en sokken in, wassen onze voeten en bedekken ons met de meegebrachte hoofddoeken. Hier worden ook mannen geacht hun hoofd te bedekken en dat staat Stefan verrassend goed. We hebben wel binnen no time ijskoude voeten, want ook vandaag is het erg fris buiten. Het is hier nu winter en in het noorden betekent dit vaak koude en mistige dagen.

Heilig water, heilige omgeving, heilige tempelHet complex is helemaal bedekt met wit marmer en midden in het meer “drijft” de indrukwekkende gouden tempel. Elke ochtend wordt het heilige Sikh boek van zijn slaapplaats naar de gouden tempel gebracht en ‘s avonds weer terug. We kijken toe terwijl een hoop Sikhs een heilig bad nemen, sommige kinderen huilend meegeleept door hun moeders. Het is echt koud, dus we snappen wel dat de kinderen hier niet zoveel zin in hebben. Het water wordt ook gedronken door mensen, terwijl dit echt niet de schoonste plek is. Wel mooi om te zien zoals iedereen zich volledig overgeeft en er hangt ook echt een bijzonder sfeertje. Wij kijken ook onze ogen uit naar alle mooi gekleurde tulbanden van de Sikhs die hier rondlopen.

Omdat de rij om de heilige tempel binnen te mogen erg lang is, besluiten we de wachttijd die toch zo’n twee uur minimaal zal zijn, beter te gebruiken. Chelsea koopt nog wel mede namens Avtar en zijn broer een offer, een mandje vol met eten. Dit levert ze vervolgens in bij één van de vele vrijwilligers die hier werken. Dit eten wordt gebruikt om de 60.000 tot 80.000 pilgrims te voeden die hier elke dag naar toe komen om te bidden. Je kan hier als toerist ook gratis eten, al wordt een donatie of hulp bij de afwas wel gewaardeerd.

Blessed ladyDaarna lopen Chelsea en Renee naar de plek om de blessing in de vorm van een bolletje eten (het heeft iets weg van dikke brinta) aan te nemen. Renee is wel blij dat Chelsea haar eraan herinnert om dit met haar rechter hand aan te pakken, aangezien de linker onhygiënisch is en als een belediging wordt gezien (je kan wellicht wel raden wat Indiërs met deze hand doen?).

Met de politie op je hielenAls we dit alles hebben gezien, halen we onze schoenen op en lopen naar buiten. Niet alleen bij de tempel, maar ook erbuiten worden we regelmatig aangesproken om op de foto te gaan, zelfs door een politieagent. Dit is een foto die wij ook wel graag willen hebben en dus gaan we akkoord. Hij doet zelfs zijn warme jas uit, zodat we zijn uniform mee op de foto kunnen zetten. Het grappige is dat hij zelf helemaal geen foto hoeft en Stefan bovendien volkomen negeert. Dit is wel even wennen voor Renee, want in Iran en Pakistan was dit vaak andersom.

Aangezien de blessingpap niet echt lekker was en bovendien maar erg weinig, hebben we inmiddels een beetje honger. Alles in de omgeving is i.v.m. de Sikhtraditie Vegetarisch en we laten ons verleiden om iets te bestellen bij de Subway. We kiezen uiteindelijk voor een Paneer Tikka broodje, wat een soort bruingebakken witte kaas is. Wel grappig om te zien hoeveel verschillende vegetarische boordjes ze kunnen bedenken en het smaakt eigenlijk ook gewoon prima!

Omdat er volop dingen te zien zijn, gaan we deze keer te voet naar het busstation. Het is wel even zoeken, omdat het inmiddels ook donker geworden is. Bij het busstation hebben we geluk dat we meteen op de bus kunnen stappen en dat we ook nog één van de laatste plekken hebben kunnen bemachtigen. De bus is even later namelijk propvol en bovendien de enige bus die gaat i.v.m. een soort protest in de stad waar veel materiaal voor is ingezet.

DansSam en zijn huiskamer-pooltafel.Bij het busstation in Jalandhar staat Avtar weer op ons te wachten en we gaan meteen door naar de verjaardag van Sam. Hij woont samen met zijn vriendin Janet in het gebouw direct naast Avtar en Chelsea. Ondanks dat we ons van te voren flink zorgen maakten over deze avond, je bent toch een beetje een buitenbeentje op een verjaardagsfeestje waar je niemand kent, is het een supergezellige avond geworden met een hoop gelach, lekker Indiaas eten gemaakt door de familie, potjes Pool, drank, muziek en dans.

De volgende dag twijfelen we een beetje wat handig is. Onze hosts hebben aangeboden om Kerst bij hun te vieren en daarna samen een paar dagen naar Rajasthan te gaan. Het plan wordt echter niet echt concreet en dus wachten wij het even af. Hier in de omgeving is niet veel te doen en bovendien rijden er in de buurt van het appartement geen bussen of tuktuks. Als we hier blijven zijn we dus geheel afhankelijk van Avtar en Chelsea en we willen ze niet teveel belasten met onze aanwezigheid. Dus relaxen we vandaag een beetje in huis, lezen over wat we verder nog meer willen doen in India en hopen dat onze verkoudheid snel over gaat. Ergens vandaag gaan we een knoop doorhakken over dit dilemma.

Hangdag in andermans huis‘s Avonds besluiten wij uiteindelijk om niet langer te blijven en een busticket te boeken naar Delhi voor de volgende ochtend. Chelsea en Avtar geven aan ons daar over een paar dagen dan weer te zien, omdat ze daar zullen zijn voor een bruiloft, en wij zijn daar dan ook welkom. Het blijkt heel normaal te zijn om eigen gasten mee te brengen naar een bruiloft in India en het lijkt ons wel leuk om dit mee te maken. Dus boeken we in overleg met hun (ivm vervoer naar het busstation) de laatste twee stoelen in de 06.00 uur bus. Dit bleek wel iets moeilijker dan gedeacht, want we moesten een Indiaas telefoonnummer opgeven om de tickets naar toe te smsen. Chelsea is de deur uit en Avtar is naar kantoor, wat nu? Uiteindelijk geven we zonder te overleggen het nummer van Avtar op, dat zal vast wel goed komen.

Chelsea en Avtar gaan laat in de avond met Sam en Janet naar een Indiase film en wij besluiten om vanavond thuis te blijven om onze tassen te (her)pakken en nog een paar uurtjes slaap te hebben voordat we vertrekken.

Om 05.00 uur gaat de wekker en Chelsea maakt een eenvoudig ontbijt voor ons klaar en pakt wat dingen in voor onderweg. We vertrekken net wat te laat en haasten ons dus naar het busstation. De bus staat al klaar als Avtar met zijn telefoon en de sms-bevestiging wel erg lang bezig is in het kantoortje op een geprint ticket te krijgen voor ons om mee te nemen. Uiteindelijk is het hem gelukt, gooien we onze tassen onderin de bus, zeggen we gedag tegen onze gastvrije hosts en gaan we op weg naar Delhi. In ons volgende stukje lezen jullie over onze host in Delhi, waar we kerst gevierd hebben.

Lahore, Pakistaans Punjab, pittig gebied

Deze zondag gaan we, voor het eerst in Pakistan, zelfstandig verder naar de volgende plaats. Maar eerst eten we ons ontbijtje, pakken we onze laatste spullen en zeggen we iedereen gedag. We hebben van tevoren geen Lonely Planet reisgids voor Pakistan kunnen bemachtigen, aangezien deze sinds 2007 al niet meer wordt gedrukt. Daarom hebben we gisteravond al even op het Lonely Planet forum gekeken wat de overnachtingstips zijn van mensen die recent in Lahore, onze volgende bestemming, zijn geweest. Altijd handig om te weten wat de leuke plekken zijn!

Gare taxiDe receptieman heeft een taxi voor ons geregeld en we proppen onze tassen en onszelf in het gammele gebakje om naar de bushalte te rijden. Tjonge, dit is best een verschil met de luxe Toyota van de afgelopen dagen! Maar zijn toeter werkt nog prima en dus komen we na een half uur veilig aan bij het Deawoo-busstation om ons ticket te kopen. Voor een paar Rupie kunnen we direct mee met een bus die op het punt staat om te vertrekken. We zitten wel helemaal achterin, maar het extra gehobbel overleven we wel voor die paar uur.

BusreisDe busreis van Islamabad naar Lahore bevalt prima, er blijkt zelfs wifi aan boord van de bus! Na het uitstappen kijken we om ons heen hoe we het beste naar het Lahore Backpackers hostel kunnen gaan. Het is al bijna donker aan het worden en dus kiezen we lekker makkelijk voor een prepaid-taxi van de busmaatschappij. Iets duurder, maar wel zo gemakkelijk en comfortabel.

Net als de taxichauffeurs in de rest van de wereld, haalt hij zijn trucendoos tevoorschijn en beweert dat we er op een gegeven moment zijn. De man van dit hostel is inmiddels naar buiten komen lopen, zegt dat we hier goed zijn en dat hij hele mooie kamers heeft. Hij legt het er allemaal wat dik bovenop en wil bovendien onze tas al meepakken, dat truukje kennen we! Renee ziet toch echt een andere naam op het gebouw staan, dus no way dat we hier uitstappen. We willen naar Lahore Backpackershostel meneertje! Oh ok sorry Mr, mistake, zegt hij tegen Stefan. Tuurlijk 🙂 Nog geen minuut later staan we in de volgende zijstraat alsnog voor het juiste hostel. Maar hij kan nu fluiten naar z’n fooi.

Lahore landingWe klimmen de trappen omhoog en worden direct vriendelijk en netjes welkom geheten door Sajjad en hij zegt ons dat we mogen gaan zitten. We kijken wel even verbaasd op als er daarna direct een foto en filmcamera op ons wordt gericht door een stel Aziaten. Blijkbaar zijn we interessant? We laten het maar gebeuren en begrijpen na een tijdje dat dit groepje Singapoorezen in Pakistan is om hun afstudeeropdracht te maken; een interactieve documentaire die de andere kant van Pakistan belicht. Toerisme is natuurlijk zo’n andere kant en als we zijn ingecheckt vragen ze eigenlijk pas of we akkoord willen gaan met het filmen en of we bereid zijn om een waiver te tekenen. Normaal zijn we hier niet zo van, maar we maken deze keer een uitzondering. We zijn benieuwd of we uiteindelijk ook echt te zien zullen zijn in hun film. Over een paar maanden zien we het vanzelf.

Pizzahut‘s Avonds lopen we naar de hoek van de straat, want vooral Stefan heeft erg veel zin in westers eten, in de vorm van pizza van de Pizzahut bijvoorbeeld. Renee vindt dit overigens ook niet erg hoor. 😉 Na dit prima diner lopen we nog even de “supermarkt” binnen voor wat versnaperingen en drankjes voor in het hostel, want Sajjad serveert alleen thee. Daarna kletsen we een tijdje met de drie andere toeristen in het hostel, voordat we een tukje gaan doen. Morgen is er weer een dag.

ProtestenDeze nieuwe dag ziet er wel heel anders uit dan de anderen. Vandaag vinden er in de hele stad protesten plaats georganiseerd door de PTI (Pakistan Tehreek-e-Insaf) en toeristen worden geadviseerd om binnen te blijven. De PTI is opgericht door de beroemde oud cricket captain Imran Khan en ons wordt verteld dat ze vragen om vervroegde verkiezingen, omdat de verkiezingen vorig jaar ‘rigged’ zouden zijn. Imran Khan belooft de corrupties in het land aan willen pakken. Vanaf het dakterras van ons hostel kunnen we één van de hoofdpleinen goed zien. Ze hebben alle wegen afgesloten met hekken, zijn banden en afval aan het verbranden en spelen urenlang hetzelfde lied, op maximaal volume.

Journalisten en camerawagens overalOpzich zien de protesten er geweldloos uit, maar we hebben daar niets te zoeken als toerist en ook niet de behoefte om onderdeel te zij van zo’n grote menigte. Je hoeft maar één persoon te treffen die zin heeft om moeilijk te doen en je kunt in grote problemen komen. Rondhangend in het hostel kletsen we gezellig met de andere toeristen en leren we van alles over de PTI. Zo is de leider onderweg van Islamabad naar Lahore om een speech te geven, maar wordt de ontangsttijd steeds opgeschoven doordat hij wordt opgehouden. Op het nieuws worden de hele dag allerlei beelden getoond, gemaakt door journalisten op straat of rondvliegende drones. Ook het kruispunt dat we zelf op de foto kunnen zetten komt regelmatig voorbij.

Omdat ook bijna alle winkels dicht zijn, vragen we ons af hoe we vandaag iets fatsoenlijks te eten gaan krijgen. Voor de lunch glipt Renee even naar buiten naar een kraampje twee meter van het hostel, dat duidelijk alleen open is voor de protestgangers. Ze koopt hier een paar koekjes en wat te drinken. Voor het avondeten biedt Sajjad aan om met Stefan op zijn brommertje via een omweg langs de barricades te rijden, zodat ze bij een grote winkel waarvan hij weet dat het wel open is ingrediënten kunnen kopen voor een Pakistaanse variant van spaghetti met saus.

We hebben wel besloten om dit niet te vaak meer te doen, want voor dit geld kunnen we ook drie keer uit eten in een plaatselijk tentje. Raar eigenlijk dat je veel meer betaalt voor supermarkt voedsel én dat je het dan ook nog eens zelf moet maken. Dit laatste vinden we nu niet zo erg, aangezien we tijd zat hebben en het al een hele tijd geleden is dat Stefan zelf in de keuken heeft gestaan.

AvondgroepjeDe dag ging verrassend snel voorbij, ook door de gezelligheid met de andere toeristen, waaronder Mirza uit Zwitserserland. Hij heeft echte hippieouders en heeft als kind flink wat jaren in een klein dorpje in Pakistan gewoond. Sindsdien is hij al een paar keer terug geweest, waaronder één keer samen met zijn ex toen ze nog voor 11 september 2001 samen een overland trip hebben gemaakt van Europa naar India. Toen was het allemaal een stuk eenvoudiger. Ook besteden we tijd aan het updaten van ons weblog en het maken van een Coachsurfing profiel. We hebben hier goede ervaringen over gehoord van andere reizigers en willen dit in India wel eens uit gaan proberen.

Richting oude centrumRommelNadat we de volgende ochtend rustig zijn opgestart, lopen we via allerlei smalle straatjes naar het oude centrum. Tsjonge, wat een drukte en een hoop indrukken! We worstelen ons letterlijk door de toeterende brommertjes en tuktuks heen en kijken naar alles wat er om ons heen gebeurt. Bij een bakkertje in de oude stad kopen we twee Pakistaanse broden met sesam en deze worden terwijl we wachten vers bereidt.

Mijn rode brommerRommelOpvallend is dat er ook een klein meisje in de rij staat die duidelijk nog niet zo lang loopt en echt nog geen twee kan zijn. Ze betaalt voor een paar broden, pakt het zakje aan en loopt daarna alleen weg, een zijstraatje in. Hier leren ze dus al op erg jonge leeftijd zelfstandig dit soort dingen te doen, maar Renee kan zich niet goed voorstellen dat haar oudste neefje, die ongeveer net zo oud moet zijn als dit Pakistaanse meisje, dit ook zou doen.

Kleding kleurenParkjeNa een tijdje vinden we in een parkje bij de bekende Food street en het fort een plek waar we kunnen zitten om ons brood op te eten. Er komen twee jonge mannen naar ons toe die ons aanspreken, maar we krijgen niet uitgevogeld wat ze bedoelen. Dat Urdu en dat Engels is soms best ingewikkeld voor beide partijen! Wij geven het na een tijdje op en hopen dat we dan even rustig onze lunch op kunnen eten, maar daar denken zij anders over. Toekijken terwijl een paar toeristen hun brood aan het eten zijn, is blijkbaar een leuke bezigheid en in tegenstelling tot ons, voelen ze zich hier helemaal niet ongemakkelijk bij. Nou ja, veel plezier dan maar! Stefan houdt onze dagtas maar extra goed vast, terwijl met zijn andere hand probeerd om zijn brood te eten.

Renee leest boekTwee toegangsbewijzenAls we ons brood op hebben zijn we het zat, het zit echt niet lekker relaxed als er twee mannen zo naast je staan en continu naar je staren. We zeggen gedag en lopen om de muren van het fort heen, op zoek naar de ingang. Halfrond zien wel een poort met gat in de deur, maar niet iets wat op een ingang of ticketoffice lijkt. We kruipen naar binnen en blijken toch op de goede plek te zijn. Zoals we al hebben gelezen op internet, betalen toeristen voor dit fort tig malen meer dan de locals en even later staan we dus met zo’n 50 locale toegangstickets in onze hand (ze hebben wel een aparte prijs, maar geen apart toerstenticket), in het fort.

Nadat we eerst een bewaker hebben afgepoeierd die ons voor flink wat Rupies in een “speciaal” deel binnen wilde laten, laten we ons toch verleiden door een échte gids voor een rondleiding. Het hielp wel dat Renee vol bleef houden geen interesse te hebben (en verder liep) en Stefan dit als excuus gebruikte om de beste man flink te laten zakken met zijn prijs. Uiteindelijk een goede keuze om hem wel wát te betalen, want dit maakte het fort een stuk interessanter!

ReneeIn het fortIn het fort zijn we de enige Westerse toeristen en worden we natuurlijk weer erg vaak aangesproken om op de foto te gaan. We gaan hier een paar keer netjes in mee, maar gebruiken ook een aantal keer onze gids die in Urdi aangeeft dat we daar nu geen tijd voor hebben. Na de rondleiding lopen we nog even een stuk terug het fort in om naar de mooie zonsondergang te kunnen kijken, met uitzicht op de moskee hiernaast.

The man with the gunMoskeeAls het bijna donker is, besluiten we ook nog de moskee zelf in te lopen. Apart is wel dat iedereen uitgebreid gefouilleerd wordt, maar dat ze ons overslaan. Waarschijnlijk vinden ze het onwaarschijnlijk dat we hier zijn om hun op te blazen? 🙂 Er lopen ook een hoop bewakers met grote geweren rond, maar onveilig voelen we ons niet. Stefan mag zelf met één van hun op de foto en de beste man vindt het duidelijk een eer dat we dat we hem hiervoor hebben uitgekozen.

MoskeeOp de binnenplaats van de moskee komen we opnieuw een kerel tegen die in het fort ook al met ons op de foto was gegaan. Hij heeft intussen zelfs twee foto’s uit laten printen (wow, dat heeft hij snel geregeld!) en laat ze aan ons zien. Een beetje apart is dit wel, zeker omdat het twee foto’s zijn van hem met Renee alleen, met een vriendschappelijk handschutgebaar. De foto’s waar Stefan ook op staat waren het printen niet waard blijkbaar. We zijn benieuwd wat hij hier mee gaat doen en vinden het wel een beetje creepy. Voor de zekerheid maken we hem opnieuw duidelijk dat we een getrouwd stel zijn en dat het een “love marriage” is, niet een “arranged”. Hij wil erg graag weten of we niet iemand kennen (zussen/vriendinnen) aan wie we hem voor kunnen stellen.

Stefan met PakistaniWe vinden het gesprek wel lollig en laten ons overhalen om buiten bij de moskee samen een kopje thee te gaan drinken. Als hij na 10 minuten even op staat om te vragen waar de thee blijft, vragen twee vriendelijke jongemannen die aan een tafeltje naast ons zitten, of ze erbij mogen komen zitten. Ze hebben de man o.a. zijn excuses horen maken voor de vele arme mensen in Pakistan en willen graag iets recht zetten. We zijn wel benieuwd naar wat ze willen en dus stemmen we in.

Wat volgt is een interessante discussie tussen de drie mannen, over dat niet alles zo zwart/wit is, dat de man ons geen onzin moet verkopen, etc. Een goed voorbeeld is dat het voor Westerse toeristen kan lijken alsof de mensen hier arm en ongelukkig zijn, maar dat dit vaak helemaal niet zo is. Dat mensen bewust kiezen om te leven zoals ze leven, dat het hun cultuur is om bijvoorbeeld op de grond te zitten ipv op een dure stoel en dat niet iedereen in het land arm en zielig is. Wij geven aan dat we al een hoop hebben gezien, onze eigen conclusies trekken en deze niet baseren op één verhaal.

Woeste manInmiddels is het al donker en de thee is op: we willen wel weer verder. Bovendien is Renee de man van de foto’s een beetje zat (voelt toch niet helemaal ok) en dus lopen we naar buiten op zoek naar een tuktuk. We rijden de drukke avondspits in en het duurt dus nog wel even voordat we terug zijn in het hostel. Stefan maakt een paar foto’s vanuit de tuktuk, waaronder één van een man met zijn vrouw en kinderen achterin een andere tuktuk. Dat had hij beter niet kunnen doen, want de man flipt helemaal als hij de fotocamera ziet. Hij zet zijn kind aan de kant, stapt uit en komt met gebalde vuisten naar ons toe lopen, doet de deur van de tuktuk open en pakt Stefan beet. Ondertussen heeft Stefan de camera gelukkig weggemoffeld en beide handen vrij om zich zo nodig te verdedigen. Ook veel andere mensen opgemerkt dat er iets aan de hand is.

Binnen no-time staat er een hele groep mannen om ons heen, in verhitte discussie met Stefan. Sommige aggressief, anderen juist om ons te verdedigen tegen de boze familie. Stefan vertelt dat hij nog geen foto had gemaakt, wat aannemelijk te maken is omdat hij geen flits gebruikte. Hij is ook echt niet van plan om de camera af te geven (die krijgen we dan vast niet meer terug), bovendien zit de camera inmiddels diep in Renee d’r broekzak en ze hebben gelukkig genoeg respect om van de vrouw af te blijven. Renee zit ondertussen met kloppend hart en grote ogen naar de hele happening te kijken en is blij dat niet zij maar Stefan deze keer zoiets stoms deed. Je moet altijd vragen aan de man of je een vrouw op de foto mag zetten of zorgen dat je niet wordt gezien.

Één van de andere passagiers uit de gedeelde tuktuk van de familie weet alles te bedaren, komt zelfs nog sorry zeggen bij ons (uhm, nou voelen we ons helemaal schuldig!) en zorgt er daarna voor dat iedereen weer instapt en verder gaat. We krijgen nog wel een paar keer boze blikken van de man, aangezien het door de drukte nog steeds niet echt doorrijdt, maar hij blijft wel op z’n gat zitten. Renee kan pas opgelucht ademhalen als wij na een tijdje een andere kant opgaan op een kruispunt. Aangekomen bij het hostel besluiten we om onze chauffeur een paar Rupee extra te geven voor het oponthoud en al het gedoe. Hij is er erg blij mee en we lopen snel ons hostel binnen om de gemaakte foto te bekijken. Nog best aardig gelukt, maar we hebben ons lesje wel geleerd 🙂

In het hostel hangt een aparte sfeer en is iedereen tv aan het kijken. We vragen wat er aan de hand is en het blijkt dat er vandaag een aanslag is gepleegd op een school in Peshawar (zo’n 500 km bij ons vandaan) en dat er ruim 100 doden zijn gevallen, voornamelijk kinderen. Normaal zijn dit “ver van je bed show verhalen”, maar nu ben je opeens in het land waar zoiets gebeurt. De dagen die volgen wordt er nog veel over gepraat en dit verandert ook onze kijk op dingen. De Pakistaanse bevolking is er kapot van en schaamt zich duidelijk voor deze groep terroristen.

Eerder zagen we hen misschien als één groep mensen die het niet met elkaar eens waren, maar nu zien we in dat het overgrote deel van de Pakistaanse bevolking nette, eerlijke, aardige en “normale” moslims zijn, die helemaal niet te vergelijken zijn met deze terroristen. Ze verafschuwen geweld en kunnen maar niet begrijpen dat deze groep mensen dit uit naam van Allah doen. Een gegeven wat lastig uit te leggen is aan de rest van de wereld, want het land heeft nou eenmaal een hele slechte reputatie en ze hebben niet altijd de goede keuzes gemaakt.

Eten met SajjadNog een beetje aangeslagen vragen we aan Sajjad welk lokale restaurant hij ons aan kan raden en hij biedt aan om ons en zijn oom mee te nemen naar zijn favoriete plek. Zijn collega let ondertussen wel op het hostel. Na 10 minuten lopen, komen we aan bij het restaurant en we laten Sajjad de bestelling doen. Hij weet wat hier goed is, dus kom maar op! De kip en lamskebab met brood en salade is inderdaad erg lekker! Wel rete spicy, dus we zijn blij dat we ook snel ons drinken krijgen.

Het Pakistaanse en Indiase Punjab staat bekend om zijn pittige eten en dat kunnen we merken! Veel toeristen worden hier ook ziek, waarschijnlijk omdat hun maag de grote verandering niet aan kan. We hopen dat we inmiddels genoeg weerstand en “ervaring” hebben opgebouwd om hier tegen te kunnen, maar dat gaan we vanzelf merken. We hebben in ieder geval een heerlijke maaltijd op.

Die avond gaan we pas laat naar bed doordat we lang op het dakterras zijn blijven praten met de andere gasten. Zo vertellen een Zweed en Sri-Lankaan die al jaren in Zwitserland woont dat ze hier zijn om ruwe stenen te kopen. Deze kopen ze om ze vervolgens thuis te laten slijpen en te verkopen aan juweliers e.d. Een apart wereldje waarvan we ons afvragen hoeveel hiervan legaal is.

Het is al best laat als we de volgende ochtend opstaan. Sajjad heeft gisteravond beloofd om gratis Pakistaans ontbijt voor ons te regelen omdat hij het zo leuk vond met ons. Nou vooruit dan maar 🙂 Hij stuurt een mannetje naar beneden en even later komt hij met een in kranten ingepakt pakketje aanlopen. Het blijkt een mierzoete maar erg lekkere dubbelgevouwen paratha te zijn, wat een beetje lijkt op een gekaramaliseerde pannenkoek. We bedanken hem voor het lekkere ontbijt en lopen daarna met Zwitser Mirza naar een ATM. We hebben net te weinig Rupees gepint voor onze laatste dagen in Pakistan, maar hebben tot nu toe in Lahore nog geen werkende pinatomaat kunnen vinden. Ook degene die bij Mirza netjes Rupees uitspuugd, werkt voor ons met geen enkele pinpas. Wat irritant!

Attractie in de dierentuinAttractie in de dierentuinWe besluiten om nog een tijdje verder te zoeken en te proberen, maar zonder succes. Eerst maar eens naar de dierentuin en dan proberen we het vanmiddag wel aan de andere kant van het hostel. De dierentuin kunnen we nog makkelijk betalen, want zelfs voor toeristen kost dit maar € 0,10 per persoon. De andere mensen hadden weinig aandacht voor de dieren, maar des te meer voor ons. We kregen zelfs regelmatig kinderen in onze handen gedrukt en staan op vele foto’s die die dag zijn gemaakt. We hebben nu een idee hoe de dieren zich hier moeten voelen 🙂

Op de terugweg proberen we nog een aantal ATM’s (grrr), maar vinden daarna gelukkig een soort Western Union kantoortje die een paar van onze Dollars om wil wisselen voor Rupees. Het is vandaag fris en dus hangen we vanaf het eind van de middag een beetje in het hostel, naast een gaskachel en chatten we met een Coachsurfing host uit India voor een mogelijk logeeradres.

Restaurant‘s Avonds lopen we deze keer met z’n tweeën naar hetzelfde restaurant als gisteren. Daar bestelt Renee een beefschotel en Stefan een hamburger en soort shoarmarol, welke ook weer erg lekker zijn. De eigenaars en obers vinden het erg leuk dat we hier weer terug zijn, vooral ook omdat er verder alleen maar locals zitten. Het is wel grappig dat ze Stefan om bevestiging vragen als Renee cola bestelt. Ze zijn hier niet zo gewend dat een vrouw dit doet en dat wisten we eigenlijk ook wel. Als we terug komen in het hostel, kijken we nog lekker een serie onder onze warme deken en daarna gaan we slapen.

De volgende dag worden we wéér laat wakker, we snappen er geen klap van! Na een lekkere douche, worden we wederom verrast door Sajjad met een Pakistaans ontbijt. Deze is het voor ons al bekende brood met kikkererwtenprutje. Daarna overleggen we een tijdje en regelt Sajjad voor ons een tuktuk die ons vanmiddag naar de Pakistaanse-Indiase grens kan brengen. Terwijl we hier op wachten, schrijven we een stukje voor ons weblog.

Als de tuktuk er op de afgesproken tijd nog niet is, worden we wel een beetje zenuwachtig. Wij waren liever iets eerder gegaan, maar Sajjad had ons verzekerd dat we het makkelijk zouden redden. Het verkeer zit echter een beetje tegen en dus stappen we ruim 15 minuten later dan gepland pas in de tuktuk. De chauffeur wil de verloren tijd duidelijk goedmaken en zoekt alle mogelijke gaatjes op om sneller op de plaats van bestemming te komen. Op de “snelweg” geeft hij ook flink gas bij en zijn we blij dat onze warme kleding ons een beetje beschermd tegen de snijdend koude wind.

Een paar weken geleden is er aan de Pakistaanse kant van deze grens, op het parkeerterrein, een bomaanslag geweest waarbij tientallen mensen zijn omgekomen. Dit heeft er voor gezorgd dat er niet alleen aan de grens, maar ook onderweg nu extra veel controles zijn. Zo moeten we bij de eerste controle onze paspoorten laten zien en wil Stefan deze braaf uit zijn jaszak pakken. Er zit echter stof tussen de rist en dus krijgt hij die niet open. Na 5 minuten proberen, lachende blikken van de bewakers, frusterende woorden van onze kant en een erg ongeduldige chauffeur (dadelijk zijn we alsnog te laat!), is de chauffeur het zat en komnt hij Stefan helpen.

Dit helpen bestaat echter uit het kapot trekken van de rits (godver!), maar daarna kunnen we wel verder. We besluiten om geen gedoe te maken van het slopen van deze dure jas, het is niet anders. De volgende controles komen we een stuk makkelijker door en na een tijdje staan we bij de betreffende parkeerplaats, waar de chauffeur zijn tuktuk moet parkeren. Hij maakt ons duidelijk dat we op moeten schieten en dus rennen we de laatste 800 meter richting de poort. Stefan is blij dat hij zijn hardloopschoenen aan heeft.

ceremonieWe zijn nog op tijd en hadden achteraf gezien helemaal niet hoeven rennen. We nemen plaats op de tribune om de grensceremonie te kunnen bekijken. Pakistan is opgericht op 14 augustus 1947 en India is een dag later zelfstandig geworden (los van de Britten). Er hebben al een hoop oorlogen plaats gevonden tussen het Islamitische Pakistan en het Hindoestaande India en nog steeds zijn het verre van vrienden. Zo wilden ze bij onze visumaanvraag voor India bijvoorbeeld weten of we voorouders hebben uit Pakistan (dan kom je het land namelijk niet in) en is het Kashmir conflict na bijna 70 jaar nog steeds actueel, waardoor de grenzen in deze regio bijvoorbeeld gestippelt op Google maps staan.

OphefGetoeterTijdens de ceremonie wordt nog maar eens duidelijk gemaakt dat er twee kanten zijn en wordt de grens met veel ophef, geschreeuw, gestamp, getoeter en het neerhalen van vlaggen gesloten. Het klinkt saaier dan dat het is, maar het is lastig te omschrijven wat dit spektakel precies inhoudt. Aan beide kanten van de grens lopen mannen in uniform (de ene in Pakistaanse outfit en de andere natuurlijk in Indiase) stampend naar elkaar toe, om vervolgens zo imponerend mogelijk te kijken en staan. Dit terwijl aan beide kanten tribunes zijn gevuld met mensen, juichend en met vlaggentjes zwaaiend voor hun land.

ReneeZoals op elke dag zit de tribune van India propvol met ruim 1500 mensen uit india en een hoop toeristen. En aan de kant van Pakistan slechts zo’n 100 man, inclusief toeristen (wij tellen er 5, ons inclusief). Wij hebben om die reden en omdat we het wel leuk vinden om voor de underdog te zijn, gekozen voor de Pakistaanse kant en zijn daar na vandaag extra blij mee. Wat een drukte aan de andere kant van het hek!

Na de ceremonie gaat Renee nog op de foto met de ceremoniemannen en één van de “publiek-opjutters”, voordat we naar de parkeerplaats lopen. Daar is helemaal niets meer te zien van de bomaanslag die hier kort geleden heeft plaatsgevonden en dat is eigenlijk maar goed ook. We stappen weer in dezelfde tuktuk om terug te gaan naar het hostel. Het is wel duidelijk dat de chauffeur nu geen haast heeft, want hij rijdt een stuk rustiger, gelukkig, want met de schermering, komt ook de kou! Vanavond gaan we wederom naar het inmiddels bekende restaurant, maar deze keer nemen we twee van de Singaporezen mee die we eerder hebben ontmoet i.v.m. hun documentaire. We bestellen samen de kip en kebab die zo lekker is en daarna wachten we in het hostel totdat we worden opgehaald voor ons avondprogramma.

Suffe nachtSamen met nog twee anderen toeristen gaan we namelijk naar de Sufi night, wat elke donderdagavond plaatsvindt in Lahore. We weten niet zo heel goed wat het precies is, behalve dat het iets met muziek, trommels en dansen is en dat je dit volgens veel mensen een keer gezien moet hebben. Dus worden we met z’n 8en in een busje gepropt en staan we even later tussen een grote menigte mannen te wachten totdat we naar binnen mogen.

VrouwenkooiWe moeten onze schoenen uitdoen en plaatsnemen op de grond. Renee en de andere vrouwen uit het groepje worden echter verzocht om ergens anders plaats te nemen, maar wij willen graag bij elkaar blijven. We vinden het wel zo leuk om deze ervaring samen te delen, maar hier lijkt de rest het niet mee eens te zijn. Stefan heeft hier schijt aan en loopt gewoon met de vrouwen mee, naar de speciale en “safer place”. Dit blijkt een soort hok te zijn met tralies, waar de vrouwen rustig kunnen zitten, maar wat meer weg heeft van een gevangeniscel. We komen er even later achter dat dit een soort offerplaats is met een grafsteen en dat er geen enkele Pakistaanse vrouw te bekennen is op Sufi night.

Deze Sufi night is een ding apart. De mensen raken door het tromgeroffel van verschillende Sufi bands en de drugs die ze openlijk gebruiken in een soort trance wat zich uit in een soort hoofddans en rondgehuppel. Wel leuk om even te zien, maar het is duidelijk niets voor ons. We zijn dan ook blij als we zo’n 1,5 uur later weer terug kunnen naar ons hostel en lekker ons bedje in duiken. We beginnen alvast met duimen dat we morgen zonder problemen de grens tussen Pakistan en India over mogen, want we weten nog goed dat we in Dubai flink discussie hebben moeten voeren om überhaupt naar Pakistan te mogen gaan. Zij waren er van overtuigd dat ze ons nooit de grens over laten zouden gaan bij Wagah. We gaan het zien!

Skardu-stad en de terugreis naar Islamabad

Bak drinkwaterWe worden wederom opgehaald door Fareed en Kamal, maar deze keer blijven we dichter bij huis (uh hotel). Vandaag staat de stad Skardu op de planning, waar we al 3 nachten slapen. Als eerste rijden we naar de plek waar de stroom voor Skardu wordt opgewekt: een stuwmeer aan de rand van de stad. We pakken onze handschoenen, muts en sjaal erbij en lopen, over privé terrein, naar het rand van het meer. Daar treffen we, op de voorgrond van een prachtig uitzicht, de overblijfselen van een hotel aan en ontmoeten we even later ook de eigenaar van deze verzopen ruïne.

Nothing wrong with my EnglishHij heeft ter compensatie voor het vorige hotel aan de waterkant en zijn privé eilandje in het midden van het originele meer flink wat geld gevangen van de regering toen ze de stuwdam bouwden. Met dit geld heeft hij een huis gekocht in Islamabad (om te verhuren) en een nieuw hotel met restaurant gebouwd wat verder van de waterkant. Hij nodigt ons daar uit om een kopje thee te komen drinken. Wij nemen de thee graag aan, want het is vandaag erg koud! Zijn restaurant heeft ook geen verwarming, maar met een plekje in de zon, achter glas, is het hier wel goed vertoeven.

In de zomer schijnt het hier flink druk te zijn, maar nu zijn we de enige gasten. De hotelbaas vertelt nog dat het hem de laatste tijd flink tegen zit. Vanaf dit jaar is het niet meer toegestaan om rioolwater in het meer te lozen of zijn vele boten / waterfietsen te verhuren, omdat het stuwmeer naast bron voor elektra ook gebruikt wordt als drinkwater en het meer teveel vervuild werd.

Klimmen als betalingBhuddaAls we na een kort autoritje weer stoppen, is het gelukkig iets warmer geworden. We lopen een stuk de berg op, tot bij Buddha Rock. En staan dan natuurlijk weer voor een gesloten deur. Maar ook hier laat Kamal zich niet tegenhouden en we klimmen door twee achtertuinen om even later aan de achterkant over de muur te kunnen klimmen. En dan staan we daar, tegenover de gigantische en eeuwenoude steen met allerlei buddha afbeeldingen, best indrukwekkend. We maken hier wat foto’s en klimmen/lopen dan terug naar de auto.

K2 museumDe laatste stop met Kamal is bij het K2 museum dat door Italianen is opgericht, omdat zij met het eerste team de top van de berg hebben bereikt. Als we wéér voor een dichte poort staan belt Kamal om te dubbelchecken of het museum wel open is, want het lijkt er verdacht veel op dat dit niet het geval is. Na een tijdje wachten, komt er inderdaad iemand aanlopen om ons naar binnen te laten en alle lampen aan te doen.

BasecampHet museum is gevestigd in een basekamp-tent en er hangen allerlei foto’s van de planten en dieren die in deze regio voorkomen. Op zich best interessant, maar wat vooral onze aandacht trekt zijn de foto’s van oude en recente expedities. Dit jaar gaan ze opnieuw een poging doen om in de winter de K2 te beklimmen, iets wat nog nooit eerder is gelukt door de hoeveelheid sneeuw, ijs en de kou.

Kharphocho FortNa het museum worden wij afgedropt aan de voet van de berg met bovenop het Kharphocho fort, welke we al een paar keer hebben gezien vanuit de auto op weg naar de andere valleien. Het staat 300 meter boven de stad op een rots. Kamal heeft een vriend van hem geregeld die met ons naar het fort klimt, zodat hij zelf nog wat dingen kan orginiseren in de stad en ons vanmiddag bij hem thuis uit kan nodigen voor een high tea.

AkbarOnze gids heet Akbar, in de zomer maakt hij lange trekkingstochten voor het bedrijf van Kamal, maar zo in de winter heeft hij niks te doen. Hij lijkt in eerste instantie wat nors, maar blijkt super aardig te zijn. We komen op plekken waar we zelf nooit naar toe geklommen zouden zijn doordat het wel erg hoog, gammel of smal leek. En hij doet erg zijn best om een paar mooie foto’s van ons te maken. Gammel muurtjeNog een beste uitdaging voor hem, want een aantal jaar geleden zijn bij een klimexpeditie bijna al zijn vingertopjes eraf gevroren. Vanaf het fort, dat op zichzelf al interessant is, heb je een mooi uitzicht over Skardu stad en de vallei erachter.

Als we weer naar beneden zijn geklommen, is Fareed nergens te bekennen, huh? Blijkbaar hadden ze bedacht dat we wel terug konden lopen naar het hotel, maar dat hadden ze ons niet verteld. Wij hebben vanaf hier geen flauw idee hoe je daar kan komen. Akbar kijkt ons met een lach aan en loopt mee. Nog geen 100 meter verder herkennen we opeens de hoofdweg en het zijstraatje naar ons hotel. A-hah, we wisten niet dat we zo dichtbij waren! We zijn hier wel een paar keer geweest, maar altijd via een omweg (een interessante plek / winkeltje) of in het donker. We geven Akbar nog een fooi en drinken daarna wat in ons hotel bij de kachel.

Kachel bij KamalNiet heel veel later komt Fareed ons ophalen om naar het huis van Kamal te gaan. Hij woont hier normaal alleen in de zomermaanden en is de rest van de tijd meestal in Islamabad. De huisbewaarder / tuinman / kok laat ons binnen en stuurt ons naar de gastenkamer waar hij al een gaskachel heeft aangestoken. We gaan daar lekker naast zitten, want ook hier in huis is het erg fris. Even later komt ook Kamal en wordt de high-tea (frietjes, kip, een soort aardappelkroketjes, koekjes en thee) geserveerd. Precies op dat moment valt de stroom weer uit. De kok komt snel een gaslamp brengen en we kunnen aan tafel!

We kletsen een tijdje over Pakistan, Kamal’s business en onze ervaringen. Heel veel hoogopgeleide jongeren verlaten Pakistan om te gaan werken in het buitenland en dit is natuurlijk niet zo goed voor de economie van het land. We kunnen het echter wel begrijpen, want de kansen op een goed betaalde baan zijn hier laag en het westen lonkt. Om ervoor te zorgen dat het land zich blijft ontwikkelen, moeten ze hier toch wat aan gaan doen, maar hoe? Wij hebben natuurlijk ook geen oplossing voor handen, maar het is wel een interessant gesprek!

Het is inmiddels donker als we door Fareed weer worden terug gebracht naar het hotel. We bestellen in het restaurant een Beef Malai met brood, heerlijk! We googlelen daarna een recept om dit thuis ook een keer te maken, want het was echt heel lekker. We zijn wel benieuwd of we het kunnen reproduceren met ingrediënten uit Nederland. Daarna pakken we onze tassen in, want morgen begint ons terugreis over de KKH richting Islamabad.

Om 05.00 uur gaat de wekker, want we hebben een lange rit voor de boeg. We hebben wat moeite met opstaan, het bedje is zo lekker warm in vergelijking met de kamer. We pakken onze spullen en lopen naar beneden om te gaan ontbijten. Alles is echter nog pikkedonker, stil en afgesloten. En Fareed is ook nergens te bekennen. Dan maar terug naar de kamer en wachten bij de gaskachel. Een half uur later komen Fareed en Kamal aanrijden en Kamal pakt gelijk zijn telefoon om de manager wakker te bellen, want er zou een ontbijtje klaar staan voor ons. Op zich best bijzonder rond deze tijd want op een hoop andere plekken in de wereld zouden ze gewoon een ontbijtbox hebben gemaakt voor onderweg.

Even later komt de manager met een slaperig hoofd het restaurant open doen, hij had zich verslapen. Uiteindelijk zitten we om 05.45 aan een gebakken ei, brood en thee. De stroom ligt er nog uit, dus we pakken de zaklamp erbij om te kunnen zien wat we eten. Het gaat er verrassend goed in zo vroeg in de ochtend. Daarna vertrekken we, ruim 45 minuten later dan gepland. Zoals eigenlijk elke dag van deze tour.

OntbijtjeCricketOmdat het toch nog donker is, slapen we een tijdje in de auto. Wanneer de zon opkomt, is er weer van alles te zien, gek genoeg verveelt dit uitzicht totaal niet en bovendien gebeurt er van alles op de weg. Mooi versierde volgeladen vrachtwagens die langs komen rijden, kinderen die met hun schooltas naar school lopen, brommertjes die hobbelend over de weg racen, etc. Na een paar uur stoppen we bij kraampje langs de kant van de weg, zodat Kamal en Fareed kunnen ontbijten. Terwijl iedereen hier geprakte kikkererwten met paratha (brood) eet, wordt er op de weg cricket gespeeld. Natuurlijk moet er regelmatig gepauzeerd worden als er een auto langskomt.

Toen we hier (het stuk van Skardu tot de KKH) op de heenweg naar Skardu reden een paar dagen geleden was het donker. Maar nu valt het Stefan ineens op dat er allemaal grotten, soms met bebouwing en iets wat lijkt op bewoning aan de andere kant van de rivier in de rotswand zitten, vaak gevaarlijk hoog boven de rivier. Kamal vertelt dat dit geen huizen zijn, maar dat soms inderdaad wekenlang mensen leven, om de grotten, die eigenlijk mijnen zijn, te ontginnen. De witte banden in de bergen zitten vol met mineralen zoals Robijn, Quartz, Topaas, Alabaster en nog een paar andere met moeilijke namen. Dit is de grootste bron van inkomsten voor de regio, maar de slechte omstandigheden in de mijnen kosten ook veel levens.

Politie!RondlopenDe terugweg over de KKH gaat gevoelsmatig een stuk sneller dan de heenweg en even later zijn we weer bij de controlepost voor het maken van onze foto. Deze keer besluit Stefan om er de hele tijd bij te blijven en we staan ook in no time weer buiten. De lunchstop is bij een crappy restaurant/hotel, waar wij alleen een beetje rondlopen. We worden op een gegeven moment weggestuurd door een paar bewapende mannen en we snappen pas later dat dit was omdat we, met schoenen, bijna een gebedsruimte waren binnengelopen. Zo zag het er zeker niet uit!

Als het na een lange dag in de auto ruim donker is, komen we weer aan in Besham, bij hetzelfde hotel als op de heenweg. Besham continental hotelWe hopen dat we even kunnen douchen om op te warmen, maar er is ook nu weer alleen koud water. Als Stefan hierover gaat klagen krijgt hij een sleutel mee van een andere kamer om morgenochtend daar warm te kunnen douchen. Beetje jammer, want vooral Renee heeft ijspegelvoeten en weet uit ervaring dat alleen een warme douche hier tegen helpt. Het is niet anders. In vergelijking met een hoop Pakistani, hebben wij het nog luxe hier.

SpaghettiWe bestellen in het restaurant na wat onduidelijkheid op advies van de ober een halve portie (voor twee personen?) Chicken chowmen, wat een soort noodle spaghetti met kip en groenten blijkt te zijn. Echt wel lekker! Net buiten het restaurant is er een klein souvenirwinkeltje en als de verkoper ons (tijdens het eten) vraagt of we willen komen kijken, zeggen we beleefd geen interesse te hebben. We gaan echt geen twee maanden met extra kilo’s rondslepen. Hij lijkt ons niet te begrijpen, of doet alsof, en opent de deur, doet het licht aan en stalt al zijn waren uit op de balie.

Brrrrr hotelAls we in het restaurant om de rekening vragen worden we vol onbegrip aangekeken, we zijn toch gasten van het hotel? We krijgen de “ober” niet aan z’n verstand dat we midden in de nacht weer gaan vertrekken en dat het handiger is om nu de rekening te betalen. En ondanks dat we de souvenirverkoper echt wel wat omzet gunnen (hij zal hier niet veel klanten hebben, zeker niet in de winter), lopen we met een licht schuldgevoel toch zijn winkeltje voorbij naar onze kamer om op bed te gaan liggen. Stefan slaapt vrijwel direct, maar Renee kan echt niet slapen, zelfs niet na een do-it-yourself voetmassage. Na een paar spelletjes op de telefoon en een hoop schaapjes tellen, valt ze uiteindelijk toch in slaap.

De volgende ochtend is er (wat een verrassing) helaas nog steeds geen elektra en dus geen warm water en we hebben geen zin om de mensen zo vroeg al aan het werk te zetten om water voor ons te koken. We kunnen best een paar dagen zonder een echte douche en bovendien hebben we nog altijd de Belgische variant aka deodorant. Na een prima ontbijtje, weer bij ‘zaklamplicht’ stappen we weer erg vroeg in de auto. Kamal is een keer op tijd! We zijn stomverbaasd!

Na een kwartier trapt Fareed opeens flink op de rem en daarna voelen we dat we ergens overheen rijden. Terwijl we toekijken hoe Kamal, voorin, zijn voortanden stoot aan het dashboard, genieten wij van het feit dat we hier eigenwijs gewoon onze gordels dragen. Fareed stapt uit en ziet dat we een overstekende zwerfhond dood hebben gereden 🙁 Het is nog donker buiten en blijkbaar is de hond ergens van geschrokken. “Dead puppy”, zegt Fareed. En we rijden gewoon weer verder. Wij zijn er wel even stil van, maar weten eigenlijk niet wat we hadden kunnen doen.

Na een tijdje valt Renee in slaap en wordt slechts een paar keer wakker voordat we weer het drukke Islamabad inrijden. Wel zonde van de mooie uitzichten, maar na maar twee uur slaap vannacht, is het even niet anders. We overleggen even met Kamal of hij een goed ziekenhuis weet in Islamabad waar we vanmiddag naar toe kunnen om Stefan’s bloed te laten prikken. Hij geeft aan zelf de Pakistaanse gezondheidszorg te verkiezen boven die in Engeland waar hij volgend jaar wil gaan wonen en adviseert ons een commercieel lab in de buurt van ons guesthouse. We zijn twee uur vroeger dan gepland in Islamabad en het ligt op de route, dus we hoeven niet met een taxi heen en weer, Fareed chauffeurt ons gewoon nog even.

Het UMC in Utrecht kan nog wat leren van de commerciële aanpak en efficiency! Na een paar minuten staat Stefan met zijn gegevens en onderzoek in de computer en heeft hij de 30 euro al betaald. Vijf minuten daarna staan we zelfs alweer buiten en hebben ze aangegeven de onderzoeksresultaten vanmiddag nog naar Stefan te e-mailen. Fijn! Helemaal fijn is dat we na een paar uur de bevestiging krijgen dat de tumorwaarden in orde zijn. Na het gedoe in Dubai hadden we niet verwacht dat het zo makkelijk kon zijn!

Cricket in de stadsparkenTerug in het guesthouse in Islamabad krijgen we weer een kopje thee en nemen we een heerlijke warme lange douche. Daarna lopen we de stad in, op zoek naar een pinautomaat. Het is echter weekend en de meeste banken zijn gesloten. Ook de ATM’s blijken geen van allen onze passen te accepteren. Nou ja, dan maar op zoek naar een wisselkantoortje.

Lunch/vroeg DinerTerwijl we zoekend rondlopen door de stad, pauzeren we een tijdje in het park, waar een stel jongens vol enhousiasme cricket aan het spelen zijn. Bij een plein vol kraampjes krijgen we honger van alle geuren en bestelt Stefan een beef tikka. Wow, deze is goed pittig, maar vers gemaakt en erg lekker samen met het brood en een koude cola. Na deze lunch, shoppen we nog wat snacks bij een winkeltje, maar een wisselkantoor hebben we nog steeds niet kunnen vinden.

Alles lijkt dicht te zijn en ook pas weer maandag open te gaan. Hmm, dit wordt nog lastig! Op de terugweg vinden we toch nog een ATM op de hoek bij ons guesthouse die we eerder niet hebben gezien en verrassend genoeg werkt deze wel. Het voelt erg fijn om een voorraadje Pakistaanse Rupie te hebben, want het bezoekje aan het bloedlab had niet veel duurder mogen zijn, we zitten erg krap bij kas. Nu kunnen we morgen in ieder geval naar onze volgende bestemming.

Terug in het guesthouse kijken we nog een aflevering van An idiot abroad, schrijven we over onze ervaringen en eten een zakje chips als avondeten, ter aanvulling van onze uitgebreidde lunch. Daarna gaan we vroeg naar bed, de wekker was vanmorgen weer vroeg genoeg.

Dubai, verjaren tijdens een luxe stopover

We staan redelijk vroeg op om onze laatste spullen te pakken, te ontbijten en nog even bij de eigenaar te dubbelchecken hoe we het beste naar het vliegveld kunnen gaan. We hebben bij aankomst in Iran een taxi genomen om van het vliegveld naar de stad te komen, maar vinden het midden op de dag geen probleem om een beetje te moeten zoeken, over te stappen en te onderhandelen.

Na het uitchecken lopen we met onze rugzakken naar de dichtsbijzijnde metrohalte, zo’n 1,5 km van het hotel en na een kwartiertje in de metro stappen we bij Shadad uit om daar op zoek te gaan naar een gedeelde taxi. Iedereen wil ons wel meenemen, maar we krijgen niemand zo ver om het ook als een gedeelde taxi aan te bieden. Het duurt een tijdje voordat we iemand hebben gevonden die ons niet de hoofdprijs vraagt en bovendien ook echt een gedeelde taxi is. We betalen (terecht) een extra plek voor onze tassen, wat hier heel normaal wordt gevonden en rijden daarna met zo’n 7 andere passagiers in een volgepropt busje richting vliegveld.

Als we langs de terminal rijden lijkt het erop dat de rest van de passagiers een andere bestemming hebben. Wij stappen als enige uit, midden voor de ingang van een parkeergarage. Als we ons wantrouwen uiten bij de chauffeur krijgen we instructies van een medepassagier, het zal wel goed zijn. We lopen via de parkeergarage de luchthaven binnen. Daar aangekomen merken we dat we op Schiphol helemaal niet hoeven te klagen, want bij het inchecken staan we vervolgens ruim een uur in de rij. Er waren slechts 5 wachtenden voor ons!

Op het vliegveld proberen we ook onze laatste Riaal biljetten om te ruilen voor de VAE Dirham of Pakistaanse Rupee, maar helaas hebben wij te weinig om nog te kunnen wisselen. Dan maar meenemen en kijken of we nog iets te eten kunnen kopen na de douane. Hier komen we gelukkig weer zonder problemen doorheen en terwijl we wachten, kopen we nog een ijsje en cola voor onderweg.

Net voordat we mogen boarden komen we een Nederlander tegen die een paar dagen in Tehran is geweest, maar in Dubai werkt en woont. We blijken naast hem in het vliegtuig te zitten en Stefan klets een tijdje met hem over zijn business.

Aangekomen op Sjarjah-airport, wat naast Dubai ligt, moeten we een tijdje wachten voordat we onze tassen op kunnen halen. Het voelt nog wat onwennig, maar Renee heeft haar hoofddoek inmiddels ook af mogen doen. Raar dat je na drie weken hoofddoekgehannes nu toch het idee hebt dat je iets mist of vergeten bent. Ze moeten wel opschieten met onze tassen, want we hebben maar een uur overstaptijd voordat we met de gratis bijgeboekte bus van Sjarjah-airport naar Dubai-airport vertrekken. Nederlander John geeft aan dat de taxi vanaf de Dubai vluchthaven veel duurder is als een taxi vanaf hier en biedt aan om ons een lift te geven met zijn auto, aangezien hij toch ook naar Dubai moet.

John’s vrouw, die oorspronkelijk uit Armenië komt, staat hem al op te wachten en we stappen even later met alle bagage in hun luxe Porsche Cayenne. Na een vlotte rit door het, in vergelijking met Iran, soepele verkeer, droppen ze ons bij één van de Dubai metrohaltes, waarmee we verder naar ons geboekte hotel kunnen gaan.

Wat een totaal andere wereld hier. Alles is nieuw en ziet er duur uit, de mensen lopen in dure merkkleding en zijn hier duidelijk een stuk vrijer in kledingkeuze. We weten nog niet zo goed of we hier aan kunnen wennen na drie weken back-2-basic Iran.

HotelletjeNa ruim een half uur zien we ons hotel vanuit de metro (die hier boven de straten rijdt, ipv eronder) en stappen we uit om nog een stuk terug te lopen. We krijgen een heerlijk luxe appartementskamer op de bovenste verdieping, met keukentje en wasmachine (handig!). We dumpen onze spullen, kleden ons even om en stappen even later weer in de metro. Deze keer is de stop de Dubai mall, een gigantisch complex met restaurants, bioscopen en winkels waar alle bekende merken zijn vertegenwoordigd.

FonteinWe lopen een tijdje rond en besluiten uiteindelijk bij restaurant Social house te gaan zitten. We kunnen vanaf het terras van dit restaurant de fonteinenshow zien en bovendien hebben ze heerlijk eten. Als we in het gigantische winkelcentrum op zoek zijn naar de uitgang (taxistandplaats, uitaard slecht aangegeven zodat je langs meer winkels komt als je van plan was), slaat de klok middennacht en dat betekent dat Stefan jarig is. Om het alvast een beetje te vieren, kopen we een groot italiaans ijsje en stappen we daarna alsnog in een taxi. De nachtrit met de taxi is een heel stuk sneller dan de heenweg met de metro en bij het hotel ploffen we direct in ons supersize bed met het heerlijk zachte matras. Wat een genot na alle harde bedden in de Iraanse hostels!

We hebben geen wekker gezet en worden pas om 10.00 uur wakker. Het ontbijtbuffet is inbegrepen en we genieten van de ruime keuze die we hebben aan eieren, brood, fruit, yoghurt en extra’s. Het Iraanse brood is erg lekker, maar na drie weken is wat variatie ook wel fijn. Een echt verjaardagsontbijt voor Stefan dus. Daarna lopen we naar de metro om weer naar de Dubai mall te gaan. Daar vind je namelijk ook de ingang voor het hoogste gebouw ter wereld, de Burj Khalifa.

We checken alvast in en ruilen ons internet-ticket om voor een echt kaartje. Daarna vragen we op aanraden van Steffi de weg naar “Garrett”, wat maar 100 meter lopen blijkt te zijn (gelukkig!). De informatiemedewerkers hier moeten echt een goed geheugen hebben. Natuurlijk zijn er allerlei informatieborden met de namen van de winkels, maar hier staat lang niet alles op. Er zijn gevoelsmatig echt duizenden winkels en restaurants hier en het is een kunst om niet te verdwalen. We kunnen ons moeilijk voorstellen hoe je je kunt voorbereiden op een baan als ‘informatiedesker’ waarbij je de locatie en de route van alle winkels (en wijzigingen) hier uit je hoofd moet kennen.

Popcorn!Garrett verkoopt uitsluitend popcorn, maar wel een hoop verschillende soorten, in perfect ronde afmetingen. We proeven een paar samples en gaan uiteindelijk voor de caramelvariant. We weten gelukkig niet meer precies wat we hebben betaald, maar wel dat het erg lekker was. Zeker na het goedkope Iran, is Dubai schreeuwend duur. Daarna lopen we weer terug naar de toren om in de rij te gaan staan voor de lift. In tgenstelling tot Iran, zijn mensen hier erg geneigd om voor te dringen, maar wij gedragen ons als brave Nederlanders. We raken nog wel even flink gefrustreerd als bij de tassenconctrole blijkt dat we onze popcorn niet mee mogen nemen (nergens stond een bordje dat voedsel niet is toegestaan, grrr). Dus loopt Stefan weer naar de ingang om de popcorn te laten bewaren door de cloakroom en moet hij daarna opnieuw door de controle, waarbij het respect om niet voor te dringen wel even vergeten wordt.

Burj KhalifaIn 60 seconden gaan we de 124 veriepingen van de Burj Khalifa omhoog naar het uitkijkpunt, terwijl er een muziekje speelt en op de wanden van de lift een filmpje wordt geprojecteerd. En dan staan we op de hoogste toren ter wereld! We lopen een rondje om het uitzicht te kunnen zien van de verschillende hoeken. Leuk, maar ook weer niet super bijzonder. Je ziet de supermoderne en glimmende gebouwen en heeeeele kleine autotjes beneden op straat. Maar het blijft natuurlijk wel een woestijnstad. Dit merken we ook door de zandstof die in de lucht hangt en als een soort van mist echt verre uitzichten onmogelijk maakt. We hangen een uurtje rond, maken een hoop foto’s en lopen daarna naar beneden om onderweg naar buiten nog e.e.a. te lezen over de bouw van de Burj. Daarna begint de lange wandeling door het winkelcentrum, met alle extravagante mensen op weg naar de metro. We zijn hier niet eens verbaasd dat we vrouwen zien lopen met hun handtas en hun mobiel en een piccolo, op gepaste afstand, erachteraan met alle winkeltassen.

Popcorn at the beachDe volgende stop is het wereldberoemde Palmeiland. We stappen een aantal keer over en betalen vervolgens €25 extra om met de monorail naar het hart van het eiland te gaan. Helaas zijn we net te laat voor de zonsondergang aan het strand, dat is balen! We lopen het beroemde palmeiland hotel in om te zien wat daar allemaal te doen is. Onze lekkere trek stillen we met wat van de Garretts popcorn en we delen samen een erg dure (15 euro) maar lekkere hamburger. Verder hebben ze hier een duur aquarium, een onbetaalbaar waterpark en een winkelcentrum. Niets waar we verder interesse in hebben dus.

15 euro hamburgerVia de monorail, de tram en de metro gaan we terug richting ons hotel. We moeten namelijk nog een ziekenhuis of lab zien te vinden waar Stefan zijn tumormarkers kan laten checken. De kliniek die ons hotel vanmorgen heeft aangeraden kan ons helaas niet helpen, het blijkt een huisartsenpost te zijn waar ze dit soort dingen niet zelf doen, de uitslag kan tot 5 dagen op zich laten wachten, zoveel tijd hebben we niet. En dus lopen we weer terug naar de metro om het te proberen bij een ander ziekenhuis. De ingang van het grootste ziekenhuis van de stad is onmogelijk te vinden, het helpt ook niet dat het volledig in de steigers staat voor een renovatie. We zien ook niemand op straat, maar nadat we 3/4 om het gebouw heen hebben gelopen, weten we via een achterdeur alsnog binnen te komen, waar we redelijk snel geholpen worden om binnendoor naar de hoofdingang te lopen.

Na het tonen van de Engelse brief met uitleg van Stefan’s arts voor welke tumormarkers er bloed geprikt moet worden is het antwoord wederom: “We can’t help you.” We moeten hier drie dagen wachten op de uitslag en ze weten niet of deze ook digitaal te versturen is (over drie dagen zijn we al in Pakistan namelijk). Daarnaast moet Stefan eerst plaats nemen in de wachtruimte om gezien te worden door een arts, om te bepalen of ze ons kunnen helpen. Nou, laat dan maar zitten! Ze adviseren ons om naar Dubai Hospital te gaan, maar kunnen daar morgen pas terecht voor dit soort dingen. Een typisch kastje naar de muur verhaal dus. We dachten dat het hier in Dubai geen probleem zou moeten zijn, maar we besluiten om het in Pakistan opnieuw te proberen en er dan desnoods in die plaats op te wachten.

Bij de supermarkt op de hoek van de straat kopen we ons simpele avondeten voor vandaag. Na de burger hebben we niet zo heel veel honger meer en dus worden het twee pakjes instant noodles. We koken op onze kamer wat water, een minuutje wachten en Stefan’s verjaardagsdiner is compleet. Na een paar potjes backgammon kruipen we lekker tegen elkaar aan in ons veel te grote bed.

Creek parkWe zetten de wekker deze keer wel en na wederom een top ontbijtje en het kopen van drinken en wat snacks, nemen we een taxi naar Creek park. We betalen de entree en wandelen daarna een tijdje langs het water van “The Creek”. We snappen wel dat ze entree vragen, want het moet een fortuin kosten om om alles groen te houden in deze woestijn.`De temperatuur loopt flink op en het voelt goed om de zonnenbrandcreme tevoorschijn te moeten halen om de onbedekte armen van Renee in te kunnen smeren. Lekker dat dit nu weer kan!

Het park is verder best saai, maar wel lekker rustig zo in het zonnetje. We willen één van de watertaxi’s pakken die hier zouden moeten vertrekken, maar we worden door een onoplettende bewaker teruggeroepen. De watertaxi legt hier sinds kort niet meer aan en dit deel van het park is sindsdien gesloten voor normale bezoekers. Dus lopen we naar een andere uitgang van het park, vanwaar we weer een flink stuk naar de metro moeten lopen. Onderweg gebruiken we heel handig nog even het toilet van het ziekenhuis van gisteren, we komen daar door een shortcut van Stefan immers toch dwars doorheen.

Airco hokjeWe nemen de metro naar Deira, een gebied dat volgens ‘internet’ leuk zou moeten zijn om rond te wandelen, maar we zijn dit al snel beu. We snappen namelijk niet helemaal wat leuk zou moeten zijn aan dit winkelgebied en dus kiezen we voor een stadsbus richting het strand. Grappig detail: de bushokjes kan je afsluiten en hebben airco, lekker! Nu niet persé een must, maar in de zomermaanden kunnen we ons voorstellen dat mensen hier gewoon gaan staan om even af te koelen. Het bordje dat aangeeft hoe lang de bus erover doet loopt af, maar daarna ook steeds weer op en we staan na een half uur “2 minuten wachten” net op het punt om weg te lopen richting de metro, als de bus eindelijk aan komt rijden.

De buschauffeur rijdt alsof hij heeft gezopen, met de piepende banden door de bochten en harde remacties waarbij alle passagiers van hun stoel schuiven. Na een wilde rit van bijna een uur stappen we uit bij de laatste stop, een park waar je opnieuw entree voor moet betalen. We hadden gehoopt om ergens op een terrasje te kunnen zitten of onder een parasol, maar die zijn hier nergens te bekennen. We kiezen er daarom voor om even te pauzeren op een bankje onder een boom en te genieten van ons laatste restje caramelpopcorn. We hebben onderweg ook een hoop van Dubai gezien en zijn bovendien het strand voorbij gereden, wat er ook wel ‘okay’ uit zag. Het is nu alleen best wel heet en er zijn nergens bedjes of schaduwplekjes te bekennen, dus we besluiten om hier niet neer te ploffen.

NachooooooosAls de popcorn onze teleurstelling over de omgeving heeft weggenomen stappen we weer in een bus terug en zodra het kan stappen we over op de metro naar de Mall of the Emirates. Weer een groot winkelcentrum, maar deze is beroemd om de skihal die ze hier hebben gebouwd. Echt debiel in de woestijn natuurlijk. In tegenstelling tot een hoop andere mensen, hebben wij niet de behoefte om de hoofdprijs te betalen om hier te mogen skiën. Over twee maanden gaan we toch naar Oostenrijk, dus we kunnen nog wel even wachten. Het is wel leuk om dit grote contrast te aanschouwen en dus gaan we bij een eetcafé zitten voor de lunch. Het wordt nacho’s met kaas en guacamole en een clubsandwich.

Verderop zitten twee vrouwen met hun in totaal 7 kinderen, die besluiten om luidruchtig door het restaurant te gaan rennen, schreeuwen en janken. Uiteraard superirritant en het is duidelijk dat alle andere gasten en de obers deze mening delen. De moeders lijken het echter wel prima te vinden en zitten gezellig samen te kletsen, terwijl ze hun zeurende kinderen negeren. Als ze voor de zoveelste keer langs komen rennen en één van de jongste kids op volume 200 begint te krijsen, recht achter Stefan zijn stoel, besluit hij om zich om te draaien en op dito volume duidelijk te maken dat hij het zat is. Het kind schrikt zich te pletter en is meteen stil. Missie geslaagd en een hoop blije gezichten van de andere klanten. De moeders vragen vrijwel direct om de rekening en pakken hun spullen.

We hebben wel gezien dat het overgrote deel van de kinderen in Dubai ontzettend verwend is en we zouden hier zelf ook echt niet kunnen wonen. Alles draait om geld en uiterlijk en het lijkt erop dat de meeste kinderen die je in de winkelcentra ziet ook echt alles krijgen waar ze om vragen. Vreselijk! Wat moet er later worden van deze generatie ‘Dubai-anen’?

We hebben verder ook alles wel gezien wat we wilden zien in Dubai en kopen daarom een kaartje voor de nieuwste Hunger Games film. Leuk vermaak, maar wel balen van weer een open einde. Daarna weer de overvolle metro in en naar de supermarkt. We kopen twee afbakpizza’s en ijs als toetje (we hebben een oven en een vriezer!) en lopen daarna weer naar ons hotel. Het is al erg laat en we eten lekker relaxed op onze ruime kamer, sorteren nog wat foto’s, kijken wat op Facebook en gaan daarna slapen.

BadDe volgende dag is een reisdag, maar we hoeven pas in de middag op het vliegveld te zijn. Dus slapen we lekker uit, ontbijten rustig en Stefan gaat zelfs nog even in bad. Daar hebben we voor betaald, dus dan moeten we hem gebruiken ook! Daarna nog even snel de tassen inpakken en uitchecken. We worden nog op een negatieve manier verrast door de receptie van het Dunes Hotel, omdat we nog de service fee 10%, belastingtoeslagen van 10% en 10 Dirham per nacht moeten betalen, bovenop de prijs die we vergeleken hadden op Booking.com. Ze hadden dit alleen maar vermeld in een onduidelijk doorkliklinkje op een subpagina die we niet hadden gezien. Grrr, dit is een hoop geld (totaal bijna 90 euro extra, voor 3 nachten)!

We vangen een taxi om naar het vliegveld te gaan en willen inchecken voor onze vlucht met PIA naar Islamabad in Pakistan. Ook bij deze balie stuiten we op problemen want ze willen ons alleen meenemen als we aantoonbaar ook een vlucht hebben geboekt om Pakistan weer te verlaten. Wij gaan echter de landsgrens over met India. Ze nemen geen genoegen met ons visum voor india, onze geboekte tour in Pakistan en ons verhaal dat we bij Wagah overland de grens overgaan. Raar, want zoveel mensen doen dit gewoon en wat boeit het hun hoe we het land weer uitgaan, we betalen hun om ervoor te zorgen dat we in het land binnenkomen?!

Na 20 minuten discussiëren, telefoongesprekken van de incheckmeneer en nogmaals ons verzoek om zijn manager te mogen spreken, beginnen we ons toch best wel zorgen te maken. Het enige grappige is nu dat wij een keer degene zijn die een lange rij bij de incheckbalie veroorzaken. De overwegend mannelijke Pakistanen vragen zich ook duidelijk af wat Renee te zoeken heeft op deze vlucht naar Pakistan.

Uiteindeijk krijgen we het voor elkaar om mee te mogen, onder voorwaarde dat wij een waiver tekenen waarin wij aangeven PIA niet aansprakelijk te stellen als blijkt dat we het land niet uitkomen. Als basis wordt hiervoor een redelijk standaard ‘mental health waiver’ gebruikt. We strepen nog wel e.e.a. door en krabbelen er wat bij om ervoor te zorgen dat we onze rechten voor problemen bij binnenkomst in Pakistan niet verliezen en maken een foto van het document, omdat het blijkbaar te moeilijk is om een kopietje voor ons te maken.

Daarna krijgen we gelukkig eindelijk onze boarding passes, we hadden daar sinds een kwartier geleden (na een half uur discussie) alle hoop eigenlijk al op verloren. Gelukkig waren we ruim op tijd op het vliegveld, want al met al heeft alleen het inchecken voor de vlucht, net als in Iran, ruim een uur geduurd. Zouden er echt passagiers zijn, die de maatschappij die hun one-way heenvlucht heeft verzorgd, aansprakelijk stellen als ze drie weken later problemen hebben om via een landsgrens het vakantieland te verlaten? En wat dan nog? Er is toch geen rechter die daarin mee zal gaan? We snappen er nog altijd niets van. Maar we zijn blij als we in het vliegtuig onze gordels vast moeten klikken. Dubai, bedankt voor een dure, maar leuke stopover. Pakistan, here we come!

Laatste dag in Iran, nog een dagje Tehran

We hebben de afgelopen dagen weer contact gehad met Mohssen, de Iraniër die we op dag twee van onze Irantrip hebben ontmoet in de bus van Tehran naar Kashan. Hij heeft ons toen uitgenodigd om bij hem thuis te komen eten en we vragen hem of zijn uitnodiging nog steeds staat. Hij laat ons weten dat hij en zijn familie ons heel graag welkom heten in hun huis.

Omdat we het leuk vinden om zoveel mogelijk verschillende transportmiddelen te gebruiken, hebben we voor onze terugreis van Yazd naar Tehran twee treintickets gekocht. We zetten de wekker om 04.00 uur en proberen in het donker zo zacht mogelijk te doen om onze twee kamergenoten Stephanie en Eric niet wakker te maken. Gisteravond hebben we via ons hostel al geregeld dat er een taxi klaarstaat om ons naar het treinstation te brengen. Omdat er ook al een ander stel in de taxi zit en de kofferbak al vol is, worden onze tassen op het dak gebonden en kunnen we vertrekken. Nadat we veel te veel hebben betaald voor deze gedeelde taxi, staan we om 05.00 uur netjes op tijd op het treinstation.

TreinNa een half uur wachten mogen we met onze tassen naar de trein lopen. We moeten via een loopbrug naar een ander spoor en houden gepaste afstand tot de man voor ons, die duidelijk nog nooit in zijn leven op een roltrap heeft gestaan. De eerste keer gaat het net goed en de tweede keer besluit Stefan hem maar te helpen met één van zijn zware dozen, want anders waren we zeker onderdeel geweest van een Iraans spelletje oude-mannen-domino. De stoelen zijn zeer comfortabel en hebben ruim voldoende beenruimte. Wel leuk om te zien wat mensen allemaal meeslepen in dozen, plastic tassen en koffers. Volgens mij hebben ze het bagagelimiet voor deze treinen nog niet uitgevonden.

Als de trein even later gaat rijden, baalt vooral Stefan wel even dat we achteruit gaan, dat kijkt toch nooit zo lekker naar buiten. Ondanks dat we recht boven de motor zitten en dat best wel herrie maakt, ligt Renee binnen de kortste keren te slapen, terwijl Stefan een kaartje maakt van de gereisde routes in de verschillende steden. Net als in de bus zit er blijkbaar eten en drinken inbegrepen in de ticketprijs. Het stelt natuurlijk niet zo heel veel voor, maar we hebben nu wel weer een flinke voorraad aan water, koekjes en cakejes. Stefan besluit ook de koffie aan te pakken die ze serveren. Wel een beetje jammer dat we daarna pas te horen krijgen dat dit wel geld kost en dus geven we een paar van onze laatste Rials aan het mannetje.

Trein, niet gek veel anders als thuisRond 12.00 uur, een uur eerder dan verwacht, komen we aan op het station in Tehran. We besluiten om buiten op de trap in het zonnetje te gaan wachten op Mohssen. Hij wil ons graag ophalen, maar we hebben aan hem doorgegeven dat we om 13.00 uur arriveren. Uiteraard worden we regelmatig aangesproken door taxichauffeurs, maar deze keer kijken we niet uit naar een taxi, “We are waiting for a friend”. Stefan loopt nog een rondje op zoek naar een money exchange, want we zijn een tikje ‘low on cash’, maar helaas zonder geluk. We hopen maar dat Mohssen komt opdagen, anders hebben we niet eens genoeg geld om een taxi te betalen.

Rond 13.00 uur krijgen we een sms dat Mohssen is gearriveerd maar ons niet kan vinden. We besluiten om weer naar binnen te lopen als we elkaar even later zien worden we hartelijk begroet. Hij vertelt ons dat hij vanmiddag zijn eigen lessen heeft geskipped om met ons een middag op pad te kunnen gaan, daardoor voelen we ons wel een beetje lullig. Hij lijkt wel oprecht heel blij te zijn om ons weer te zien en dat is zeker wederzijds.

We stappen eerst met hem in een taxi voor een kort tourtje naar het dichtsbijzijnde metrostation. Daar staat hij erop om onze metrokaartjes te kopen en uiteraard worden we met onze grote tassen in de metro weer allervriendelijkst bekeken en begroet door alle mensen die om ons heen staan en zitten. Na zo’n 10 minuten stappen we samen uit en lopen we naar zijn geparkeerde auto, vanwege de smog regels mag hij met zijn oneven kenteken daarmee vandaag niet in de binnenstad komen.

Museum dicht, dan maar op de foto met dit beeld.Wij hebben hem eerder al verteld wat we al wel en niet hebben gedaan in Tehran en hij stelt voor om onze tassen in de auto te laten en geeft ons de keuze wat te doen vanmiddag. We besluiten eerst samen wat te gaan lunchen en hij stopt bij een prima restaurantje. Stefan en Mohssen bestellen ieder een goed belegde hamburger en Renee een spicy beef broodje. Nog een paar frietjes erbij en een vers geperst sinaasappelsapje, heerlijk! We besluiten er niet weer een groot probleem van te maken als Mohssen de rekening wil betalen. Dit is onderdeel van zijn gastvrijheid en hij verzekerd ons dat hij het echt kan betalen. Ok dan maar weer, wij zijn stiekem toch best arm. 🙂

DarbandTehran is een grote stad en dus rijden we een tijdje door de langste straat van Tehran, richting Darband. Daar aangekomen blijkt het paleis van de laatste shah dat we samen wilden bezoeken dicht te zijn op maandagen. Wat raar, normaal zijn dit soort bezienswaardigheden altijd dicht op vrijdag, net als veel winkels en restaurants. Hij verontschuldigd zich uitgebreid, maar uiteraard nemen we hem dit totaal niet kwalijk. We besluiten daarna de auto iets verder heuvelop te parkeren en een stukje te wandelen door Darband. Dit dorp ligt op een heuvel, langs een naar beneden kletterende rivier, met rijen theehuizen, theehuizen, theehuizen en een paar typisch Iraanse lekkernijkraampjes.

DarbandHet is inmiddels flink afgekoeld en ook een stuk frisser dan 2,5 week geleden. We besluiten om bij één van de theehuizen te gaan zitten en Mohssen besteld voor ons thee met een aantal van de typische Iraanse lekkernijen. Renee vindt alleen de zoetzure abrikozen wel lekker, maar de rest is niets voor ons. De bruine bonen en ontzettend zure andere dingen proeven we wel even, maar laten we daarna aan Mohssen over.

LekkernijenDe heater wordt aangezet en dus is het zo best aangenaam om een tijdje te blijven zitten. Mohssen geeft aan dat Iran nog wel wat te leren heeft over hoe om te gaan met toeristen. Wij vertellen onze positieve ervaring met de mensen in Iran en zijn juist blij dat veel nog niet is aangepast voor de toeristen. We krijgen echt het idee dat we nu nog een hoop authentiek Iran zien en het is echt fijn dat we regelmatig de enige toeristen zijn bij een bezienswaardigheid.

Het begint inmiddels te schemeren en dus lopen we weer terug naar zijn auto. Hij belt met zijn moeder om te overleggen wat een goede tijd is om te arriveren voor het diner en daarna rijden we naar een uitzichtpunt bij hun huis in de buurt. Daar kunnen we inderdaad een groot deel van Tehran zien. Daarna is het tijd om naar het huis te gaan. We pakken onze spullen uit de auto en gaan met de lift naar de 5e verdieping, waar we bij de deur hartelijk worden begroet door baba, maman en zus Elaheh.

Fruit voorgerechtjeWe trekken onze schoenen uit, zetten onze spullen in één van de slaapkamers, wassen onze handen en nemen plaats op de bank, terwijl maman het eten verder afmaakt. Als voorgerecht krijgen we ieder een bord vol fruit, want dat eten ze hier heel veel en thee, terwijl we gezellig kletsen over familie, werk en onze ervaringen in Iran. Baba en maman spreken maar een paar woordjes Engels en dus wordt er regelmatig vertaald door Mohssen of Elaheh.

Ook baba en maman zijn benieuwd wat onze ideeen waren over Iran voordat we hier kwamen. Dus vertellen we dat we dat we behalve de boycots en negativiteit in de media eigenlijk niet zo heel veel wisten over het land. Natuurlijk hadden we van drie mensen hele positieve reiservaringen gehoord, maar heel veel info hadden we niet en een voorstelling konden we al helemaal niet maken. Zij snappen dit en zijn blij dat we een fijne ervaring hebben gehad.

Aan tafelNadat we een tijdje hebben zitten kletsen over het imago van Iran en hun leven, gaan we aan tafel. Baba is oud piloot van de luchtmacht en is nu advocaat. Elaheh heeft gestudeerd, werkte tot voorkort in een lab en schildert graag. Ze is recent gestopt met werken om meer thuis te zijn ivm familiegebeurtenissen. Mohssen volgt een MBA Managementopleiding aan de universiteit, geeft één dag per week les en werkt vier dagen per week bij een marketing en import & export bedrijf.

In de keukenMaman en Elaheh hebben alles uit de kast getrokken met koken, we weten gewoon niet waar we moeten kijken. We hebben nog niet eerder in Iran zo lekker gegeten. Van heerlijk vers brood met een soort yoghurt dip, tot saffraanrijst met allerlei lekkere sausmixjes, een soort spaghettitaart met zoete aardappel on top, salade, een soort aardappelkoekjes, etc. Met een goed gevulde maag, ploffen we weer op de bank neer. Een uurtje later smullen we van ons toetje, een soort Iraanse cheesecake.

We kletsen de rest van de avond met onze nieuwe vrienden en ze willen ons graag overhalen om te blijven slapen. Ze verontschuldigen zich wel voor hun huis, want ze hebben nog maar één 1-persoonsbed hier in huis staan. De familie overnacht veel in een stad zo’n drie uur hier vandaan, zodat ze vaker bij de rest van hun familie kunnen zijn. Ze hebben daarom ook veel van hun meubilair daar naar toe verhuisd. Hun oudste zoon is een paar maanden geleden overleden aan een hersentumor en daar heeft de familie het moeilijk mee. Door veel in dat huis te zijn, met een grote tuin om lekker in de wroeten, vinden ze wat meer de rust om alles te verwerken. Slik, wat een heftig verhaal.

Fotos kijkenUiteindelijk kiezen we ervoor om niet te blijven slapen, want we willen ons niet te veel opdringen. We moeten morgen ook weer op tijd op het vliegveld staan voor onze vlucht naar Dubai en kunnen een goede nachtrust dus wel gebruiken. Rond 23.30 uur maken we aanstalten om te vertrekken, maar we mogen niet weg voordat we nog de afsluiter hebben gegeten in de vorm van zoete bietjes. Dit is iets waar Renee echt van gruwelt, maar ze kan het niet over haar hart verkrijgen om te weigeren en dus zet ze zich er over heen en eet mee.

We pakken één van onze Delfblauwe klompjes om de familie te bedanken voor deze geweldige avond en nodigen hun uit om een keer naar Nederland te komen en dan bij ons te verblijven. We weten niet of ze dit ooit kunnen doen, maar we zouden het erg leuk vinden om onze nieuwe vrienden een rondleiding te geven en kennis te laten maken met ons kikkerlandje. Zij willen ons ook enorm bedanken en iets meegeven om hun te herinneren, alsof deze hele ervaring nog niet voldoende was. 🙂

Terwijl wij onze spullen pakken, overleggen ze stilletjes wat te doen. We hebben hun eerder namelijk verteld over Duitser Stephan die een groot en dik boek van 2 kg van zijn familie heeft gekregen en dat hij zich verplicht voelde om dit cadeau mee te nemen op zijn reis. Uiteindelijk heeft hij deze aan het einde van zijn Irantrip meegegeven aan Andi (die naar huis ging) met de afspraak dat hij deze later wel een keer op zou komen halen in Duitsland. Van Mohssen krijgen we een portretfoto, van Elahah oorbellen voor Renee en van de ouders een Iraanse hanger met een belletje. Deze heeft hun oudste zoon een keer meegenomen uit Kashan als cadeau voor hun en deze willen ze nu aan ons geven met hun wens dat we nog een hele mooie tijd gaan beleven, veel lieve mensen ontmoeten en nog heel veel jaren gelukkig samen mogen leven.

FamiliefotoUiteindelijk vertrekken we, na een heel uitgebreid afscheid, ruim na middennacht samen met Mohssen naar hotel Firouzeh, waar we eerder ook al hebben geslapen. Hij heeft al gebeld met de vraag om voor ons een kamer te reserveren en dat is gelukt. Het is wat lastig navigeren door de stad. Het is nu lekker rustig, maar er is weinig straatverlichting en de eenrichtingswegen ook niet altijd duidelijk aangegeven. Uiteindelijk staat Mohssen toch toe dat Stefan de GPS aanzet die wij bij ons hebben en niet veel later staan we voor de deur van het hotel. We lopen samen naar binnen en na het inchecken loopt Mohssen nog helemaal mee naar de kamer om te dubbelchecken dat we goed terecht komen. Daar nemen we afscheid van hem. We moeten absoluut opnieuw langskomen als we weer in Tehran zijn, want één dag vonden ze veel te kort.

We zijn nu weer alleen, wat ook wel even fijn is. Met een big smile gaan we uiteindelijk slapen. Wat een dag!

Shiraz & Persepolis het centrum van het oude Persië

Het is alweer een tijdje donker als we aankomen op het busstation van Shiraz. Voor de verandering vinden we deze keer wel een officiële taxi, er is zelfs een kantoortje waar we (vooraf) moeten betalen en waarna de chaufeur zijn licentie meekrijgt. Maar als Stefan “No” antwoord als de taxichauffeur vraagt of we gereserveerd hebben bij ons hostel naar keuze “Niayesh Boutique”, belt de chauffeur waarschijnlijk een vriend, babbelt wat over reservering, hotel, Holland en twee en als hij ophangt meldt hij ons dat dit hotel vol is en dat hij ons ook wel naar een ander hotel kan brengen. Het is echt laagseizoen, dus we kunnen ons dit niet voorstellen. Breng ons er toch maar heen, is dus ons antwoord. En als hij aandringt toch maar een “I don’t believe you”. De chauffeur is duidelijk beledigd, maar we voelen ons daar echt niet meer schuldig over inmiddels.

Overdekte binnenplaatsWe worden op de hoek van de straat, bij een bouwput, uit de taxi gezet en zien de bordjes naar het hostel al staan. Zonder het te vragen worden we door een bewaker netjes via een bouwplaats, door allerlei smalle straatjes, links, rechts, tunneltje door, links, etc bij ons hostel gebracht. Ze blijken nog zat plek te hebben en we zijn blij dat we ons niet om hebben laten praten door de taxichauffeur. Stefan vraagt twee dormbedden, maar we krijgen een tweepersoons kamer, nice, dat is pas besparen! Dit hostel is in een tradioneel Iraans huis gevestigd en heeft een leuke opzet met tafeltjes en zitbanken op een (overdekte, verwarmde) binnenplaats en de kamers eromheen.

Terwijl Stefan nog wat op de kamer rommelt raakt Renee aan de praat met Ruby uit Hongkong en Stephan en Andi uit Duitsland. We delen ervaringen, bespreken ieders reisplannen en overleggen om morgen samen een taxi te huren om naar een paar sites in de omgeving te gaan. Met 6 personen (incl. chauffeur) een taxi delen, zien we uiteindelijk niet echt zitten. Bovendien is het wel fijn om onze eerste dag in Shiraz eerst een beetje rond te kijken in de stad zelf. We bestellen ieder op aanraden van Andi een “Dizi”, wat een soort doe het zelf maaltijd is. Je krijgt een stenen pot met boullion, aardappel, rundvlees, groente, daarnaast een stamper, een lege kom en een mandje brood. Eerst giet je wat van het vocht weg en dan crush je het vlees, aardappels en groente net zolang totdat het een soort stamppot is, beetje vocht terug erbij en dan met het brood opeten. Erg lekker! We kletsen nog een tijdje en gaan dan lekker slapen.

TaxiposerHet lekkere slapen valt helaas wat tegen. Het bed bestaat letterlijk uit een houten plaat met een deken erop en aangezien Renee gewend is om op haar zij te slapen, wordt er elke 10-15 minuten een keer gedraaid, waar Stefan natuurlijk ook last van heeft. Wat een klotebed! Met een slaperig hoofd lopen we de stad in, naar de Aramgah-e Shah-e Cheragh (de wat? ja die). We moeten onze tas inleveren en voor Renee weer een chador pakken. Fotocamera’s zijn hier verboden helaas, daar wordt zelfs op gefoullieerd, dus kijken we gewoon even rond. Ze hebben hier zelfs twee kussendozen (relikwieënkisten): volgens een vriendelijke man die Stefan ongevraagd een rondleiding gaf was de ene gevuld met resten van de broer van Reza en de andere met zijn broer (hoe de broer van de broer niet de broer van de broer (Reza) is, is ons volledig onduidelijk. Maar het is wel allemaal even mooi gedecoreerd en de meeste bezoekers lijken ook oprecht verdrietig over de dood van de tentoongestelden.

MuseumHet is in Shiraz lekker warm en na een stadswandeling langs verschillende pleinen en winkeltjes, lopen we de Naranjestan binnen. Een museum met een grote binnenplaats vol sinaasappelbomen en dadelpalmen die rond 1880 voor een rijke vent is aangelegd als publieke receptiehal voor zijn huis. De tuin stelt niet zo veel voor, maar waarschijnlijk is dit ook mooier in de lente en zomer. De gebouwen eromheen zijn wel gaaf met alle spiegels, maar het museum is echt waardeloos. Eigenlijk hebben we een beetje spijt dat we naar binnen zijn gegaan.

Vrouwenbalie bij de bakkerWe besluiten om de lunch simpel te houden en gewoon wat Naan te kopen, het Iraanse brood. Bij de bakker hebben ze gescheiden balies voor vrouwen en voor mannen en dus ziet Stefan zijn kans schoon om Renee een keer aan het werk te zetten. Renee gaat bij het juiste bordje staan en geeft met een vinger aan dat ze één naanbrood wil, zwaaiend met 20.000 Rials (nog geen € 0,50). Het wordt ter plekke vers gebakken,Vers gebakken brood maar blijkbaar is één brood bestellen hier een beetje gek, wat we krijgen één stapel met zes broden. Als Renee duidelijk probeert te maken dat ze dit niet bedoelt, wordt er met vragende blikken gekeken. Nou ja, zes is ook goed, dan hebben we een voorraadje, waarschijnlijk 1 kilo? Stefan kan er hartelijk om lachen, Renee doet ook een keer de inkopen hoor.

De volgende keer lachen we gelukkig weer om Stefan, als we een paar straten verder gelopen zijn en nog 3 van de 6 broden over hebben, passeren we een zeer onverzorgde man die op het trappetje voor een gesloten winkel zit, met een versleten weegschaal tussen zijn voeten. Een zwerver, die zal vast honger hebben. Stefan probeert hem de 3 overgebleven broden te geven, maar de man is duidelijk zwaar beledigd. Als hij onze taal zou spreken had hij zeker “rot op eikel” geroepen, of iets die trend. Wij kunnen er in ieder geval flink om lachen.

KasteelTerug bij ons hostel pauzeren we even met een theetje. Daarna lopen we naar het paleis waar we een stevig bedrag aan entree moeten betalen ($3 p.p.) en verbazen ons vervolgens over het ontbreken van interessante dingen. Het zijn gewoon vier muren met vier torens en alle deuren zitten op slot. De tuin en de vijver zijn verder kaal en leeg. We kunnen wel even spiekem in de oude hammam die onder één van de torens zit. Aan de buitenkant kon je al goed zien dat deze ooit voor een deel is verzakt, maar in de Hammam zie je daar niks van terug. We maken nog even gebruik van het toilet en staan eigenlijk binnen 10 minuten weer buiten.

Qurans GateBij aankomst in Shiraz hadden we vanuit de bus al een mooi verlichtte poort gezien, waar vooral Stefan wel nieuwsgierig naar is. Het is een flink stuk wandelen (van meerdere kilometers), maar dat zijn we inmiddels wel gewend en onderweg is altijd van alles te zien. Waaronder een brug, een mooie moskee Moskeeen de graftombe van de in Iran wereldberoemde dichter Hafez. Bij de poort aangekomen is het inmiddels donker en hij is weer mooi verlicht. We maken een paar foto’s en spotten daarna een stukje verderop een kassa met een toegangspoort, waar flink wat mensen betalen om de trappen de berg op te mogen lopen. Stefan vraagt aan het kassamannetje wat de attractie is, want dat kunnen we eigenlijk nergens ontcijferen. We krijgen antwoord in Farsi en weten nog steeds niets. Aangezien de prijs maar 10.000 Rials (0,25 euro) per persoon is, betalen we het gewoon en laten we ons verrassen.

WaterbronHet blijkt niet veel meer dan een uitkijkpunt te zijn waar in de avond mensen naar boven lopen met een picknickmand om samen te eten of te snacken. Er is nog een soort grotfontein, waarvan we aannemen dat dit ooit de bron was van al het drinkwater van Shiraz, maar verder niets bijzonders. We lopen een tijdje rond, maken een paar foto’s van de verlichte stad en houden het daarna voor gezien. Na een plas- en uitrustpauze in de lobby van het 5 sterren Shiraz hotel wordt het tijd om terug te gaan naar onze low-budget slaapplaats.

Stefan heeft dezelfde afwijking als zijn navigatiesysteem en dat is dat hij zelden dezelfde weg terug wil en dus lopen we een ontzettend saaie straat in, met de verwachting dat het straks wel leuker wordt. Langs een blinde muur hebben ze felle lichten in de grond gemaakt met een glazen afdekkap, maar op een paar plekken is deze stuk. Niet zo erg, maar wel vervelend als dan ook de afdekplaat ontbreekt. Stefan gaat namelijk hard onderuit als hij met een voet in zo’n gat stapt. Gelukkig heeft hij alleen een paar schrammen en wat krassen op zijn ring door het breken van de val. We kunnen opgelucht ademhalen dat er vanavond niet ook nog een bezoekje aan een Iraans ziekenhuis bij komt.

We lopen nog een tijdje verder, maar krijgen elke stap minder zin om weer het volle aantal kilometers terug te lopen. Na een paar pogingen om een goedkope taxirit te vinden krijgen we uiteindelijk een gratis lift van een jonge Iraanse man. We denken dat hij eigenlijk als onofficiele taxi gewoon geld wilde verdienen, maar Stefan was zo brutaal om met een glimlach “For Free?” te zeggen. We hebben een leuk gesprekje in de auto en worden netjes in de buurt van ons hostel afgezet. Bij binnenkomst besluiten we om direct via de receptie een tourtje te boeken voor morgen. Lekker makkelijk, geen gezeur om daar zelf met diverse bussen en een taxi te komen en dan hebben we ook een gids die ons wat meer kan vertellen over de ruïnes die we gaan bekijken.

We schuiven aan op de traditionele bank van de Duitse vader en zoon waarmee we in Kashan de historische huizen hebben bekeken, we waren ze vanmorgen ook al bij het museum tegengekomen en blijkbaar logeren ze in hetzelfde hostel. Na een prettig gesprek vinden zij het tijd om te gaan slapen en eigenlijk is dat helemaal geen gek idee. Dus regelt Renee een matras (wat gewoon nog een deken blijkt te zijn) en trekken ons na een douche terug op de kamer. Na wat improvisatiewerk van Renee, bestaat het bed uit een houten plaat met drie dubbelgevouwen dekens. Nog steeds erg hard en dus pakken we onze spullen in zodat we morgen vroeg (voordat ons tourtje vertrekt) uit kunnen checken als we weer zo’n beroerde nacht hebben gehad.

Uiteindelijk hebben we redelijk geslapen en besluiten we nog wel een nachtje te blijven voor de 10 dollar pp.pn.. Het is wel erg vroeg dag vandaag en dus wrijven we de slaap nog uit onze ogen als we worden opgehaald om met een busje naar Persopolis te rijden. We zijn met z’n 8-en inclusief gids en chauffeur. Een ouder koppel uit Vietnam, een man uit Hong Kong en Oostenrijker Winifred, die in hetzelfde hostel verblijft als wij.

GatePersepolis is een oude ruïnestad van rond 500 BC. Er zijn geen huizen gevonden, maar wel 12 bouwwerken voor de koningen, het leger, opslag van goederen en rijkdommen etc. Het nieuwjaar duwt het oudjaar uit de afbeeldingTijdens grote feesten waaronder het Perzische nieuwjaar, kwamen onderdanen van verschillende streken uit het Perische rijk, zoals Egyptenaren, Afghanen en Indiërs giften brengen voor de sjah. Nadat Alexander de Grote de boel veroverde en een groot deel van Persepolis plat brandde, schijnt hij 3000 kamelen nodig gehad te hebben om alle schatten te vervoeren die er opgeslagen lagen.

Bovenstaande info hebben we voornamelijk gekregen uit het de Duitstalige boek van Oostenrijker Wini, want onze gids was echt bagger. We hebben nog nooit een gids gehad die zo vaak “I don’t know” heeft gezegd en vaak niet eens op de juiste Engelse woorden kwam. OverzichtjeGelukkig konden we met logisch nadenken af en toe het een en ander aan elkaar breien. Zo bedoelde ze met translate bijvoorbeeld de ene keer transport en de andere keer transfer, heel handig! Vanaf een heuvel aan de rand van Persopolis, waar ook twee graftombes zijn te vinden, hebben we een mooi uitzicht over deze grote ruïnestad.

TombeDe tweede stop voor vandaag zijn de graftombes “Necropolis”. De tombes zijn hoog boven de grond uitgehakt in de rotsen en je kunt ze dus alleen van afstand bekijken. We krijgen nog een kort verhaaltje over de “eigenaren” ervan en de verschillende afbeeldingen die ze hebben gemaakt. Over de vierkante toren die ernaast staat en die ongeveer even oud is, weet onze gids niets te vertellen. We nemen haar dat niet heel kwalijk, want schijnbaar is het tot nu toe niemand gelukt om een goede theorie te bedenken waar dit bouwwerk nou eigenlijk voor is. Best mooi om te zien en dus maken we een paar foto’s.

TorenWanneer we weer op de parkeerplaats komen, staat er een grote 4×4 camper met nummerplaten uit Virginia, Nieuw Zeeland. Er stapt net een kerel uit en we zijn wel benieuwd naar hun verhaal. Ook onze gids is na ons eerdere verhaal dat we onderweg waren met onze camper, benieuwd naar hoe zo’n ding er van binnen uit ziet en dus raken we aan de praat. Een Duits echtpaar heeft de auto in Nieuw Zeeland gekocht, daarna op de boot gezet naar Azië en is nu onderweg terug naar Duitsland. Ze doen zo ongeveer onze route maar dan omgekeerd. Bijzonder is wel dat zij hun twee kinderen van 5 en 8 jaar oud hebben meegenomen. Leuk om hun verhaal te horen, maar ook wel een tikje zuur. We kunnen niet helpen te denken dat wij hier ook met onze eigen camper hadden moeten staan.

BackgammonWe rijden daarna weer met het busje terug naar ons hostel en lunchen daar ons overgebleven brood van gisteren. Duitsers Andi en Stephan hebben een relaxdagje en zitten al de hele middag in het hostel, wat een goed idee! We kletsen over van alles en nog wat. Zij hebben eerder vandaag stof en stenen gekocht om een vouwbaar backgammon bord te maken. Na wat gecreabea heeft Andi met viltstift het bord getekend en krijgen wij uitleg hoe dit spel te spelen. Terwijl Renee een stukje schrijft, speelt Stefan met hun een paar potjes.

The pasta placeWe lopen ‘s avonds nog met Stephan de stad in op zoek naar “The pasta place”. Een fastfood tentje waar hij en Andi vanmorgen ontbeten hebben en waar de pasta met name erg lekker was. Hij weet alleen niet meer precies waar het zit en dus lopen we uiteindelijk ruim een uur door de stad om deze tent te vinden. Het is wel erg gezellig en er is een soort van avondmarkt vanavond, dus erg vinden we het allemaal niet. We hadden eigenlijk meteen rechts moeten gaan vanaf het hostel, echter Stephan koos voor links. Maar we hebben het uiteindelijk gevonden! De pasta was helaas nog dezelfde als die van vanmorgen en dus verre van vers. Toch smaakte het wel prima. Maar ze maken hier wel een super hamburger en we zijn uiteindelijk pas om 22.45 uur weer terug in het hostel.

We overleggen nog een tijd wat te doen. Wij willen na Iran graag naar Islamabad vliegen in Pakistan, maar er zijn geen directe vliuchten te vinden. Dus hebben we onze zinnen gezet op een tussenstop van een paar dagen in Dubai. Maar het is wel slim om te beslissen hoe we daar willen komen (met vliegtuig of boot), want dit bepaalt ook hoeveel tijd we nog over hebben op ons visum voor Iran. Uiteindelijk kiezen we ervoor om te gaan vliegen en onze oorspronkelijke “plannen” helemaal om te gooien. We gaan net als Stephan en Andi naar het oosten van Iran om daarna via Yazd weer naar Tehran terug te keren. Het leuke aan geen echt plan hebben, is dat we zoals nu op elk moment kunnen beslissen ergens anders heen te gaan.

Esfahan, toeristische hoofdstad van Iran

Vandaag is een reisdag, maar voordat we vetrekken eten we eerst nog even ons ontbijt op en uiteraard moeten we ook nog even uitchecken en afrekenen. Stefan krijgt het met een aantal argumenten nog voor elkaar om nog 5 dollar korting te bedingen. Altijd mooi meegenomen! Daarna pakken we rustig onze tassen weer in (bijzonder hoe snel we altijd een rotzooi weten te maken van onze kamer) en gaan we met een taxi naar het busstation.

1980 belde: ze vragen hun telefoon terugHet kopen van ons VIP-buskaartje voor 70.000 Rials per persoon (nog geen 2 euro) gaat soepel en 2,5 uur later staan we in Esfahan. Onderhandelen lukt niet met de taxichaufeur en ook de Lonely Planet waarschuwt voor Esfahan voor hogere prijzen, dus gaan we uiteindelijk maar akkoord met de 100.000 Rials voor de paar kilometer het centrum in. We lopen een stukje vanaf het plein waar hij ons eruit heeft gezet en checken even later succesvol in bij het Naghshe Jahan Hotel. Stefan loopt naar boven om twee kamers te bekijken en we kiezen uiteindelijk voor de kamer met 1 super bed en 1 doorgezakt bed voor 28 dollar per nacht. De verwarming staat wel op standje sauna en zelfs wat lomp schroefwerk met de multitool lijkt daar geen verandering in te kunnen brengen. Dan maar het raam open vannacht, want het hotel ligt wel lekker centraal en is voor Esfahanse begrippen prima betaalbaar.

Plein te groot voor een goede fotoWe lopen nog even het centrum in om alvast een indruk te krijgen van wat we de komende dagen kunnen bekijken. We staan binnen een paar minuten op het Naqsh-e Jahan plein (na het Tiananmen square in Peking het grootste plein op aarde) en zien daar de zon onder gaan. Als we voor de ingang van de bazaar een foto willen maken, worden we aangesproken door een mannetje en hij weet ons mee te lokken naar zijn winkeltje.

Handelstapijt bij de tapijthandelWe geven duidelijk aan dat we zijn tappijten niet willen kopen, maar hij wil ons alleen maar informatie meegeven. Nou ok dan, misschien best interessant en we hebben toch verder niets gepland vanavond. Eenmaal in de winkel zet hij zijn collega aan het werk om ons verschillende soorten en structuren te laten zien uit allerlei regio’s in Iran. Best boeiend, maar we hebben als echte Nederlanders kijken kijken niet kopen toegepast. We gaan namelijk echt niet 2,5 maand met zo’n tapijt rondslepen in onze backpack en bovendien vinden we ze ook niet eens mooi, wat eigenlijk een veel belangrijker argument is.

Diarreegerecht: Smakelijk!Via een wandelroute door de bazaar, wat volgens de Lonely Planet heel mooi moet zijn, lopen we naar het “Top choice” restaurant uit onze reisgids. De wandelroute valt tegen, de reisgids is duidelijk wat gedateerd en het is eigenlijk allemaal vergane glorie. Maar het restaurant ziet er luxe uit, er lopen veel obers rond, maar er zijn nog maar weinig klanten. Zo’n 15 minuten later zit het helemaal vol met toergroepen en een paar locals. Je merkt wel wat een review in de Lonely Planet als beste restaurant in Esfahan voor effect heeft.

Stefan bestelt op aandringen van de ober een soepje en voordat hij deze op heeft, staat ook het typisch Iraanse hoofdgerecht voor ons op tafel: Tajcheen Fessenjan (Fesenjun), rijst met stukken kip in bruine derriesaus. Het ziet er erg onsmakelijk uit, maar deze walnootsaus met granaatappel als zoetstof, is erg voedzaam en smaakt echt prima. Bij het afrtekenen discussieert Stefan nog even met de ober en niet veel later ook met zijn chef, omdat er een fles miniraalwater op de rekening staat waar we niet om hebben gevraagd en die we bovendien niet hebben aangeraakt. Het verbaast hem dat we uberhaubt hebben kunnen ontcijferen wat er op de rekening staat en hij voelt zich een beetje betrapt. Erg handig dat we de cijfers hebben geleerd want dit komt nu goed van pas.

We lopen terug naar ons hotel, ploffen op onze bedjes in de veel te hete kamer en vallen na het kijken van een serie in slaap. Blijkbaar hadden we de slaap wel nodig, want we worden pas rond 09.00 uur wakker en schuiven vrij snel aan voor weer een standaard ontbijtje met brood en creamcheese. Daarna lopen we naar de (stads)bushalte voor een bus richting de vuurtempel buiten de stad.

Bij een kioskje proberen we erachter te komen hoe je hier kunt betalen voor de bus en na het overhandigen van 50.000 Rials (zo’n 1,5 euro), krijgen we één pasje (ala OV-chipkaart). Nu hebben we nog steeds geen idee hoe het werkt, maar na wat handen en voeten, begrijpen we dat we deze gewoon twee keer moeten bliepen bij het instappen en de bus die naar de vuurtempel gaat staat voor onze neus te wachten tot het tijd is om te vertrekken. Ideaal.

Berggeit StefanWe stappen na zo’n 20 minuten uit als we net buiten het centrum een grote heuvel passeren, dat zal het wel zijn, want die vuurtempel staat volgens de reisgids op een ‘sandy hill just outside of town’. We hebben goed gegokt. Na het kopen van een kaartje klimmen we omhoog via een soort van geitenpad, wat ons de makkelijkste route lijkt (bij het ontbreken van een trap). Eigenlijk wel leuk dat ze heel veel bezienswaardigheden in Iran gewoon (semi) origineel hebben gelaten zonder de typisch Amerikaanse moderne trappen en hekjes.

Vuurtempel!Deze vuurtempel was een heilige plaats voor de Zoroastrians, het oeroude geloof dat in de 7e eeuw na Christus werd verstoten toen de Islam zijn intrede deed in Iran. We hebben vanaf deze heuvel een mooi uitzicht over de stad, maar de vuurtempel is behalve erg oud, niet erg bijzonder. Na wat foto’s klimmen we weer voorzichtig naar beneden.

Als we in de bus terug stappen zijn we blij dat de OV-chipkaart nog steeds werkt. We zijn wel benieuwd hoeveel ritten er eigenlijk op staan, maar daar komen we vanzelf achter als hij het niet meer doet. We stappen uit bij een bordje Vank-Church, dat Stefan op de heenweg al had gespot, want dat is de volgende bestemming waar we heen willen. Het blijkt vanaf deze bushalte nog wel een flinke wandeling te zijn, maar het is wel lekker om weer even een stukje te lopen. Het is hier een graadje of 22 en het zonnetje breekt regelmatig door de wolken.

KerkNadat we duidelijk verkeerd zijn gelopen (foutje op de kaart in de reisgids), worden we door een Iraanse man weer de goede kant op gestuurd en komen we aan bij onze bestemming. We betalen de hoofdprijs om naar binnen te mogen van deze van buiten doodnormaal ogende kerk. Kerk van binnenGelukkig is de binnenkant erg mooi van deze Kelisa-ye Vank, een Armeense kerk uit ongeveer 1650. In die tijd werden zo’n 3000 Armeniërs naar Esfahan gehaald om de handel te bevorderen en ze waren vrij om hun eigen religie te belijden en dus deze cathedraal te bouwen. Elk hoekje en gaatje is beschilderd en vertelt een verhaal.

We lopen het museum in, waar vooral Renee erg snel op uitgekeken is. Er staan wel een paar interessante dingen (waaronder het kleinste gedrukte boek op aarde), maar op de een of andere manier worden we altijd een beetje duf van musea.

Gebak aan de waterkantHet is inmiddels lunchtijd, maar in Iran lijkt het wel of alle winkeltjes die eten verkopen tussen de middag juist gesloten zijn (misschien om zelf te gaan lunchen?) en ook nu weer vinden we geen eettentje of kraampje met iets anders dan chips of koekjes. We zijn nu in de buurt van de rivier en hebben bedacht om daar lekker op een bankje te picknicken en mensen te kijken. Uiteindelijk zijn we het zat om iets gezonds te zoeken en kopen we bij een Iraanse patisserie vier kleine gebakjes en zitten we alsnog lekker in het zonnetje mensen te kijken aan de waterkant.

Gave brugWe lopen van brug naar brug, waar een hoop Iraniërs elkaar ontmoeten, picknicken, gezellig kletsen en foto’s maken. Niet zo gek, want we begrijpen dat de rivier maanden droog heeft gestaan en nu sinds twee weken pas weer stroomt. Op de foto met de localsOok hier vinden de locals het leuk om ons aan te spreken en te begroeten en soms met ons op de foto te gaan, gevraagd of stiekem. Wij doen soms hetzelfde, dus we nemen het hun niet kwalijk.

Als we bij de laatste brug aankomen hebben we inmiddels flink wat kilometers gelopen en dus nemen we een taxi naar het ***** Abassi hotel, want dat zou heel mooi moeten zijn en je schijnt daar leuk te kunnen zitten om thee te drinken. De chauffeur stuurt met zijn oeroude auto en onofficiële taxi via allerlei smalle binnenweggetjes naar het hotel, een leuke ervaring op zichzelf. Maar aangekomen bij het hotel is het net te donker en te fris om leuk in de tuin te kunnen zitten. Daarom ploffen we even op de bank in de uberdeluxe lobby om te pauzeren en het toilet te gebruiken en lopen daarna de deur weer uit op zoek naar een betaalbaar diner.

We besluiten vandaag lekker makkelijk bij de fastfoodketen tegenover het dure restaurant van gisteren te gaan eten. Stefan heeft daar gisteren, onderweg naar het restaurant, al even bij de kebabrollen staan kwijlen, dus hij weet heel goed wat hij gaat bestellen en gezien de vrouwen hier in Iran minder te vertellen hebben, krijgt Renee hetzelfde.

Met wat wijsgebaren bestelt Stefan twee broodjes met kipkebab en twee cola en het smaakt echt super! Stefan wordt na het eten nog aangesproken door een man, die samen met zijn vrouw en zoon ook iets komt eten. We kunnen er niet veel van maken, maar met ons “point it” boekje hebben we veel lol. Hij vindt dit vertaalboekje vol met foto’s blijkbaar ook erg mooi, want stopt deze al bijna in zijn binnenzak met een vragende blik en bedankt ons voor het geschenk. Veel dingen kunnen we missen, maar deze willen we toch wel erg graag houden en dus schud Stefan heftig nee. Dat boekje komt waarschijnlijk nog goed van pas in Pakistan en India als gespreksstof in de bus of trein met locals.

Als toetje halen we nog een softijsje en lopen daarna met een omweg door een donker park terug naar ons hotel. Bij een mooi verlicht gebouw met een fontein stoppen we om een paar foto’s te maken en worden we in prima Engels aangesproken door een Iraanse man. Hij stelt ons een paar vragen en stimuleert zijn 8 jarige zoontje en vrouw om ook hun Engels met ons te oefenen.

Oude farsi leraresIn het hotel aangekomen internetten we nog een tijdje en kletsen we met een Roemeen die al een flink lange tijd door Iran reist. We delen onze ervaringen met elkaar en even later komt er ook een Iraans ouder stel uit Shiraz tegenover ons zitten. De vrouw spreekt Renee aan en na wat wederzijdse vragen, oa of wij Moslim zijn of Joods net als hun, geeft ze Renee een les Farsi. De Lonely Planet wordt erbij gepakt, waarin de Engelse woorden en zinnen staan met de Farsi omschrijving en oefenen maar! De letters zijn wel wat klein voor het oude vrouwtje, dus leent ze bij de receptie een vergrootglas. Erg leuk om zo samen te zitten en de taal te kunnen oefenen. Naast heel veel handige taalzinnetjes en het gehele alfabet, komen ook de uitspraken van de diverse cijfers aan bod. Superleuk en handig.

We hebben vandaag zo’n 16 km gewandeld en dat voelen we aan onze voeten. We zijn dan ook blij om even te zitten en te relaxen. Het is gelukkig, met de hele dag het raam open en de kachel zoveel als mogelijk dichtgedraaid, ook aardig afgekoeld op de kamer en we vallen allebei vrijwel direct in slaap.

De volgende ochtend kopen we, na het ontbijt, eerst wat drinken in een winkeltje en de eigenaar laat vol trots zijn foto’s met bekende voetballers zien. Hij kent ook Van Persie en de mooie duikgoal die hij heeft gmaakt tijdens het WK. En uiteraard komt ook ‘Van Nistelrooij’ ter sprake. Omdat de man er duidelijk van geniet om met toeristen te kunnen babbelen zetten wij onze eigen desinteresse wat betreft voetbal even aan de kant voor een leuk gesprek met de beste man.

Bus vol met chadorsWe stappen weer op een stadsbus om deze keer de andere kant van de stad op te gaan. Ons eerder gekochte pasje werkt nog steeds, super handig! En blijkbaar kost een busritje hier dus echt vrijwel niets. De bus is erg vol en dus staan we meteen midden tussen een grote groep vrouwen die uit Shiraz komen. Ze spreken Renee aan en willen van alles over ons weten. Waar we vandaag komen, hoe lang we in Iran zijn, welke plaatsen we gaan bezoeken, of we ook nog naar Shiraz gaan (yep, check!), of we getrouwd zijn, etc. Vervolgens wil Renee natuurlijk weten wie er van hun allemaal getrouwd zijn en er blijkt nog maar één dame single te zijn en dat roepen ze met de grootste glimlach heel hard door de bus. De vrijgezelle dame kijkt vervolgens de rest van de rit heel verlegen naar de vloer.

We stappen even later, net een halte te laat, uit de bus en lopen het stukje terug richting de Masjed-e Jameh complex (de Vrijdag-Moskee), met z’n 20.000 m2 de grootste moskee in Iran. Het is hier op donderdagmorgen heerlijk rustig en dus lopen we een tijdje rond van gebouw naar gebouw. Als we het idee hebben dat we het hele complex hebben gezien lopen we door de bazaar weer richting het plein waar we eerder al een kijkje hadden genomen. BazaarHet theehuis in de bazaar dat ons werd aangeraden kunnen we helaas niet vinden. We vinden wel een groen fluoriserend knipperbord, maar het theehuis zelf is in geen velden of wegen te bekennen.

Uiteindelijk kopen we op het plein een wortelsapje voor Renee en een soort bladerdeegflap met honing en noten voor ons allebei. Ze verkopen ook bakjes met een soort witte doorzichtige sliertjes, maar durven het niet aan om dit te proberen; het ziet er gewoon echt niet smakelijk uit. Ook de mierzoet ruikende maispap slaan we even over.

We steken dwars het plein over richting onze volgende bezienswaardigheid en precies op het midden spreekt een oude kerel ons aan. HosseinHij blijkt Hossein te heten, 84 jaar te zijn en ontzettend vriendelijk. Uiteindelijk hebben we ruim een uur met hem staan kletsen over zijn kinderen en kleinkinderen die gedeeltelijk in het buitenland wonen, zijn verwonding die hij heeft opgelopen tijdens de oorlog tussen Iran en Irak, hoe het werkt met verzekeringen in Iran, het geloof, onze ervaringen, etc. Super interessant! We nemen uiteindelijk afscheid van hem met een uitnodiging om vanavond, tegen een kleine vergoeding, met hem mee te gaan kijken naar de Iraanse nationale sport “Powerhouse”. Daar hadden we al wat over gelezen en we vinden het nu extra leuk om daar met een lokale begeleider naartoe te gaan.

Op het plein staat nog een moskee die het bezoeken waard zou zijn en dus betalen we wéér 100.000 Rials per persoon om naar binnen te mogen. Het begint een beetje te irriteren dat alles veel duurder is dan wat er in onze gids staat, dat die hoge prijs alleen voor non-locals geldt en dat alle bezienswaardigheden in deze stad bovendien exact hetzelfde papieren kaartje gebruiken. TapijtleggersDe moskee is wel weer erg mooi en groot.

Hossein vertelde ons nog dat de moskee morgen weer helemaal volstroomt met mensen voor het vrijdag-ochtend-gebed, dat was niet echt nieuws, immers is vrijdag voor moslims wat de zondag voor christenen is. Wat wel nieuws was is dat het voornamelijk mensen uit de omliggende dorpen zijn, die met gratis shuttlebussen naar de moskee heen en weer worden gereden, om de mensen die in de stad wonen de indruk te geven dat alle inwoners hier heel gelovig zijn, terwijl juist het tegenovergestelde waarheid is (volgens Hossein). In de moskee zijn daarom al diverse mannetjes er druk bezig om het binnenplein helemaal te bedekken met grote rollen tapijt. We ontmoeten hier ook een grote groep Nederlandse studenten, die samen drie weken georganiseerd rondreizen door Iran.

Terwijl we op een muurtje zitten en in ons boek kijken waar we nu heen willen, worden we regelmatig aangesproken door tappijtverkopers en balen we een beetje van deze stad. De bezienswaardigheden zijn mooi, maar je merkt hier wel echt aan de hotels, taxi’s en attracties dat het dé toeristenplek van het land is en ze daar ook gebruik van maken. Het lijkt bovendien te kloppen wat ze in Kashan zeggen over de mensen in Esfahan: ze zijn hebzuchtiger dan veel andere Iraniërs. We besluiten om moskee nummer 3 over te slaan want dat is weer 100.000 Rials en we hebben wel genoeg blauwe tegeltjes gezien voor één dag.

We kiezen voor een vroeg diner bij de pizzatent in een zijstraatje van het plein. De pizza’s die we krijgen lijken totaal niet op het plaatje en zijn reteduur, maar smaken goed. Vooral Stefan, die natuurlijk het meest het doelwit is voor de mannelijke (tapijt)verkopers is het inmiddels echt spuugzat en we lopen met een kleine omweg langs wat oninteressante en dure musea (in mooie gebouwen) terug naar het hotel voor een middagdutje.

Om 19.30 uur staan we op de afgesproken plek en stappen we met Hossein in een stadsbus. Na 5 minuten in de bus en nog een kort stukje met de benenwagen en dan zijn we bij de “sportschool”. De muren van dit gebouwtje zijn volledig bedekt met foto’s van bekende sporters en in het midden is een flinke ronde kuil (best omschreven als een leegstaand bubbelbad), met een soort groot uitgevallen sambaballen langs de kant in diverse gewichtsklassen.

Sambaballen! 26 kgHet is vandaag een rustige avond. De mensen hebben vanaf donderdagmiddag weekend en zijn dus morgen vrij. Nadat we een tijdje hebben zitten wachten, komen toch een aantal sporters opdagen en begint de zurkhaneh, wat letterlijk krachthuis betekent. Het is een soort mix van theater, sport, krachtpatserij, tradities en religie. Terwijl de leider van het huis gedichten voordraagt, liederen zingt en op zijn trommel slaat laten de mannen en jongens hun krachten en jongleerkunsten zien. Het duurt dan ook niet lang voordat de hele sportschool flink naar mannenzweet riekt. Deze sport, die alleen door mannen wordt beoefend, is al eeuwen oud en het is inderdaad superleuk om hier toeschouwer van te zijn.

KrachtmetingZo’n twee uur later lopen we weer richting de grote weg. Zoals besproken met Hossein hebben we binnen de leider een fooi betaald omdat we mochten komen kijken. Wel een beetje jammer dat Hossein, die we eerder echt als vriendelijke oude man zagen, zelf meer dan het dubbele van ons verlangt voor zijn tijd en introductie. Na een tijdje moeilijk doen, besluiten we hem toch maar te betalen want we hebben geen zin om er ruzie te maken. Het was een leuke avond, maar dus wel met een nare bijsmaak en op deze manier zeker de duurste ‘bezienswaardigheid’ van de toch al dure stad.

De volgende ochtend pakken we onze tassen weer en in en checken we na het ontbijt uit. De receptie belt voor ons naar het busstation om de bus naar Shiraz om 11.00 uur te boeken. We hebben dan nog 45 minuten om er te komen, dus een taxi nemen lijkt ons overbodig. De receptieman biedt aan om ons te helpen om een stadsbus te vinden die de goede kant op gaat. Maar het is natuurlijk vrijdag en de juiste stadsbus komt maar niet. Als we uiteindelijk wel op de goede bus stappen vinden we het bijna jammer om te zien dat onze chipkaart nog steeds genoeg saldo heeft om ook dit laatste ritje met een stadsbus voor ons allebei af te bliepen. Dan hebben we én teveel tegoed op onze kaart gezet én we zullen nooit weten hoeveel ritjes we nog meer hadden kunnen maken voor de 1,20 euro die we opgeladen hebben. Is er toch nog iets in Esfahan dat wel goedkoop is. 🙂

Als we net iets voor 11 uur eindelijk op het busstation aankomen koopt Renee snel iets te eten voor onderweg, terwijl Stefan de kaartjes gaat ophalen en afrekenen. We blijken echter net te laat te zijn en één van de twee gereserveerde plekken is al vergeven. De man achter de balie probeert nog om Stefan ervan te overtuigen dat hij ook best zonder zijn vrouw kan reizen, maar dat gaat echt niet gebeuren. Hij is flink geirriteerd dat Stefan zijn gereserveerde kaartje, dat nog wel beschikbaar is, weigert te betalen, maar daar heeft Stefan weinig boodschap aan. Dan had hij de gehele reservering maar vast moeten houden.

Door onze opsplitsing en wat onduidelijkheid bij Renee over waar Stefan de kaartjes ging halen, zijn we elkaar kwijtgeraakt. Na 10 minuten zoeken, bellen en rondlopen met de backpacks, hebben we elkaar gelukkig weer gevonden, best irritant! Die busstations zijn hier ook veeeeeel te groot!

Uiteindelijk kopen we bij een ander bedrijf twee kaartjes voor de VIP-bus van 11.30 uur, de achterste twee stoelen, met 7 uur buszitten in het vooruitzicht. We maken tijdens deze rit kennis met een irritant jengelend en hyperactief kind en proeven een soort pepernoten van onze buurman en geven hem in ruil een zakje Haribo dropjes die we van thuis hebben meegenomen. De pepernoten zijn erg lekker en dus besluiten we om de komende dagen in Shiraz ook maar eens uit te kijken naar een winkeltje waar ze deze dingen verkopen.

Zon, zee, strand, duiken en oude smuk: Egypte

Het is even stil geweest op onze blog. Na het schrijven van deze blog zijn we namelijk vrijwel direct naar Iran vertrokken, waar journalisme bedrijven op een toeristenvisum zomaar een paar jaar extra vakantie in een heel erg crappy hotel kan opleveren. Daarom hebben we besloten om de stukjes wel te schrijven, maar gewoon nog niet te publiceren tot we probleemloos het land weer uit zouden zijn gekomen. Echt probleemloos was het verlaten van Iran helaas niet, maar dat lezen jullie over een tijdje dan vanzelf hier op de blog. We hebben eerst nog 5 weken ‘backlog’ om te posten voor jullie! En we beginnen met onze last minute naar Hurghada, Egypte. 

Zoals jullie in onze vorige blog hadden gezien moesten we twee weken overbruggen voordat we onze bus weer in Nederland konden verwelkomen. Hmm, wat te doen met die tijd? De keuze was niet zo moeilijk: Goedkope lastminute naar Egypte natuurlijk!

Op donderdag 30 oktober stappen we met onze rugzakken, inclusief de Lonely Planets van o.a. Iran en India als leesvoer, vanaf een koud en druilerig Schiphol het vliegtuig in naar Hurghada. De afgelopen jaren zijn we hier al heel veel vaker zijn geweest, want de Rode zee is super om te duiken! Na een pittige landing bij de tussenstop, waarbij zelfs een koffiekan van achter uit de keuken, door het gangpad voorbij komt vliegen, staan we zo’n 5,5 uur later in de Egyptische hitte. Heeeerlijk!

PapaWe hebben deze keer voor het Three Corners Triton Empire hotel gekozen, logies en ontbijt. Voor zo’n 150 euro meer heb je all inclusive, maar wij hebben al gemerkt dat het eten toch niet lekker is in dit hotel. Bovendien zijn we van plan om ook een hoop dagen buiten het hotel te vertoeven. Renee raakt toch altijd aan de ‘race’ in zo’n land, dus maakt het vast geen verschil om lokale eettentjes te proberen.

Stefan at the beachHet grappige/droevige met het eten in Egyptische All inclusive hotels is, dat ze alles overduidelijk zo goedkoop mogelijk willen houden en duidelijk alleen de fotootjes van de recepten hebben bekeken. Het bruine brood ziet er bijvoorbeeld superlekker uit, maar in plaats van te vragen hoe je dit precies maakt, geven ze het brood gewoon een bruin kleurtje door er cacaopoeder en andere bruine kruiden in te stoppen. Hetzelfde geldt voor een overheerlijk ogende chocoladetaart. Deze smaakt echter niet naar chocolade, maar naar een soort kokoscake. Hmm raar! Niet supervies, maar ook niet echt lekker. En met al die palmen in de omgeving is het geen verrassing dat de meeste cakejes en toetjes voornamelijk naar cocos smaken.

Strandhanger ReneeDe eerste paar dagen doen we nog rustig aan, want de boot van “onze” duikschool Scuba Hurghada is vol. We doen een poging om uit te slapen, wandelen door het stadje en ploffen met een boek en telefoon vol serie-afleveringen op een ligbedje aan de zee. De zee is ruig en het waait flink, want er is nu een omslagpunt naar de Egyptische winter (wat altijd gepaard gaat met een paar dagen flinke wind). Voor op het strand is dit juist wel lekker, want met zo’n “briesje” is de 33 graden een stuk beter uit te houden.

Zondag is onze eerste duikdag. We lopen naar de duikschool, nog geen 50 meter van het hotel en vertrekken, na het uitzoeken van een wetsuit, om 08.00 uur met een busje naar de haven. De eerste duik is een diepe duik naar het wrak ‘El Mina’. Deze Egyptische mijnenveger is in de jaren 60 door een Israelisch gevechtsvliegtuig tot zinken gebracht en ligt op 25-30 meter diepte. Renee kiest ervoor om deze duik over te slaan, want ze heeft dit al een keer gezien en wil liever beginnen met een wat minder diepe duik. Dus Stefan buddied met Ron, een Nederlander die we tijdens een eerdere duikvakantie in Egypte al hadden leren kennen en nu ook weer hier is.

Wetsuit aan en gaan!De volgende duik is vrij snel hierna, bij Fanous en na een korte gewenning, ligt ook Renee heerlijk rustig in het water te genieten van al het moois. De Rode zee staat bekend om zijn mooie koraal, kleurrijke vissen, warme water en heldere zicht. Wij kiezen elke keer weer voor Egypte omdat je een hoop mooie duikplekken hebt en het bovendien ruim de helft goedkoper is dan bijvoorbeeld de Caribien en de helft vlieguren. Ja, de (straat)verkopers zijn irritant, maar ook daar leer je mee om te gaan. Bovendien is het onderhandelen een goede oefening voor de landen waar we straks nog heen gaan.

Een gemiddelde duikdag ziet er als volgt uit: 07.15 opstaan, aankleden, spullen bij elkaar rapen, ontbijten (meestal iets van pannenkoekjes/yoghurt/gebakken ei), nieuwe badhandoek halen bij het zwembad en naar de duikschool lopen. Rond 08.00 uur (Egypt time, marge van max 20 minuten later) proppen we ons met z’n allen in een taxibusje en zijn we zo’n 15 minuten later in de haven. We stappen op de boot, slippers uit, claimen een schaduwplekje op het dek en zoeken ons eigen krat met duikspullen: nummer 2 voor Renee en 51 voor Stefan. Ondertussen worden de persluchtflessen en ingredienten voor de lunch op de boot geladen en kan iedereen beginnen met de voorbereiding.

Het eerste deel van de voorbereiding bestaat uit: duikpak uithangen, een gordel met het juiste aantal kilo lood pakken, vinnen achterop de boot leggen, duikfles uitkiezen, sluitstrip weghalen, vest eraan vastmaken, octopus vastmaken, fles open draaien en checken of alles werkt en dan fles weer dicht. Het is dan voor Renee altijd hopen op 200 bar of meer, want dat betekent in principe dat we langer onder water kunnen blijven, Stefan gebruikt namelijk altijd zo’n 10% minder lucht in dezelfde duiktijd, omdat hij meer ervaring heeft.

Daarna kunnen we even relaxen, tot de gids/duikinstructeur een briefing komt geven over de duikplek. Hij geeft mbv. een tekening zijn plan aan, waar gaan we het water in, wie is buddy met wie (altijd in tweetallen en je dient elkaar in de gaten te houden), wat voor soort duik is het, wat is de diepte en wat voor mooie dingen zou je eventueel tegen kunnen komen. Wij vragen standaard om dolfijnen, maar zover geluk hebben we helaas ook deze vakantie weer niet gehad. Zo blijft er wel wat om voor terug te komen. 🙂

Het tweede deel van de voorbereiding komt nu. Met onze zwemkleding aan, wurmen we ons in onze duikpakken. Dan duikschoentjes aan, duikcomputer om, loodgordel aan, fles weer opendraaien, duikvest met fles omdoen, alles vastmaken, checken bij je buddy of alles goed zit en werkt, naar de achterkant van de boot lopen, vinnen aandoen, spugen in je duikbril (anders beslaat deze onder water). Renee doet in plaats van een grote roggel een speciaal goedje in haar duikbril. Haar spuug werkt namelijk niet goed genoeg en ze heeft liever dit goedje dan andermans kwijl in de bril zitten.

Net voor de nachtduik, zonsondergang vanaf de bootDan pak opblazen, naar de rand van de boot waggelen, een hand op de buikbril, de andere bij de regulator en jump! Na een korte check of iedereen ok is, laten we de lucht weer uit het pak, adem je uit en zak je langzaam naar beneden. Terwijl je naar beneden zakt, voel je druk op je oren ontstaan, dus adem je uit door je neus terwijl je deze dichtknijpt om je druk achter je trommelvliezen gelijk te krijgen met de waterdruk. Daarna is het een kwestie van rustig ademhalen en de juiste hoeveelheid lucht in je pak blazen om mooi neutraal in het water te drijven. En nu is het genieten geblazen!

We hebben tijdens de zes duikdagen weer een hele hoop mooie dingen gezien! Stefan heeft in totaal 14 duiken gemaakt en Renee 13. Op één van de dagen hebben we ook nog een nachtduik gedaan, wat weer een hele andere ervaring is zo met een zaklamp. Het is pikkedonker en je kan dus ook niet zien wat er allemaal om je heen gebeurd. Bovendien zie je ook echt andere dingen onder water. We hebben bijvoorbeeld een hoop krabben gezien, lopende waterplanten en vissen die je overdag niet ziet. En ook een paarsrode Spanish dancer. Dit is een soort slak die als een ware flamencodanser door het water golft, heel bijzonder.

Stefan voor paalTijdens één van de rustdagen hebben we ook nog een privétour naar Luxor gedaan. Stefan had tijdens onze vorige vakantie in Hurghada al gesproken met Mr No Problem, eigenaar van het winkeltje Mostafa (vernoemd naar zijn oudste zoon), in de buurt van ons hotel. En toen had hij al een goed gevoel bij zijn verhaal. Dus zijn we terug gegaan en na een hoop handje klap hebben we afgesproken om met hem mee te gaan. Het voelt nog een beetje ongelukkig dat we hem ongeveer de helft aan moeten betalen, maar hij geeft aan dat we de andere helft pas na de trip hoeven te betalen (als we ook echt tevreden zijn over zijn service) en krijgen een handgeschreven contractje mee op de achterkant van een ongerelateerd kassabonnetje. We maken voor de zekerheid maar een foto van de kentekenplaat van de auto waar we morgen door worden opgehaald, want we gokken dat dit bonnetje niet heel veel gaat doen als we problemen krijgen. Stefan moest namelijk zelf maar even opschrijven wat we hadden afgesproken, voor welke prijs, etc en hij heeft zijn voornaam “Maghmoud” eronder gezet. Hmmm 🙂

Tijdelijke gidsWe zijn blij als hij de volgende ochtend om 05.00 uur inderdaad zoals afgesproken met de auto voor het hotel staat. Na een korte stop voor thee bij een barretje, vertrekken we écht. Hij komt zijn woord zeker na, want zelfs de cola light krijgen we netjes gekoeld in onze handen gedrukt. Onderweg is niet bijster veel te zien, vooral een hoop woenstijn. Rond 08.45 uur komen we in Luxor aan en stoppen we bij een eettentje. We geven aan dat we nu wel een plaspauze kunnen gebruiken en Maghmoud aka No Problem wil heel moeilijk doen om ons bij het treinstation af te zetten. Hij kan blijkbaar niet zo goed begrijpen waarom wij het geen probleem vinden om gewoon van een lokaal Egyptisch toilet Frans toilet met Egyptische sausgebruik te maken. We zijn namelijk wel wat gewend door onze reizen, dus dit kan niet heel veel erger zijn. Renee baalt even later wel even van haar open sandalen, maar gelukkig gaat het net goed. Bij deze toilet is er in tegenstelling tot veel toiletten in China in ieder geval nog een deur en deze kan ook nog eens op slot. Pure verwennerij. 🙂

BreakfastDaarna is het tijd voor ons Egyptische ontbijt. Maghmoud heeft Falafel, pitabrood en een bonenprutje (geprakte bruinen bonen met kruiden en gesmolten verse boter) gekocht en na wat uitleg, vallen we aan. Zelf Stefan, die anders toch echt alles kan eten als ontbijt, bedankt voor de groene, hete! pepers die er eigenlijk bij horen. We hebben zo’n idee waarom sommige Egyptenaren zo kunnen stinken nu!

Even later halen we onze privégids Taip (geen idee hoe je het schrijft) op en stappen we met hem in een bootje om de Nijl over te steken. Hij vertelt o.a. over de nomaden die zich gingen vestigen in de buurt van de Nijl omdat ze daar alles konden vinden wat ze nodg hadden. continu Water, vruchtbare grond om gewassen op te verbouwen, etc. Aan de overkant bevindt zich de Karnak tempel, een gigantisch complex! Taip in boot op NijlTe groot om in één dag doorheen te kunnen lopen, dus in zo’n 1,5 uur wandelt hij met ons langs de meest belangrijke en interessante plekken. Echt leuk dat we hem alles kunnen vragen en ook zelf het tempo kunnen bepalen. Elke tempel ligt in de buurt van de Nijl (of er werd een kanaal naar toe gegraven), zodat ze de stenen aan konden voeren. En net als bij de meeste andere tempels, bestaat dit complex uit verschillende delen. Elke farao liet namelijk weer een eigen deel bijbouwen over de jaren.

HotChickenSoup tempelNa een les in hierogliefen, varen we terug naar de auto en rijden we naar de volgende tempel Hatchepsut (goed te onthouden als Hot chicken soup). Deze tempel is in de rots gebouwd, maar is in het verleden zo erg beschadigd, dat ze het nodig vinden om deze helemaal te renoveren. We vinden het dus ook niet zo erg, dat we net voor het bordje “For making photo buy ticket” stoppen om een foto te maken en de tempel alleen van de buitenkant bekijken.

GrafkunstdorpDe volgende stop is bij de graven van een aantal kunstenaars. Er is een groot dorp gevonden, waar diverse kunstenaars met hun hele familie woonden, afgesloten van de rest van de wereld. Ze konden daar niet weg, maar hadden verder een prima, bijna luxe, leven. Wanneer een farao aan de macht kwam, startten zij met het maken en versieren van het graf, op een geheime plaats. Om ervoor te zorgen dat het graf later niet geplunderd zou worden, woonden de kunstenaars dus in een ommuurde en bewaakte stad, zodat ze aan niemand de geheime locatie konden vertellen. Met elkaar bereidden ze ook hun eigen graf voor, met allerlei tekeningen en teksten in de mooiste kleuren, met hun ideeën over het hiernamaals.

Onze eigen gids mag hier niet mee naar binnen, want de rondleiding wordt hier gegeven door een plaatselijk mannetje. Engels spreekt hij echter niet. “This” en namen van de goden, verder komt hij niet, dus we zijn blij dat we Taip even later nog wat kunnen vragen over wat we eigenlijk hebben gezien. Het is moeilijk te geloven dat de tekeningen al zo oud zijn, we zouden het ook geloven als ze ons vertelden dat ze 5 jaar geleden zijn gemaakt. De twee mannetjes die ons een rondleiding hebben gegeven vragen om fooi, maar onze portomonee ligt nog in de auto, dus helaas hebben ze pech. Bovendien, laat ze eerst even leren om daadwerkelijk wat te vertellen over de bezienswaardigheid.

Ramses honkDaarna stoppen we nog voor een uitgebreide tour door de tempel van Ramses III. Deze is anders dan vele anderen, want hij wilde in de afbeeldingen in tegenstelling tot veel andere farao’s vooral laten zien dat hij een goede krijger was en zijn vijanden imponeren. Zo kan je bijvoorbeeld zien wat de huurlingen deden met de vijanden. Ze hakten de handen af, later de tong en daarna hun penis. Het verhaal gaat namelijk dat de huurlingen betaald kregen op basis van het aantal gedode vijanden en ze konden wel erg makkelijk cheaten met de handen (je hebt er natuurlijk twee), de tong (je kan er ook een van een geit gebruiken) en wat minder makkelijk met de penis. Het kan ook dat dit gewoon bangmakerij was natuurlijk, maar ze vinden het wel leuk om dit verhaal te vertellen.

VazenboorOndanks dat we hadden aangegeven dat we onderweg niet bij allerlei souvenirwinkeltjes wilden stoppen, stappen we toch maar uit als Mr No Problem ons verteld dat dit winkeltjes écht heel interessant is. We krijgen inderdaad een lachwekkend semi interessante uitleg over wat wel en niet echte steensoorten zijn (waar allerlei souvenirs van worden gemaakt) en mogen het bewerken hiervan ook nog even zelf proberen. Na deze 3 minuten worden we uiteraard de winkel in geloodst en dus kijken we maar even rond. We vragen ons wel af waarom mensen de handgemaakte échte beeldjes zouden willen kopen, voor ongetwijfeld tig keer de prijs, ipv de machinegemaakte beeldjes, die misschien iets sneller stuk gaan als je ze laat vallen, maar net zo lelijk zijn. We stappen dus even later als echte Hollanders weer in de auto. En “Kijken kijken niet kopen”, wordt ons, zoals wel vaker in Egypte, nageroepen. Nogmaals bedankt aan de toeristen die dat aan de verkopers hier hebben geleerd. 😉

OpgravingenOnderweg naar de laatste stop, zien we dat ze inderdaad op een hoop plekken nog bezig zijn met opgravingen. Het kan zo maar zijn dat ze over 10 jaar weer een hele hoop nieuwe dingen hebben gevonden. Bovendien maakten veel farao’s gebruik van stenen van en locaties van tempels/gebouwen van hun voorgangers en wordt er gezegd dat er onder het huidige Egypte, nog een veel ouder Egypte begraven ligt. De laatste stop is bij een grotendeels verwoeste tempel. Hiervan zijn alleen nog twee reusachtige beelden over waar we een aantal foto’s maken.

MegastructuresDaarna nemen we met een leuke fooi afscheid van gids Taip. Leuke en aardige kerel! Het is inmiddels 15.00 uur en we zijn door het gezin van Maghmoud uitgenodigd om de lunch bij hun thuis te nuttigen. Dus even later staan we in zijn appartement en worden we voorgesteld aan zijn vrouw en vier kinderen. We beginnen met de soep die erg lekker is maar waarvan we allebei wel een loopneus krijgen, pittig! En daarna de rijst, verschillende salades, aardappels, soort rundvlees en brood. Als toetje krijgen we een vers guavesapje. Prima maaltijd en leuk om zo ook echt een keer bij een Egyptenaar thuis te komen. Maghmoud is daar zelf ook wel blij mee, want zoals de meeste Egyptenaren die in de (afgelegen) badplaats Hurghada werken, ziet hij zijn gezien normaal maar 1 dag per twee maanden.

Stefan achter het stuurDaarna is het tijd om weer terug te rijden naar Hurghada. Stefan krijgt zelfs de kans om ook nog een stukje te rijden, wat hij erg leuk vindt. Maghmoud complimenteert Stefan met zijn rijstijl en vraagt of hij zo in de stad ook nog wil rijden. Volgens mij is hij te beleeft om te zeggen dat hij zelf wel weer wil rijden en Stefan wil natuurlijk juist het stadsverkeer wel ervaren! Dus even later zit Mahmoud toch met geknepen billen af en toe aanwijzingen te geven. Watch out here, see that car, etc. Het is bijvoorbeeld heel normaal dat als wij op de linker baan rijden, iemand op de rechterbaan links af slaat om te keren en je daarbij gewoon afsnijdt. En als we rechtsaf willen, maar de weg is afgesloten, laat Maghmoud Stefan daar gewoon stoppen. Hij spreekt een mannetje aan, legt uit dat we daar echt heen moeten en dus wordt de gigantische wals aan de kant gezet voor ons, rijden wij erdoor en wordt de wals we terug gezet. Zooooooow, heel handig! Wel even rustig aan doen, want de weg was natuurlijk niet voor niks gesloten. Om 20.30 zijn we weer terug in het hotel na deze interessante en leuke dag!

Het is nu 11 november en we zitten in het vliegtuig richting Nederland, met een bruin kleurtje (nou ja, vooral Stefan is klaar voor de sinterklaasintocht). We hebben inmiddels bericht gekregen dat de bus bij de Mercedes dealer is aangekomen, dus kunnen we ook deze checken en onze spullen ophalen. Daarna nog een paar wasjes draaien en dan kunnen we onze reis naar India weer vervolgen!

Bulgaren, de uitvinders van het Cyrillische alfabet

Het is inmiddels donker geworden als we door de grensplaatsen in Roemenië rijden. Dit is niet heel erg relaxed, doordat de wegen hier niet/amper verlicht zijn en je dan lastig om de (soms gigantische) gaten en hobbels heen kan sturen. Om het probleem nog wat erger te maken vallen na een flinke hobbel ook nog de twee middelste lampen op de bullbar uit, alsof het nog niet donker genoeg was! We kijken dus al een tijdje om ons heen, maar zien geen fastoenlijke plek om te overnachten.

Dan maar doorrijden en hopen dat de campingplaatsen die op onze Bulgarije kaart staan makkelijk te vinden zijn. Er is een natuurlijke grens tussen Roemenië en Bulgarije, een grote rivier waar ze een 3 euro tolbrug met tweebaansweg overheen hebben gemaakt. Ze willen ook ons digitale vignet checken (waarschijnlijk of deze niet is verlopen) dus we pakken onze handige reismap met papieren erbij en bewijzen dat we alles netjes hebben geregeld. Pas nu we dit stukje schrijven vragen we ons af waarom ze ons digitale vignet niet digitaal hadden kunnen checken… maar vooruit.

Grens BulgarijeWe zijn duidelijk niet de eerste die over deze brug gaan, wat een spoorvorming! Aan de andere kant van de brug komen we bij de douane en we moeten voor het eerst meer doen dan alleen met onze legitimatie zwaaien. De schuifdeur moet open en de achterbak. Dus Renee stapt uit om de beste man een tour te geven door onze camper, toch best wel een beetje spannend. Gelukkig hoeft niet alles open en eruit, want ze zien al snel dat hier echt niet ook nog een illegaal geimporteerde Roemeense vluchteling in past, en we rijden na een paar minuten Bulgarije in.

We konden de borden toch al niet lezen, dus je hoeft ook niet te snoeienWe wisselen net over de grens bij een exchangekantoortje onze laatste paar Roemeense lijken om voor Bulgaarse Lev en kopen ook hier weer een vignet. De eerste paar campings van de kaart kunnen we niet vinden op de aangegeven plek, dit wordt nog wat! Het helpt wellicht ook niet dat we het Bulgaarse woord voor camping niet weten. De 12 kantjes met Bulgaarse zinnen leren ons van alles over hotels, pensions, de weg vragen, etc, maar helaas niets over campings, kamperen of tenten. We voelen ons wel een beetje onthand zo zonder info, want de cyrillische woorden lijken totaal niet op die van ons, en minder dan de helft van de wegwijsborden heeft beide schriften erop staan.

Kaasbakker Uiteindelijk stoppen we bij een leeg pleintje naast de weg, met een paar verlaten huizen en een gesloten gemeentehuis met postkantoor of iets dergelijks. Het is inmiddels 21.00 uur en we hebben honger. Dus maakt Renee de gepaneerde kaasjes klaar die we hebben gekocht in Hongarije en tot nu toe in onze minivriezer in de koelkast lagen. We hebben nog wat brood over van vannochtend en zo is de maaltijd gefixt. We zijn erg blij met onze nieuwe Waeco mini camperkoelkast, welke we voor vetrek nog hebben gekocht. Hij is lekker zuinig en zo hebben we altijd wat achter de hand.

Om 1.15 uur schrikken we wakker van een harde knal en een auto die met slippende banden wegrijdt. Vooral Renee zit klaarwakker rechtop in bed (nou ja soort van, want je kan net niet rechtop zitten). Stefan krijgt na een paar blikken door het dakraampje de bevestiging dat er verder niets te zien is en slaapt binnen een minuut weer alsof er niets gebeurd is. Voor Renee duurt dit iets langer, maar ook haar lukt dit uiteindelijk, ze gelooft niet dat het vuurwerk was. De volgende morgen besluit Stefan dat het gewoon een ‘backfire’ van een uitlaat van die wegrijdende auto geweest moet zijn.

Om 07.00 uur staan we weer op en we besluiten om op zoek te gaan naar een extra deken, want we hadden het vannacht koud en het vriest nog niet eens (volgens onze meter 2 graden boven nul). We rijden verder met bestemming Veliko Tarnovo. We hebben in Brasov ter vervanging van de Lonely Planet een uitgebreid reisschema van een georganiseerde reis gekopieerd, zodat we in ieder geval een lijstje met een aantal leuke bezienswaardigheden in Bulgarije hebben en dan ook weten waar we naar kijken.

Dit was ooit een stadIn Veliko Tarnovo bezoeken we de ruïnes van de oude vesting Tsarevets, tussen de 12e en 14e eeuw de hoofdstad van het Tweede Bulgaarswe Tsarenrijk, gebouwd op twee heuvels met een dal ertussen. We zijn weer lekker vroeg en zelfs de souvenirwinkeltjes zijn nog niet open. Niet doen! NEE NIET We krijgen een Engels, typisch Amerikaans foldertje in onze handen gedrukt van het controlemannetje, waarop staat dat we vooral voorzichtig moeten zijn, je kan vallen als je niet oppast (joh) en niet over de muren moeten lopen of erop zitten. Oh en vallen kan pijn doen of de dood tot gevolg hebben.

Stapelhuizen of huistapelen?Vanaf deze plek heb je ook een mooi uitzicht over de rest van de stad en de bergen, waar ze de huizen letterlijk op elkaar hebben gebouwd. We lopen een tijdje rond, waarschijnlijk niet helemaal over de voorgeschreven paden (maarja, dan hadden ze maar pictogrammen moeten gebruiken) en genieten van het zonnetje dat zich steeds meer laat zien.De trap stond er, zonder bordje... Maar lijkt niet heel geschikt voor de minder jonge toeristen?

We zijn als we terugkomen bij de parkeerplaats blij dat de bus er nog staat. Bij het afsluiten kwamen we erachter dat de gratis parkeerplaats waarschijnlijk bij het hotel ertegenover hoort, maar we namen toch maar de gok, want het is lastig genoeg om een plekje te vinden voor onze bus. Wegslepen van onze bus bovendien een hels karwij en een boete geven aan een buitenlander lijken ze ook niet zo snel te doen. En mochten ze de moeite doen, zouden we die toch niet gaan betalen. Als we al kunnen ontcijferen wat er op het papiertje onder de ruitenwisser staat, natuurlijk.

KerkschuurDe volgende stop is Arbanassi, 3 km verderop, wat een mooi museumdorp met een onder de grond gebouwd kerkje zou moeten zijn. Wij zien dit niet echt en bovendien is het kerkje maar zo’n 30 cm in de grond gebouwd en lijkt het meer op een schuur (misschien hadden we de verkeerde kerk?). We gaan na een plaspauze met wifi dus maar weer verder. We weten nu in ieder geval het geschrift voor camping wat begint met een K en eindigt soort van op een omgedraaide N en dan HT, dat maakt zoeken iets makkelijker.

Jeetje wat heeft die leeuw een grote paal!Onderweg naar de volgende plaats moeten we een hoge bergpas over en bovenop staat een hoog monument. Wat het precies is en waarom ze deze hebben gebouwd, komen we hier niet achter, want alle bordjes zijn in het Bulgaars. We klauteren nog een stukje verder en verbazen ons over het aparte muziekje dat via grote boxen rond het monument schalt. Een soort van Efteling fatamorgana muziekje meets volkslied van Rusland (maar lijkt logischer als dit dan het lied van Bulgarije is). Achteraf hebben we gevonden dat dit monument in 1920 is gebouwd ter ere van de soldaten die hier hebben gevochten om de bergpas.Kennen jullie deze nog?

Verderop trekt een bordje langs de kant van de weg met de tekst Goliamata Kosmatka en een icoon van een soort van oud Griekse priester onze aandacht. Wat zou dat zijn? We besluiten de paar euro de betalen en ons te laten verrassen. We blijken gestopt te zijn bij de laatste, in 2004, ontdekte graftombes van de Thracische koning Seft III, stichter van de metropol Sevtopolis. Andere Thraciërs zijn bijvoorbeeld Orpheus en Spartacus. Tombe van binnenVanaf de buitenkant zie je gewoon een grote groene heuvel, maar binnenin vind je dus een gigantische tombe, waar ze hem in begraven hebben, samen met een geofferd paard en allerlei kostbare dingen, omdat ze net als bijvoorbeeld de Egyptenaren geloofden in het hiernamaals. We maken stiekem een paar foto’s (moest je eigenlijk extra voor betalen) en stappen na een oefening Hoe spreek je nou precies “Dank je wel” uit in in het Bulgaars (we hebben het niet onthouden) weer in de bus.Tombe van buiten, die deur is vrij nieuw.

We doen onderweg nog inkopen bij supermarkt Kaufland. Heerlijke verse broodjes, nieuwe kookdingen voor het avondeten en een warme deken, zodat we wat beter zijn voorbereid op de koude nachten. Daarna rijden we Plovdiv in, wat ons op de een of andere manier doet denken aan de kip van de Albert Heijn. Waarom? Geen idee 😉 We parkeren nogal brutaal op een parkeerplaats voor een trendy meubelzaak, maar beslissen even later dat we dit echt niet kunnen maken, zeker nadat we deden alsof we de naar buiten komende boze vrouw niet begrepen.Illegaal parkeren Ik geen Bulgaars spreken en je niet snappen… We lopen snel een blokje om, maar dit is toch niet het oude stadscenrtrum wat we verwachtten.

Dus rijden we nog een tijdje rond en stoppen even later aan de rand van de binnenstad, tussen een legerbasis en de rivier. Prima plekje en nog gratis ook! We hebben het idee dat we eindelijk het oude centrum van deze grote stad (tweede van Bulgarije) hebben gevonden en lopen een rondje. Voor nog geen € 12.50 hebben we bij restaurant Arena allebei een voor- en hoofdgerecht en 4 drankjes. Bizar weinig geld en nog prima eten ook!

Inmiddels is het donker en alle bezienswaardigheden zijn natuurlijk al gesloten. We proberen of we toch nog een blik kunnen werpen op het Romeinse amfitheater hier, de belangrijkste bezienswaardigheid van de stad. Eerst vanaf wat de hoofdingang lijkt te zijn, maar daar zit het hek potdicht en kan je weinig zien. Daarna komen we via een omweg, door de autotunnel, achter een kerk langs en via een inmiddels gesloten terrasje, aan de achterkant. Theaterzaal bij nachtVanaf hier hebben we een prachtig uitzicht van bovenaan de tribune naar het podium met de stad op de achtergrond. Mooi om te zien met deze belichting en waarom zouden we hier pp 5 euro voor betalen als je vanaf het terras zo’n mooi uitzicht hebt?! Vooral de ‘halve renovatie’ is uitzonderlijk goed gelukt. Het theather is zeker weer bruikbaar, maar een deel van de achterwand van het podium is nog min of meer een ruïne, waardoor je echt de historie proeft.

We lopen terug naar de geparkeerde auto en besluiten na een korte inspectie van de omgeving in het donker, dat dit ook een prima plek is om vannacht te slapen. We besluiten wel weer de gordijntjes dan open te laten en ons buitenlanders vignet met een lokaal foldertje van de auto naast ons te bedekken, zodat we wat minder opvallen en het niet overduidelijk is dat we in de camper liggen te slapen. We duiken ons bedje in en Renee kijkt nog even een aflevering van een serie op de laptop, terwijl Stefan in het Overlanders handboek leest.

Prima parkeerplek, centraler kan niet, goedkoper wel, maar dit is toch spotgoedkoop.De volgende ochtend begint Stefan de dag met een hardlooprondje, terwijl Renee met haar pijnlijke heup heerlijk nog een uurtje blijft liggen. We besluiten dat we gisteravond genoeg hebben gezien van Plovdiv en nu meteen door te rijden naar Sofia, waar we zo’n 1,5 uur later aankomen. We vinden een mooie parkeerplaats, recht tegenover de beroemde kerk met de gouden koepels en betalen een mannetje 4 Lev (2 euro) voor 2 uur parkeren. Voldoende tijd om de belangrijkste sights te zien en zo niet, dan betalen we later wel bij, de parkeerplaats zit weer halverwege de wandelroute die Renee thuis al had gevonden voor Sofia.

De beroemde kerk van binnenWe lopen een rondje langs alle mooie gebouwen, gaan de beroemde kerk nog in (best indrukwekkend inderdaad!) en besluiten voor de lunch, omwille van de parkeertijd, eens iets snels en vertrouwds te kiezen: een heerlijke Big Mac. We hebben het nu wel weer even gehad met grote steden en willen graag via een aantal kleine plaatsjes naar het zuiden en dan Griekenland in. Iets van Nevski ofzo heet deze kerkDus rijden we naar Rila, waar we het grootste en bekendste klooster van Bulgarije gaan bekijken. Het klooster is open tot 21.00 uur, maar als we rond 17.00 uur daar aankomen, besluiten we om hier morgenochtend naar binnen te gaan en nu bij daglicht nog te proberen de camping verderop op de berg te vinden.

We hebben tot nu toe niet zoveel geluk met het vinden van de campings, dus we zijn benieuwd. Na 2 km zien we inderdaad een bordje, jeuh! Stalen pijp als hekDe camping lijkt echter dicht te zijn, want er hangt een stalen pijp over de weg en er is niemand te bekennen. Voor de zekerheid loopt Stefan toch maar een rondje en er blijkt toch een mannetje in één van de huisjes te zitten (bijzonder dat hij ons niet heeft gehoord). Hij wil ons eerst naar de bungalows verderop sturen, maar wijzend op de camper lijkt hij te begrijpen dat we graag willen camperen. Hij spreekt geen woord Engels of Duits, wij natuurlijk geen Bulgaars en het lijkt ook nog eens totaal niet op elkaar.

Na een korte rondleiding van Mr Ivan (met een W), die vooral de vragen lijkt te willen stellen en met bewijs dat de douche echt warm is (ohhhh!). Lukt het ons toch om hem te vragen wat de camping eigenlijk kost: met een geld gebaar en een vraagteken. We besluiten dat we inderdaad gaan blijven slapen (douchen vooral!) voor de opgeschreven 25 Lev.

Een mooi plekje zo tussen de bergen, bij een duidelijk hoorbaar snel stromend riviertje. Renee doet de afwas van de afgelopen dagen onder de douche, want dat is de enige plek met warm water en maakt daarna weer een lekkere pastasalade. Ondertussen maakt Stefan de luifel schoon, die al sinds onze overnachting op de Poolse camping vol met herfstbladeren zit, lost hij het massaprobleem met de lampen op de bullbar op en maakt hij een schakelaar voor de buitenlamp van de schuifdeur, zodat we die niet meer met de stekker hoeven schakelen. De rest van de avond gebruiken we om even lekker te lezen en serie te kijken en voor we het weten is het alweer vrij laat: tijd om te gaan slapen.

Op pelgrimstocht door Roemenië langs kerken en burchten

Wel grappig om te merken hoe snel je vergeet welke dag het is in de week en dat dit ook helemaal niet erg is als je een reis maakt zoals wij nu doen. De meeste bezienswaardigheden zijn alle dagen in de week geopend, behalve misschien musea, maar die slaan wij toch meestal over. Dus we zijn lekker flexibel en kunnen gewoon bedenken waar we op dat moment zin in hebben.

Dit is soms ook wel weer een luxeprobleem, want vandaag twijfelen we of we met de motor een tochtje maken en dan weer terug komen op de camping of dat we met onze bus gaan en uitchecken. We kiezen voor de motor, maar willen eerst even rustig ontbijten, onze blog updaten en de exacte route bepalen. Net als we daarmee bezig zijn, komt Anselm ons begroeten en overleggen we onze plannen met hem. Als we vertellen dat we onze Lonely Planet gisteren zijn vergeten, biedt hij aan om voor ons even te bellen met zijn vrienden van de boekhandel om te vragen of zij er één op voorraad hebben van Roemenië en Bulgarije. Bij terugkomst is het antwoord nee, de andere boekhandel in het dorp heeft alleen die van Noorwegen (willen we die dan, heel handig voor op onze route, uhum) en heeft hij met het pension gebeld om te checken of hij daar ligt (yep) en of het zinvol is om dan een koerier te regelen die er 1,5-2 dagen over gaat doen. Super aardig van hem en we overleggen even.

FF wachten voordat we weg kunnenWe beslissen uiteindelijk om onze plannen aan te passen en toch met de bus de route te gaan rijden, want het wordt wel erg slecht weer. Motorpak uit, normale kleding aan en de bus weer rijklaar maken. Omdat Anselm naar de stad moest voor werk, konden we niet uitgebreid afscheid nemen en hem bedanken. We vinden het wel leuk om hem iets mee te geven en Stefan komt met het goede idee om hem één van de origineel Japanse curries te geven die Joost en Sanae ons eerder weer cadeau hebben hebben gedaan (sorry Joost, maar hij komt heel goed terecht!). Een paar ingrediënten-tips erbij en hem succes gewenst met experimenteren, iets wat hij graag doet met eten. Tasje erom en aan zijn voordeur gehangen.

De eerste stop is wederom Sibiu. Dit ligt toch op de route en dan kunnen we gelijk checken of de boekhandel die we op internet hebben gevonden de Lonely Planet verkoopt. Terwijl Stefan de olie nog even checkt en wat rommelt in de bus, loopt Renee de boekhandel binnen. Helaas, zonder succes. Dan maar even lunch kopen voor onderweg: twee Gogosi’s it is. Dit zijn een soort calzonepizza’s om te zien, maar dan van oliebolachtig deeg, met een vulling naar keuze. De ene met chocolade/vanille en de ander met Branza dulche, een soort zoetige kaas met rozijnen. Smullen maar!

DaiaOp advies van Anselm stoppen we vervolgens een paar kilometer verder in Daia, op zoek naar de eerste burchtkerk. Er zijn in dit dorpje met 1500 inwonerseen hoop kerken, maar geen die een muur eromheen heeft. Uiteindelijk komen we erachter dat we een bordje met Biserica fortificata hebben gemist en staan we even later voor de poort van de ommuurde kerk. We trekken snel onze regenjassen aan, want het giet inmiddels! We hebben geen zin om op zoek te gaan naar de dorpsinwoner met de sleutel, dus bekijken we deze alleen aan de buitenkant.

Bij de voordeur van Mr ElektraStop drie is de burchtkerk in Hosman. Nog voordat we helemaal zijn uitgestapt, wordt Stefan door een oud mannetje aan zijn mouw meegetrokken het dichtsbijzijnde huisje in. Renee loopt ook maar mee en we vragen ons af wat hij wil. Zijn vrouw (?) is inmiddels ook naar buiten gekomen en ze wijzen ons op hun kwh-meter en vervolgens een hele stroom aan Roemeense woorden. Hij zet een krukje neer, duwt een papiertje en een pen in Stefan’s handen, dus schrijft Stefan de 000060 op die hij ziet staan. Huh, kan hij het niet lezen misschien? Hij gebaard en zegt nog een aantal dingen, maakt een telefoongebaar en zegt Agnita (een grote plaats wat verder weg) en ….? Uiteindelijk is onze interpretatie dat hij wil dat wij de stand doorbellen (juist, wij spreken geen Roemeens?) en gaan even later dus maar weer weg na een aantal sorry’s. Wel grappig om mee te maken en dus ook de binnenkant van een huisje te hebben gezien.

We lopen naar de kerk, want daar zijn we immers voor gekomen. Ook hier bekijken we alleen de buitenkant, want de poort is dicht en het huis waar we denken de man met de sleutel te kunnen halen ook.

Dineren in stijlDaarna stoppen we nog in Barghis (de kerk hebben we niet kunnen vinden) en rijden we via Richis naar Biertan. Het is inmiddels echter 17.00 uur en deze burchtkerk, die in tegenstelling tot de andere kerken in de omgeving heel erg uitgebuit wordt voor toeristen, is net gesloten. Bovendien hangt er op de deur dat ze bezig zijn met renovaties en dat er dus grote delen niet toegankelijk zijn. We kiezen er uiteindelijk voor om wat te eten bij het restaurant naast de burcht, met een inrichting geheel in thema en deze burchtkerk dan maar over te slaan.

Biertan by nightHet is nu bijna donker en we gaan op zoek naar een slaapplek. De serveerster geeft ons de tip om verderop te kijken, naast de school omdat je daar in de zomer kon kamperen. Dit is nu meer een bouwput en dus rijden we terug naar Richis. Hier hebben we eerder een campingbordje gezien. De “camping” is een soort binnenplaats, waarvoor we eerst onder een poort door moeten, het is twijfelachtig of dat gaat passen met onze verhoogde bus en bovendien is het flink drassig en lopen we dus de kans dat we niet meer wegkomen. Uiteindelijk kiezen we voor een relatief rustig zijstraatje in Biertan waar meer auto’s geparkeerd staan. We raken inmiddels steeds meer gewend aan het “gaan slapen terwijl je midden in de nacht misschien wakker gebonst wordt-gevoel”.

De volgende ochtend gaat om 06.30 uur de wekker, want we willen vandaag veel zien. Stefan koopt heerlijk vers brood op het pleintje in Biertan en terwijl het licht wordt gaan we op weg naar Copsa Mare. We voelen ons wel een beetje bezwaard als we even later met onze luid brullende bus, op zaterdagochtend vóór 07.00 uur, het dorp binnen komen hobbelen. We vinden gelukkig snel het bekende bordje en lopen even later naar de poort van de burchtkerk. Helaas ook gesloten, ook wel logisch zo vroeg, dus lopen we eromheen. Terwijl Stefan een blik wil werpen in een soort van put, maakt hij het hele dorp wakker (inclusief zwerfhonden) want de blikken overkapping breekt los van het hout en dondert in elkaar, OEPS! Wasal! We lopen nog een kort rondje en gaan er daarna weer snel vandoor.

Geboortehuis van Vlad aka DraculaMooie kerk in SighisoaraDe tweede stop voor vandaag is Sighisoara. We parkeren de bus onderaan de oude stad en lopen daarna een rondje door de geboortestad van Vlad Tepes (aka Dracula). Er is hier een hoop moois te zien. Van oude stadsmuren, tot bijzondere kerken, smalle straatjes, het geboortehuis van Vlad, gekleurde huisjes, etc. Zeker een aanrader en helemaal zo vroeg in de ochtend want het is nu nog niet zo druk. Na een paar relaxte uurtjes stappen we weer in de bus, richting Viscri.

Onderweg stuiten we perongeluk op nog een burchtkerk bordje maar dan in Bunesti en deze heeft een poort die open staat. Dus stappen we uit en lopen naar binnen. Er zijn wat mannetjes druk bezig met het harken van alle herfstbladeren en een klein groepje Roemeense toeristen krijgt in het kerkje uitleg van iemand, waarschijnlijk de priester, over de historie. We luisteren even mee en lopen daarna een rondje. Mooi! Maar nu gaan we dan écht naar Viscri. Volgens de verhalen is dit dorpje lastig te bereiken, maar zeker een bezoek waard. Er zitten inderdaad flink wat gaten en hobbels in de smalle weg, maar niets waar onze bus niet tegen kan.Heuvels bij Viscri

Onderweg genieten we van het uitzicht over de glooiende groene heuvels, bomen met bladeren in herfstkleuren, kuddes met schapen en ezels en uiteindelijk ook de mensen en huisjes in het dorp. We hebben weer veel bekijks als we met onze bus het dorp in komen rijden. Voor de ingang van de kerk staan deze keer een hoop mensen, wat later een groep Roemeense studenten en een reisgezelschap Nederlanders blijken te zijn.

Zij hebben ons kenteken natuurlijk gezien en zijn benieuwd wat we helemaal hier doen. We vertellen ons verhaal en kletsen over hun plannen. Ze zijn met een Viscrigezelschap van de Nazarenenkerk, waarvan je in Nederland een aantal kerken hebt en nog een hoop erbuiten. Ze zijn in Roemenië om te helpen met restoratiewerkzaamheden aan een kerk en betrekken de jeugd uit omliggende dorpen hierbij. Daarnaast bekijken ze op alle andere dagen natuurlijk ook een aantal bezienswaardigheden zoals Viscri vandaag.

Gids RobertaWe worden even later uitgenodigd om bij hun gids aan te sluiten en dus mee te luisteren naar het verhaal over deze burchtkerk. Wel leuk om hier iets meer over te weten, dus we zeggen ja en krijgen zo ook nog eens gratis toegang. Hun gids heet Roberta, is een Amerikaanse dame die al 14 jaar in Roemenië woont en bovendien oud professor is van de NASA. Het verhaal van Roberta wordt nog aangevuld door één van de jongere mannen uit het gezelschap dmv een quote uit de bijbel: Een vaste burcht is onze God

Het kerkje is echt goed bewaard gebleven en niet op een o-zo-typisch-toeristische-manier opgeknapt. Bovendien kan je ook de toren in, via een smalle stenen trap, met her en der een wel erg gammele plank op de tussenveriepingen. Het bordje “eigen risicio” staat hier voor de verandering zeer terecht! Eenmaal boven gekomen worden we getrakteerd op een prachtig uitzicht over het dorp met de heuvels en kan je de burcht goed van bovenaf bekijken. Het wordt zo een stuk makkelijker om je voor te stellen dat de gehele Saxische bevolking van het dorp in deze ommuurde kerk kon schuilen terwijl het dorp geplunderd werd door de Turken of Tataren.

RupeaOnderweg naar de volgende grotere plaats Brasov, zien we een groot kasteel op de heuvel staan bij Rupea. We beslissen dat deze ook een bezoekje waard is, dus rijden we omhoog en betalen we ieder 10 lijken (eigenlijk zijn dit LEI, maar dit klinkt wel leuk), zo’n 2,5 euro om naar binnen te mogen. We krijgen een kaartje mee en gaan van plek naar plek in deze laatst overgebleven uitvalsbasis van de Saksen in de tijd van de gevechten tegen Koning Charles Robert van Hongarije. Het is een groot complex waar ze wel erg veel aan hebben gerestaureerd in een iets te moderne stijl, beetje zonde. In Disneyland had het ook niet misstaan met de gloednieuwe glimmende dakpannen en smetteloos voeg- en schilderwerk.

RegenTerwijl we weer verder rijden richting Brasov, begint het opnieuw te regenen. Renee stapt snel uit voor nog een laatste poging winkelpoging naar een Lonely Planet, terwijl Stefan een parkeerplaats zoekt. Inmiddels stort het water aangesloten uit de lucht naar beneden, dus we zijn blij met onze Goretex jassen. We lopen een beetje rond over het plein, waar ook allerlei etenstentjes staan en dan begint het, wat we niet voor mogelijk hieden, nóg harder te regenen.

We schuilen onder één van de luifeltjes en er stroomt inmiddels een rivier aan water over het plein, fijn, de rest van de dag natte sokken dus. We shoppen hier pesto (was in de supermarkt wel erg duur) en, wat een paar dagen later blijkt, een wafel met een soort negerzoenschuim en rozijnen (mierzoet, maar erg lekker). De stad bezoeken is met dit weer niets aan, dus duiken we Pub Biblioteque in waar we even een drankje drinken. Hier scoren we ook een stadskaartje van Brasov en even later belanden we met natte voeten en broek in een Roemeens restaurant. Stefan bestelt eerst een soort Roemeense pannenkoek met vlees, maar deze blijkt “op” te zijn. Dus hij laat zich adviseren om de Brasov specialiteit te bestellen: kip, beef, pork, potatoes en spicy sauce. Best lekker! Renee gaat voor de Cabbage rolls with meat, vegetables and polenta. Best ok, maar niet haar favoriet.

Gelukkig is het na het eten weer min of meer droog en lopen we alsnog een stukje door de stad en daarna terug naar de bus om een slaapplaats te zoeken. We Onze slaapplaatskunnen vanavond en morgen gratis parkeren bij het park in de stad, dus theoretisch zou hij hier kunnen staan. De plekjes zijn allemaal echter zo kort dat de bus dan flink uitsteekt en bovendien is het wel erg druk qua verkeer. Dus rijden we terug naar een plek die Stefan op de heenweg heeft gemarkeerd.

In het donker ziet dit er alleen opeens niet meer zo aantrekkelijk uit, dus vragen we verderop bij de bewaakte parkeerplaats met douche en restaurant voor vrachtwagens, of wij daar ook een nachtje mogen staan. Geen probleem, voor nog geen 2,5 euro krijgen we een plekje toegewezen. Niet helemaal volgens de regels, dus een bonnetje krijgen we niet, maar wat maakt ons het uit. We staan in ieder geval op een veilig plekje met een wc in de buurt.

Na een prima nachtje, klimmen we uit ons bed voor een opfrisbeurt. Terwijl Renee in de gezamenlijke “badkamer” staat om haar tanden te poetsen, komt er een nietsvermoedende Roemeense vrachtwagenchauffeur binnen lopen. Lachen! Die verbaasde blik, daarna nog eens goed kijken, naar buiten lopen om op de deur te kijken (er staat niets over mannen/vrouwen), daarna iets vragen in het Roemeens, mijn lachende en vragende blik en hij vertrekt weer. Ik geloof dat hij niet gewend is om vrouwen te zien op een trucker parkeerplaats. 2 minuten later komt hij toch weer terug en besluit hij om gebruik te maken van één van de hokjes ipv de pisbakken (thanks!)

BrasovWe rijden de stad weer in en parkeren bij het park met één wiel op het fietspad, zodat de achterkant niet op de straat steekt. Zo te zien gaat er snel een hardloopwedstrijd starten. Stefan pakt de kaart erbij en we lopen de noordelijk en zuidelijke wandelroute door de stad. Het is nog erg vroeg, mistig en fris en we lijken de enige toeristen te zijn op deze vroege zondagochtend. Brasov is een prima stadje, maar we gaan inmiddels toch vergelijken en dan vinden we oa Sighisoara mooier. Na de wandeling shoppen we bij de van gisteren bekende standjes op het plein twee typische Romeense baksels. Een soort quiche van bladerdeeg, ei en zoete/zoute kaas. Deze gaan in onze tas voor de lunch.

Om 11.00 uur, na ongeveer 30 km rijden, komen we aan in Bran. Zoveel toeristen hebben we tijdens onze hele trip Cheesenog niet gezien! En de hoeveelheid souvenirkraampjes en eettentjes bij elkaar ook nog niet. We zijn bijna geneigd om het wuivende mannetje te volgen en te parkeren tegenover de ingang, bij een paarkeerplaats met een officieel P-bord voor zo’n € 0,90 per uur, maar vinden uiteindelijk na een rondje rijden, zo’n 150 meter verder een gratis plekje. De oprit is echter flink diep ingesleten en daardoor lazerd de hele inhoud van één van de bovenkastjes eruit, waardoor het ons uiteindelijk toch ook een spiegel, deksel van chocopasta-pot en tijd voor het opruimen kost. Flink gat! En goede les om die spullen beter/ergens anders op te bergen.

InrichtingWe betalen zo’n € 6,00 pp om Castle Bran in te mogen, wat ook wel bekend staat als Dracula’s Castle en 60 meter boven de bergpas uitsteekt. De Saksen hebben dit kasteel in 1382 gebouwd om de pas te verdedigen tegen de Turken. Ze zeggen dat Vlad Tepes (aka Dracula) “waarschijnlijk” (juist) een aantal dagen hier is geweest toen hij op de vlucht was voor de Turken. We verplaatsen ons via de IKEA-style aangegeven route van kamer naar kamer en doen ondertussen wat ideeën op voor de verbouwing van ons huis. Ze hebben dit kasteel flink opgeknapt en ondanks dat het erg commercieel en toeristisch is, zijn alle kleine hoekjes en nisjes wel erg leuk. De reden dat dit kasteel zo populair is, is de associatie met Dracula, Vlad Tepes en de schrijver van het boek Dracula, Bram Stoker.

Hij past niet eens op de foto!Het wegrijden van de parkeerplaats gaat gelukkig zonder schade en daarna stomen we door naar Boekarest. We hoeven deze stad verder niet uitgebreid te bekijken, maar willen wel graag het grootste gebouw ter wereld zien: Het parlamentsgebouw. Daardoor ook wel een beetje lastig om op de foto te zetten. We twijfelen nog even wat te doen vanavond. We zijn nu dicht bij de grens met Bulgarije en we hebben alles wat we wilden zien in Roemenië nu ook gezien. We besluiten: ondanks dat het al donker aan het worden is, gaan we vanavond nog de grens(brug) over met land nummer 8: Bulgarije!